
Als Niels Harmsen op 24 juli van dit jaar na tien dagen de gevangenis in het Kroatische Osijek achter zich laat, is hij vijf kilo afgevallen. Het eten was er karig en vies. De vis die ze hem op zijn derde dag gaven, was de eerste warme maaltijd waarvan hij de ingrediënten kon thuisbrengen. Verder at hij bonen, rijst, afvalvlees. Een plak kaas die hij een keer bij het ontbijt kreeg, smaakte als kaviaar. Maar vooral de hitte viel hem zwaar. De temperatuur ging er overdag voorbij de veertig graden en airco was er niet. De lunch die de gevangenen tijdens het luchten krijgen, kreeg hij in de brandende zon nauwelijks weg.
Die middag wacht een tiental bekenden hem op bij de uitgang van de gevangenis. Peace, love, liberty, lezen de gele letters op het zwarte shirt dat Niels voor zijn vrijlating heeft aangetrokken. Door zijn vermoeide ogen en pluizige baard heeft hij wel wat weg van een goudzoeker die naar het Wilde Westen van het negentiende-eeuwse Amerika is gereisd om zijn geluk te beproeven. Ze zoeken een terras uit de zon waar Niels een pizza salami met een fles Kroatisch Pan-bier bestelt.
Een kleine drie weken is hij nu op de Balkan. Zijn reisdoel: Liberland, een libertijns Utopia aan de oevers van de Donau. Het ministaatje werd op 13 april (de geboortedag van de Amerikaanse founding father Thomas Jefferson) uitgeroepen op een stukje land van zeven vierkante kilometer (drie keer Monaco) waar Servië en Kroatië al jaren over bakkeleien. De Donau markeert hier de grens tussen de beide landen. Maar door de jaren heen verlegden mens en natuur de loop van de rivier. Kroatië houdt vast aan de negentiende-eeuwse rivieroevers als grens omdat het zo grondgebied heeft aan de Servische kant van de rivier, terwijl Servië het huidige midden van de rivier als landsgrens aanhoudt. Liberland ligt aan de Kroatische kant van de Donau.
Het grensconflict woedde al in het Joegoslavië van de jaren veertig, maar werd pas echt netelig toen het land in de jaren negentig met geweld uiteenklapte. Sindsdien waren aan de beide oevers van de Donau enkele vierkante kilometers terra nullius, niemandsland zonder eigenaar. Tot de radicale Tsjechische liberaal Vit Jedlicka er lucht van kreeg. In april van dit jaar reisde hij af naar het gebied. Toen politie aan weerszijden van de grens aangaf dat het land Servisch noch Kroatisch was (wisten zij veel), handelde hij snel. Hij riep Liberland uit, zijn eigen liberale heilstaat. Een land waar individuen de baas zijn en niet de staat, waar je vrijwillig je belastingen betaalt, en waar publieke diensten als gezondheidszorg en elektriciteit worden aangeboden door bedrijven of betaald worden via crowdfunding. Nog diezelfde maand presenteerde hij een grondwet, ‘leven en laten leven’ werd het credo.
Op woensdag 1 juli vertrok de 28-jarige Niels rond middernacht uit zijn appartement in Breda. Zijn kleine Daihatsu Cuore was tot de nok toe gevuld met spullen die hij nodig zou hebben voor een lang verblijf in den vreemde. Hij nam kleren mee, een vierpersoonstent en een tweepersoonsluchtbed, voldoende water en eten, en een satelliet van anderhalve meter doorsnede zodat hij altijd en overal op internet zou kunnen. Bij de gemeente had hij een Verklaring Omtrent Gedrag aangevraagd om in Liberland te kunnen aantonen dat hij geen crimineel verleden had, een voorwaarde om in aanmerking te komen voor het staatsburgerschap. Communisten en fascisten zijn er evenmin welkom.
Via Frankfurt, Wenen en Boedapest reed Niels in twee dagen naar de Kroatisch-Hongaarse grens. Onderweg ging het op de radio over de onderhandelingen met Griekenland die hun climax naderden en het referendum dat premier Tsipras had uitgeroepen.
