
‘Ik voel me ontzettend goed’, zijn de eerste woorden die klinken. ‘Ik weet niet wat ik met mezelf moet/ Ik ben uitzinnig, o, je weet niet hoe blij ik ben dat ik mij ben.’ De stem van Froukje is, zoals gebruikelijk, kalm en helder, met soms een subtiel schor randje. Ze zingt haar woorden niet pronkerig of zelffeliciterend, er zit eerder milde verbazing in: hè, hè, eindelijk, een snipper geluk. Maar algauw blijkt die niet zomaar te zijn ontstaan, de verteller is aan het trippen – een gemoedstoestand die Froukje krachtig oproept. ‘Ik lig op het grind van iemands achtertuin/ Sinds een tijdje is de horizon schuin.’ En: ‘Ik ben, ik ben, ik ben in de meterkast/ Ik wilde kijken of het paste en het past.’
Een van de grote kwaliteiten van de twintigjarige singer-songwriter Froukje Veenstra: haar teksten. Die zijn slim, speels, doordacht; ze omzeilt grote woorden en roept via beelden alsnog veel op, en deze muziek gáát ook nog eens ergens over – als geen ander weet Froukje de leefwereld van de verlangende, soms onzekere vroege twintiger op te roepen. Haar sterke debuut-EP Licht en donker (2021) was meteen een voltreffer: stevige beats, vaak gedrenkt in elektronica, met verder doeltreffende zang en kwetsbare, maar nooit zwelgende vertellingen. Over corona, over melancholie, over Froukje’s verlangen naar discotheken en reuring.
Froukje, die afgelopen week bij de 3FM Awards gekroond werd tot Beste Artiest, is natuurlijk nog steeds jong, en belangrijker: ze maakt nog steeds zeldzaam overtuigende muziek. Ze voelt zich ontzettend goed, ja, dat is te horen, althans, Uitzinnig is het project van iemand die ontzettend goed weet wat ze wil. Ten opzichte van de voorganger is het muzikale pallet nog iets verbreed. Zo nu en dan klinkt de begeleiding stevig, met harde drums en snerpende bassen (bijvoorbeeld op een fraaie samenwerking met S10), maar daartegenover staat een nummer als Een teken; dat bestaat uit niet meer dan akoestische gitaar en een tekst waarin Froukje zich twijfelend tot haar geliefde richt – gevolgd door het ook ingetogen maar toch hoopvolle Liever met jou: ‘Het gaat al lang niet slecht/ Ik ben hier net/ Maar ik wil nog lang niet weg/ Dus ik hoop maar dat ik net genoeg zeg.’
In diverse interviews verklaarde Froukje haar voorliefde voor de Nederlandse liedschrijver Maarten van Roozendaal. En inderdaad, ze delen eenzelfde soort gevoel voor sfeer en details, met tussendoor af en toe een goed getimede kwinkslag. De enige dissonant hier is Een man die nooit meer huilt, waarop Froukje zich verplaatst in een ongelukkige, gefrustreerde man die niet gewend is zijn gevoel te uiten – plots duiken wat gemeenplaatsen op die de zangeres omzeilt als het over haarzelf gaat. En verder is Uitzinnig een nogal klein project: zes nummers in totaal, samen iets meer dan een kwartier. Toch valt op de EP al meer te ontdekken dan op menige volwaardige albumrelease. Froukje kan weleens zo’n artiest worden die niet eventjes opvalt, maar decennia achtereen bijzondere projecten gaat uitbrengen.
Froukje – Uitzinnig