Lycée Schorge, middelbare school in Koudougou, ontworpen door Francis Kéré, Burkina Faso, 2016 © Iwan Baan

Diébédo Francis Kéré heeft een volle agenda. De bouw van het nieuwe nationale parlement van Benin dat hij ontwierp vergt zijn volle aandacht. Pendelen tussen Berlijn en Lomé, en in een moeras van administratie verzanden, het is onderdeel van zijn leven. ‘Ik ben aan het rennen, broer. Ik heb niet eens tijd om terug te kijken.’

Kéré, een van de laureaten van de Prins Claus Prijs 2017, woont en werkt sinds 1985 in Berlijn, waar hij aan de Technische Universiteit architectuur studeerde. Veel van zijn ontwerpen worden uitgevoerd in Afrika. ‘Ik reis voortdurend tussen Berlijn en Burkina Faso, mijn geboorteland, en ben ook veel in buurlanden. Ik leid projecten op de meest ingewikkelde plekken ter wereld, met weinig middelen. En toch moet ik een manier vinden om alles succesvol af te ronden.’

Het telefoongesprek vindt op een zondagochtend plaats terwijl Kéré bij een klant in Zwitserland op zijn volgende taxi wacht. Op de vroege dinsdag zal hij voor de zoveelste keer naar Benin vliegen om de site van zijn ontworpen parlementsgebouw te controleren.

Kéré’s navelstreng bevindt zich sinds 1965 in Gando, een dorp van ruim drieduizend mensen. Als kind van het dorpshoofd krijgt hij de kans op zevenjarige leeftijd het dorp te verlaten en bij zijn oom in de stad onderwijs te volgen. Na het afronden van zijn timmermansopleiding belandt hij, via een beurs, voor een werkstage in Berlijn.

Hij heeft inmiddels iconische gebouwen ontworpen, zoals het Serpentine Pavilion in Londen. Zijn werk is geëxposeerd in musea over de hele wereld. Sinds 2017 is hij als hoogleraar architectural design and participation verbonden aan de Technische Universiteit München.

‘Als we zelf niet naar ons geboorteland teruggaan, zal niemand het namens ons doen’

Het begon in 1998, toen hij als student samen met vrienden een stichting oprichtte om fondsen te werven voor de bouw van een basisschool in zijn geboortedorp. De bouw van de school, als afstudeeropdracht, legde de basis voor de methode die Kéré nadien zou toepassen. Allereerst legt hij de nadruk op lokale hulpbronnen, zo besloot hij om in zijn geboortedorp klei in plaats van beton te gebruiken voor de bouw. Beton is duur in Burkina Faso en klei is er juist in overvloed. Wel verbeterde hij de klei door er cement aan toe te voegen. De bouw van de school kostte slechts 25.000 euro. ‘We wilden een gebouw maken dat zich het beste aan het klimaat en de behoefte van mensen aanpast, door gebruik te maken van het meest beschikbare materiaal’, zei hij in 2017 tegen architectuur- en designtijdschrift Deezen.

De tweede pijler van de methode-Kéré is participatie en deliberatie. Dat betekent dat zijn bouwprojecten geen kant-en-klare producten zijn maar het resultaat van samenwerking met de lokale bevolking. ‘Ik heb door ervaring geleerd dat als mensen deelnemen aan de bouw van een gebouw, ze zich verbonden voelen met de constructie. Zo creëer je een lokale identiteit’, verklaarde hij in een interview in 2015.

De bouw van de basisschool in Gando leverde hem al in 2004 de prestigieuze Aga Khan Award for Architecture op. Begin augustus van dit jaar werd het gebouw door een groep experts in The New York Times geselecteerd als een van de 25 belangrijkste werken van de naoorlogse architectuur. Dat ontroert Kéré. ‘Toen ik het schoolgebouw ontwierp was ik niet met grote verhalen bezig. Ik was simpelweg gemotiveerd om iets voor mijn gemeenschap terug te doen’, zegt hij nu.

Zijn boodschap aan jonge Afrikanen in de diaspora is helder: ‘Geloof dat je veel potentie hebt. Ga terug naar je geboorteplek en maak het verschil voorbij de oppervlakkige invulling van duurzaamheid. Wees niet bang en pas je aan het systeem aan. Zo was er in mijn geval geen water, geen gezondheidscentrum of elektriciteit toen ik de school ging bouwen. Maar we hebben met kleine interventies het verschil kunnen maken. Als we zelf niet naar ons geboorteland teruggaan, zal niemand het namens ons doen. Als je wel teruggaat en het verschil maakt, kun je respect verdienen en misschien zelfs prestigieuze prijzen zoals de Prins Claus Prijs ontvangen.’

Met zijn werk produceert Kéré functionele kunstwerken die niet alleen de verbeeldingskracht stimuleren maar mensen ook laten nadenken over de noodzaak om in een gezonde relatie met de ecologie te staan. Daarnaast illustreert zijn werk treffend hoe kleine interventies een mondiale impact kunnen hebben. ‘We kunnen niet stellen dat wij geen stem hebben, iedereen kan een bijdrage leveren om de grote vraagstukken van onze tijd, zoals klimaatverandering, aan te pakken. Door lokaal te handelen, kun je een mondiale impact genereren. Zo kun je ervoor kiezen om een schoolgebouw met klei te bouwen en mensen over de hele wereld te inspireren, in plaats van op de overheid te wachten.’

In de tussentijd blijft Kéré rennen, naar het volgende gebouw.