Niels had gedacht Liberland zo binnen te rijden, maar dat viel tegen. Volgens de Kroatische autoriteiten ligt Liberland op gebied waar Kroatië het voor het zeggen heeft. Sinds de Liberlanders er hun intrede deden, pakt de grenspolitie iedereen op die er binnengaat. Alleen houthakkers mogen op het ruig begroeide, moerassige gebied komen. Toen Niels op 3 juli nog maar een paar kilometer van Liberland verwijderd was, werd hij aangehouden door twee Kroatische politiewagens. Hij was achter een auto aan gereden die hem de weg wees, en had daarbij een stopbord genegeerd. De politie keerde zijn auto binnenstebuiten. Daarbij kwamen drie vrijwel lege zakjes wiet boven die hij vrijwillig inleverde. Niels werd aangehouden op verdenking van drugsbezit en kreeg een boete van 35 euro voor het negeren van een verkeersbord.
In zijn tweede poging om Liberland te bereiken, reed hij terug naar Servië. Daar kwam hij terecht in Bezdan, een Servisch dorpje met een Hongaarse meerderheid. De Liberlanders hebben er drie gebouwen betrokken. Hun vaste kern bestaat uit twintig mensen. Daar omheen cirkelt een zeventigtal mensen die komen en gaan. Een dag na zijn aankomst plande de groep een poging om een doorbraak te forceren en eindelijk voet aan Liberlandse wal te kunnen zetten. Ze richtten het Rode Kruis van Liberland op, naar eigen zeggen met goedkeuring van het ‘echte’ Rode Kruis. Per boot staken ze op 5 juli de Donau over. Als Washington op de Delaware. De Kroatische grenspolitie had hen meteen door. Zodra zij voet aan Liberlandse wal hadden gezet, werden Niels en drie anderen tegen de grond gewerkt en per bus afgevoerd naar de gevangenis in Osijek. Niels werd verdacht van het onrechtmatig binnentreden van de Schengenzone en het te schande maken van het Rode Kruis.
Vit Jedlicka, de 31-jarige stichter van Liberland, studeerde economie in Praag en was jarenlang regionaal actief voor de Tsjechische Vrije Burgerpartij. Die partij werd zes jaar geleden opgericht door Petr Mach, macro-econoom aan de Universiteit van Praag. Hij bekleedt de enige partijzetel in het Europees Parlement. Mach en Jedlicka zijn klassiek liberalen in de Oostenrijkse traditie, die geloven in een kleine overheid, lage belastingen en zo min mogelijk regels. Met welvaartsverdeling moet de staat zich volgens hen al helemaal niet bemoeien. Ook zijn ze eurosceptisch, omdat de Europese Unie volgens hen ondemocratisch en veel te bureaucratisch is om ooit een succes te kunnen worden. Onder zijn voorbeelden schaart Jedlicka de Amerikaans politicus Ron Paul, inspirator van de libertijnse Tea Party-beweging.
Als president van Liberland reist Jedlicka momenteel de wereld rond om zijn land erkend te krijgen. Zo ging hij in juni naar Duitsland waar de G7 bijeenkwam, en bezocht hij geloofsgenoten in Engeland en de Verenigde Staten. Voorlopig is Liberland echter weinig meer dan een idee. Er is een vlag, er zijn ruim tweehonderd mensen met staatsburgerschap (en volgens Jedlicka nog eens 350.000 mensen die een aanvraag voor burgerschap hebben ingediend), een volkslied, een gedrukte Liberland Times die maandelijks verschijnt, en zelfs een luchtvaartmaatschappij die nieuwe kolonisten met twee kleine vliegtuigen vanuit Tsjechië naar het beloofde land vliegt. Maar Liberland zelf, daar moet het eerste gebouw nog verrijzen.
Om dat proces te bespoedigen werd de Liberland Settlement Corporation opgericht, dat om belastingtechnische redenen staat ingeschreven in Zwitserland. Dat bedrijf geeft aandelen uit die investeerders een deel van het land in handen geeft. De ene helft van de aandelen is opgekocht door sympathisanten, de andere wordt als vergoeding uitgekeerd aan kolonisten zoals Niels, die ter plaatse meehelpen aan de opbouw en kolonisatie van Liberland. Die aandelen zijn nu nog weinig waard. Maar als Liberland volgens de plannen kan groeien, dan hebben de investeerders goud in handen, is de gedachte. Op YouTube is te zien hoe het land zich zal ontwikkelen tot een Manhattan aan de Donau.

In afwachting van zijn straf kreeg Niels een meldplicht en het verbod om Kroatië te verlaten. Een week lang ging hij om de dag naar het politiebureau in een stadje bij de Hongaarse grens. Een lokale sympathisant van Liberland bood hem voor die periode een verblijfplaats aan in Osijek. Van daaruit is het 45 kilometer per taxi, een rit van omgerekend veertig euro. Hoewel de snorders een stuk goedkoper zijn, konden zij Niels geen bonnetje geven. En omdat bij het politiebureau niemand bleek te noteren dat hij zich daadwerkelijk was komen melden, besloot hij het zekere voor het onzekere te nemen en de bonnen als bewijs te bewaren.
