
Uit het Limburgse Baarlo, midden twintig, afkomstig van de rockacademie, de stem van een oude ziel, geschoren hoofd, altijd getooid met een opvallend bontmutsje – gehoord worden betekent anno 2015 immers ook gezien worden.
Het talent was onmiddellijk onontkoombaar, en de ambitie ook. Ze had zeer ervaren mensen om zich heen, zoals producer Oscar Holleman (in het verleden de producer van zeer succesvolle albums van onder meer Krezip en Within Temptation), en haar platendeal bij major Warner was ook meteen een buitenlands contract. Hier ging, zoveel was duidelijk, iemand niet voor de ene hit en daarna de vergetelheid.
Haar optredens maakten veel indruk. Of ze nu bij daglicht op een festivalpodium stond, in een lawaaiige club of op een krukje in een platenzaak zat: wanneer Kovacs haar mond opende, verstomden de gesprekken. Ook met de meest minimale begeleiding. Er klonk oude soul in haar stem door, soul van ver voor haar geboorte, zwarte muziek vooral, maar tegelijk klonk ze soms ook als Beth Gibbons van Portishead – altijd die donkere rouwrand, dat onuitgesproken verdriet.
Er verschenen een paar nummers op een ep en die bevestigden de indruk die ze tot dan toe had gemaakt. Ze won er zelfs een Edison mee. Uit het juryrapport: ‘Kovacs heeft alle p’s van een ware ster: persoonlijkheid, présence, performance.’
Materiaal, dat was dus het punt. Liedjes, een album vol, dat recht zou doen aan haar talent. Dat album is er nu. Ze heeft in verschillende landen met verschillende liedjesschrijvers samengewerkt, maar het daardoor ietwat gevreesde allegaartje is Shades of Black niet geworden, allerminst. Het is juist een album in de bijna ouderwets klassieke zin van het woord: veel meer dan een verzameling singles en overige nummers, maar een samenhangend geheel van twaalf nummers.
De sfeer is coherent: die van een nachtclub die ooit chique was, en nu enigszins afbladdert. In de teksten wisselen verlangen en deceptie elkaar af, met de onmogelijke maar onweerstaanbare liefde van He Talks That Shit als hoogtepunt. Hier klinkt in alles een performer, een zangeres die zowel doorleefd als verleidelijk kan klinken.
Als de wat donkere, dreigende toon van het album al in de Nederlandse popmuziek ergens aan doet denken, is dat aan Sad Singalong Songs, het beste album ooit van Anouk. Ook die vaste toon, die zorgvuldigheid van arrangementen, dat hoorbare vertrouwen in rust en opbouw, die subtiele inkleuring – luister maar eens naar de strijkers in radiohit My Love, en dan opeens die slidegitaar, of het schetterend koper in Wolf in Cheap Clothes.
Kovacs, Shades of Black (Warner Music). Kovacs speelt dit weekend op Paaspop in Schijndel, 5 mei op het Bevrijdingsfestival in Utrecht en 3 oktober in de Melkweg