‘Dear, don’t let the tea get cold’, zegt de vrouw van de Britse wetenschapper Barnes Wallis op het moment dat hij het geheim van de stuiterbommen ontrafelt waarmee de Royal Air Force in mei 1943 een vernietigende aanval op dammen in het Ruhrgebied uitvoerde. Het waar gebeurde verhaal van de klopjacht, codenaam Operatie Chastise, is er een van vindingrijkheid, durf en patriottisme, en zoals verteld door de Engelse regisseur Michael Anderson is het er vooral ook een van mannen die als jongetjes naar de wereld kijken terwijl vrouwen slechts een ondersteunende rol hebben. Zo is het niet alleen maar gegaan tijdens de oorlog – er zijn genoeg verhalen over heroïsche vrouwen – maar in Andersons klassieker The Dam Busters (1955) is dat wel de stand van zaken: mannen bedenken dingen en voeren die uit, vrouwen zetten thee.
De ondergeschikte rol van vrouwen zal erg anachronistisch overkomen wanneer The Dam Busters deze maand opnieuw in Britse bioscopen draait. Behalve de echtgenote is er ook een serveerster in de film die zacht vraagt: ‘Sir, are you flying tonight?’ Ze wil dat weten van mannen aan een ontbijttafel, de piloten van het 617 Squadron, beter bekend als de ‘Dam Busters’. Wie namelijk wél ’s nachts de lucht in gaat richting nazi-Duitsland krijgt ham en eieren, de rest krijgt van de serveerster een blik vol minachting en mag voor zichzelf wat brood en jam pakken. Toch gaat de scène dieper: de serveerster is net als ‘mevrouw Barnes Wallis’ duidelijk dankbaar voor wat deze mannen op dit moment in de geschiedenis doen. (Aan het einde van de film, nog zo’n moment: Barnes Wallis die de lege stoelen bij het ontbijt ziet – piloten die niet zijn teruggekeerd – en in tranen zegt: ‘All those boys, all those boys…’)
‘Jongensachtig’ gedrag creëert een interessante subtekst in al Andersons films. Neem ingenieur Wallis. Als we hem aan het begin van The Dam Busters ontmoeten is hij al bezig de werking van de stuiterbommen te testen die vanuit de RAF-Lancasters op de Ruhr-dammen zullen worden gegooid, met als doel het veroorzaken van overstromingen en grote schade aan de Duitse economie. Wallis, gespeeld door Michael Redgrave, voert zijn experiment in eerste instantie niet in een laboratorium uit, maar thuis spelend met zijn kinderen terwijl hij gekleed is als een heer: overhemd, broek van tweed, stropdas, kort, gekamd haar. Hij is een volwassen man, maar hij gaat als een kind op in het ‘spel’. Hij wil weten wat er met een rond voorwerp gebeurt wanneer dat met grote snelheid vanuit de lucht op het wateroppervlak terechtkomt – tot vermaak van zijn kinderen die niet door hebben dat het experiment van doorslaggevend belang voor de uitkomst van de oorlog kan zijn.
Zoals de scène illustreert is The Dam Busters een onweerstaanbare avonturenfilm in de stijl van de boy’s own (het typisch Britse fictie- en populaire-cultuurgenre waarin jongens centraal staan). Anderson specialiseerde zich in dit soort films. Hij was een romantische vakman met een rijke visuele stijl en een voorliefde voor spannende verhalen waarin realisme en fantasie door elkaar heen lopen. In 1956, een jaar na The Dam Busters, regisseerde hij Jules Verne’s oer-avonturenverhaal Around the World in 80 Days. Midden jaren zestig borduurde hij hierop voort met de spionagefilm The Quiller Memorandum, en met Operation Crossbow, een minder bekende, thematisch aan The Dam Busters verwante oorlogsfilm waarin geallieerde agenten Duitsland binnendringen om de productie van de ‘vergeldingswapens’ te saboteren.
Met Operation Crossbow toonde Anderson zich opnieuw het ‘patriottistische jongetje’, maar nu met een opvallende nuance: veel aandacht is er voor scènes waarin Duitse wetenschappers de V-1, of ‘vliegende bom’, testen. Deze voorloper van de moderne kruisraket, later opgevolgd door de V-2, de eerste lange-afstandsraket, werd in 1944 in massasalvo’s op Londen afgevuurd, met als gevolg enorme schade en vele duizenden doden. Andersons bewondering voor de rakettechnologie is aanstekelijk; de film is nog altijd spannend om te zien. Tijdens het testen in Peenemünde, gelegen op een eiland in de Oostzee, zien we spectaculaire beelden van de V-1 in actie, de straalmotor overdonderend hoorbaar tijdens de lancering, gevolgd door onheilspellende stilte terwijl de raket uit de lucht valt en op het verlaten strand neerstort. Het is heel goed mogelijk dat regisseur Christopher Nolan deze scène als inspiratie gebruikte voor soortgelijke, poëtische beelden in zijn recente oorlogsfilm Dunkirk waarin een Spitfire geluidloos over het strand bij Duinkerken heen zweeft.
In het geval van The Dam Busters strekte Andersons invloed nog verder. De film is een standaardwerk geworden voor wie de typisch Britse derring-do spirit van de jaren veertig en vijftig wil begrijpen, oftewel patriottistische waaghalzerij tijdens de oorlog. Naar de film keek in ieder geval de Amerikaanse regisseur George Lucas heel goed toen hij Star Wars: A New Hope maakte in de jaren zeventig. Trouwens, Andersons dystopische sciencefictionfilm Logan’s Run kwam een jaar vóór Star Wars uit, en had veel ingrediënten die inmiddels standaard-stijlfiguren in dit genre zijn geworden. Maar vooral The Dam Busters is bij Lucas blijven hangen: de eindaanval op de Death Star in Star Wars is een exacte kopie van Operatie Chastise, compleet met ‘stuiterbom’-strategie, eskadrons die tijdens de strijd met elkaar communiceren en een speciale techniek om goed te kunnen mikken op het moment van ‘bombs away’. Zelfs de dragende vrouw is van de partij: prinses Leia die, hoewel ze nog nét geen thee zet, bewonderend toekijkt hoe de jongens in hun vliegtuigen onwaarschijnlijk dappere daden verrichten.