Het oordeel van de rechter luidde tien dagen cel. Zijn mede-Liberlander Crom kreeg zestig dagen opgelegd. Met veertien andere gevangenen zaten ze opeengepakt in een cel van krap veertig vierkante meter, inclusief toilet. Hun medegevangenen rookten zoals ze dat alleen op de Balkan kunnen. De ene na de andere sigaret staken ze op. Flink wennen was ook de strakke hiërarchie die binnen de cel bestond, niet het onderwerp waar Niels, die zichzelf omschrijft als sociaal libertariër, zich graag mee bezighoudt. De groep gevangenen had een onbetwiste leider en een ‘celslet’ die koffie zette, de wc schrobde en de anderen masseerde als ze stijve schouders hadden. Niels ontleende een klein beetje status aan zijn buil Javaanse Jongens uit Nederland. De shag beviel zijn medegevangenen goed, en niemand draaide zulke strakke sjekkies als hij. Toch is Niels ervan overtuigd dat hij de nieuwe celslet zou zijn geworden als hij niet net op tijd was vrij gekomen.
Ik leerde Niels kennen op de middelbare school in Breda. We behoorden tot dezelfde vriendengroep die samen blowde, uitging, festivals bezocht en al het andere deed waar pubers de dagen mee doorkomen. Met carnaval zag ik Niels wel eens optreden met zijn carnavalsband Tworwelwa (‘het wordt wel wat’), waar hij met de grote trom vooraan op het podium de maat hield. Aan de tafel in het huis van zijn ouders speelde ik mijn eerste, en vooralsnog enige, potje poker.
Niels was een begenadigd pokeraar. Hij had een chique pokerset en ontdekte na verloop van tijd de online pokersites, waar hij soms flinke winsten opstreek. Het was ook een pokervriend die hem een aantal jaar geleden vertelde over de alternatieven voor ons systeem van geld, schuld en rente. Geld is een prima betaalmiddel, maar op de langere termijn is het veel te onzeker, zei die vriend. Helemaal als je er bijvoorbeeld voor je pensioen van afhankelijk bent. Om die reden stak hij zijn geld in goud en zilver.
Het was de crisisperiode waarin banken gered moesten worden en de kwetsbaarheid van het financiële systeem pijnlijk zichtbaar werd. Hoewel Niels accountancy had gestudeerd, raakte hij ervan overtuigd dat zijn studie hem niet buiten de kaders had leren denken. En zijn werk als accountant voor McDonald’s bevestigde dat keer op keer. Dagelijks zag hij de miljoenen zijn boeken in en uit gaan. Zijn taak was alle mogelijke belastingtrucs en voordelen zo effectief mogelijk te benutten. Dat werk ging steeds meer aan hem knagen. Op een dag barstte hij bij zijn ouders thuis in tranen uit. Hij wilde er niet langer aan meewerken en zegde zijn baan op.
Niels besloot zich te gaan verdiepen in alternatieven voor het financiële systeem. Hij bekeek alle filmpjes op de underground-YouTube-kanalen van financiële goeroes met namen als Brother John F. en Finance and Liberty. Hij leerde dat de euro’s in onze portemonnee op niets anders zijn gebaseerd dan op schulden aan de bank. Op die schulden betalen we rente, die we aflossen door weer nieuwe schulden aan te gaan. Het is, kortom, een glijdende schaal waar de wereld aan ten onder zal gaan, concludeerde hij. Neem de Griekse crisis. Iedereen praat elkaar na. Dat de Grieken te ver zijn gegaan, bijvoorbeeld. Maar wat die crisis volgens hem pas echt aantoont, is de onbegrensde macht van politici, banken en andere gevestigde instituten over de levens van gewone mensen.
