Ik ‘heb’ niks met kinderboeken. Er zijn nogal wat volwassen schrijvers die zich plotseling aan het genre wagen, toch alsof het makkelijker zou zijn, maar daar geloof ik ook weer niks van. Misschien moet ik dat ‘niks’ uit de eerste zin inmiddels maar veranderen door ‘niet zoveel’. Zelf las ik als kind het allerliefst Daan Zonderland, en sprookjes, en in mijn herinnering stapte ik van daaruit moeiteloos over naar de zogeheten Witte Raven-pockets. Ik kon geen genoeg krijgen van Leni Saris, ik denk dat ik het bakvissenproza moet noemen. Iedere keer – volgens mij schreef ze zo’n duizend boeken - was ik oprecht ongerust dat de liefde geen kans zou krijgen, maar ja, dan toch, altijd weer even onverwacht en daverend. Ik moest volwassen worden om Guus Kuijer te ontdekken, Ted van Lieshout, de gezusters Heymans en Marit Törnqvist, om de laatste gaat het mij nu. Sinds ik een mooi somber interview met haar las was ik gevangen voor haar werk, en Klein verhaal over liefde behoort zozeer tot mijn favorieten dat ik het met aarzeling prijsgeef. Maar ach, komende maandag is ze misschien van iedereen, want ze maakt kans op een grote prijs, de Hans Christian Andersen Award, de Nobelprijs voor de jeugdliteratuur.

‘Op een paal ergens in zee zat een meisje. Ze zat er dag en nacht, in weer en in wind.’ Zo begint dit verhaal van iemand aan wie even een visioen wordt geopenbaard en die zich vervolgens niet meer met iets anders laat behelpen. Zo interpreteer ik dit verhaal van weinig woorden en veel tekeningen althans. ‘Nog nooit was de zee zo kaal geweest.’ Kijk gewoon maar, het is zowel op groot als op klein formaat te krijgen. Ik denk niet dat het echt aan kinderen uit te leggen valt, maar dat is het aantrekkelijke juist ook: het is niet te snappen. De liefde lijkt niet echt zijn kans te krijgen, laat ik het zo zeggen. Ik las net vandaag in een stuk in de VPRO-gids dat ze werkt aan een vervolg op dit boek. Maar dat het nog wel minstens een jaar zal duren voor dat klaar is. ‘Want het is een persoonlijk boek en ze werkt langzaam.’ Dat wil ik geloven, als ik haar tekeningen zie, intens, precies en droefgeestig als die zijn. En ze is vanavond op de radio te horen, in een documentaire van Stef Visjager. NPO radio 1, 21.00-22.00 uur.