Jonge man en vrouw zijn niet zo’n klein beetje verliefd. Maar nooit blijft ze slapen. Hij respecteert dat, maar verlangt zeer. Dan doet ze een bekentenis: ’s nachts verandert ze in een harig, dik mannetje. Maar ja, hij bemint haar en heeft een groot hart, dus: ‘Dat geeft toch niet?’ En ze blijft. Als hij ’s nachts wakker wordt is het bed leeg en vindt hij een harig, dik mannetje, bier drinkend en snacks etend voor de tv, voetbal kijkend. Hij pakt ook een biertje en ze hebben het top, zo samen met die wedstrijd. Welkom in het universum van Etgar Keret, Israëlisch auteur van vooral korte verhalen. Hij is de hoofdpersoon in een Nederlandse (!) documentaire, waarin onder veel meer bovenstaand verhaal in animatievorm getoond wordt (gemaakt door Nina Gantz en Digna van der Put). Fictie dus. Maar niet helemaal: tot Keret zijn vrouw Shira leerde kennen was hij onafscheidelijk van zijn letterlijk en figuurlijk dikke jeugdvriend Uzi. En voilà, het verhaal Dikkertje was geboren: twee dierbaren worden één met toch elk behoud van verschijningsvorm. Hoe reëel ook het fundament, je zit wel in het absurdisme. En daar moet je van houden. Dit vind ik wel behoorlijk geestig. En als in verband met Keret gerefereerd wordt aan Kafka en Murakami ga je vroeg of laat toch voor de bijl.

Ik deed dat naar aanleiding van Zeven vette jaren, waarin hij het leven van een jong echtpaar vanaf de geboorte van hun zoontje beschreef – dat van de Kerets. Daarin ontsproot het absurdisme niet aan zijn fantasie maar aan de Israëlische realiteit. Vanaf de meet: Shira’s vliezen breken, ze haasten zich naar het ziekenhuis, maar daar is alle personeel ingezet op de Eerste Hulp vanwege een terreuraanslag. Dat is al niet gewoontjes, maar wat daarna gebeurt is te bizar voor woorden. Lees het vooral zelf. Of begin met de recensie uit 2014 van Niña Weijers in De Groene (groene.nl/artikel/een-gestreste-jood-in-israel). De documentaire gaat vooral over zijn fictiewerk en over de relatie tussen waarheid en leugen/fantasie. Zijn Israëlische vrienden vertellen daarover, maar ook bevriende auteurs als Jonathan Safran Foer en Gary Shteyngart. Door de hele film lopen gesprekken met Keret zelf. Grappig, geestig en vrolijk meestal, maar uiteindelijk op een bedje van holocaust (zijn familiegeschiedenis) en harde Midden-Oosten-realiteit. Keret heeft mededogen met ‘de mens’ in diens onvolmaaktheid en ziet zich in een milde chassidische traditie staan.

In de slotscène van de film eten de makers vrolijk met Keret en de zijnen. Shira adviseert hen hun film te openen met het naspelen van een bizarre ervaring die ze op het vliegveld van Tel Aviv hadden. ‘Geen goed idee’, zeggen ze. Waren ze daar maar bij gebleven, want die scène zit er wel in. In een film over humor moet je niet zelf te leuk willen doen. Maar de moeite waard als kennismaking met een uniek auteur.


Stephane Kaas (regie), Rutger Lemm, Etgar Keret: Een waargebeurd verhaal, NTR Het uur van de wolf, donderdag 15 juni, NPO 2, 22.55 uur. Zie groene.nl/zoeken voor meer Keret