Toen Jedlicka dit voorjaar zijn liberale vrijhaven stichtte, vroegen veel mensen zich af of het soms een goede grap was. Toen de Liberlanders daar te serieus voor bleken, kwam al snel de kritiek dat dit ‘anarcho-kapitalistisch’ experiment zou resulteren in een nieuw belastingparadijs, een Kaaimaneiland op de Balkan. Daarmee was Jedlicka het wel eens. Er zouden zelfs nog meer landen als Monaco en Liechtenstein mogen zijn. Bij wijze van concurrentie. Naast de belastinghel die menig land volgens hem is, zijn een paar belastingparadijzen prima te verantwoorden. Tot het zo ver is, is er wel nog werk aan de winkel. En niet alleen omdat de Liberlanders hun land nog binnen moeten komen. De vraag is hoeveel landen bereid zijn in te stemmen met al weer een onafhankelijk Balkanland. Denk alleen al aan de moeite die het Kosovo kostte om erkend te worden, en dan was dat nog een land waar de Navo (Nederland incluis) een oorlog voor gevochten heeft. Spanje weigert Kosovo bijvoorbeeld nog altijd te erkennen uit angst om de Basken en Catalanen op ideeën te brengen.
Hoe dan ook trekt Liberland een waaier van mensen aan. Van types die geloven dat individuen meer kunnen dan de staat, tot verstokte Tea Party-adepten en mensen als de welbespraakte Deense bitcoin-handelaar Niklas Nikolajsen. Deze goedgeklede verschijning met puntgave snor, paardenstaart en rieten hoed was er als de kippen bij om het project mee op te bouwen en op zoek te gaan naar investeerders. Tegelijkertijd zijn er sympathisanten in landen als Noorwegen, Frankrijk en Georgië die provisorische ambassades voor Liberland inrichtten.
Nadat Niels zijn baan bij McDonald’s had opgezegd, kocht hij zijn eerste bitcoins, het digitaal betaalmiddel dat sinds begin 2009 bestaat. Toen de waarde van de bitcoin een paar maanden later door het dak ging (van een paar tientjes naar een hoogtepunt van 1242 dollar per bitcoin), was hij op slag miljonair.
Bitcoin en andere cryptocurrencies waren de toekomst, daarvan was Niels overtuigd. En niet alleen omdat hij op het juiste moment was ingestapt en met de handel zijn slag had geslagen. Dit versleutelde betaalsysteem is volgens hem de enige manier om de macht van banken, het imf, overheden en ministers te omzeilen en te breken. Het fundament onder het bitcoinsysteem is de complexe blockchain-technologie die werkt via computers over de hele wereld. In plaats van een bank die bijvoorbeeld controleert of iemand zijn geld niet twee keer uitgeeft, is het een neutrale computer die toeziet op het betaalverkeer en al deze informatie opslaat in logboeken waar iedereen bij kan. Ook de toename van het aantal bitcoins ligt beklonken in de technologie. Niet de handtekening van Mario Draghi, maar een algoritme bepaalt of er nieuw geld bij komt.
Vanaf dat moment was Niels op een missie. De wereld moest weten wat voor een verrot systeem we in stand houden, maar ook dat het alternatief voor het oprapen ligt. Hij raakte betrokken bij een groep die een elektronische gulden lanceerde, gebaseerd op de bitcoin-technologie. Vanuit hetzelfde systeem bouwden ze ook een pensioensysteem dat de traditionele pensioeninstituten buitenspel zet. Zelf bedacht Niels ‘tBrabantsKWARTIERTJE’, een rentevrije valuta voor Brabanders. Zijn huur wilde hij voortaan alleen nog maar betalen in cryptocurrency. Toen zijn huisbaas daar niets van wilde weten, stopte hij alle betalingen.
In maart 2015 reisde Niels per trein naar Amsterdam, waar hij zes weken in het Maagdenhuis zou verblijven. Hij hield er een toespraak die niet in goede aarde viel. Waarom zou je economie studeren, vroeg hij. Voor het eerst in de geschiedenis is alle informatie via internet vrij toegankelijk, terwijl een studie economie studenten alleen maar aanleert om binnen de kaders van het bestaande systeem te verblijven.
Dichter bij huis greep hij carnaval aan om zijn politieke statements en systeemkritiek in ludieke vorm te ventileren. Tijdens twee opeenvolgende edities doopte Niels zichzelf Kapitein yclo, een afkorting van ‘your children live on’ en een knipoog naar de hedonistische kreet yolo (‘you only live once’). Met die kortetermijnvisie wilde Niels breken. Zijn carnavalswagen, een boot die hij achter zich aan trok, behaalde twee achtereenvolgende jaren de laatste prijs. Your children live on werd ook in Liberland zijn nieuwe naam, nu geschreven als Yoshi Livo. Meteen nadat hij voor de eerste keer vast was komen te zitten, gunde president Jedlicka hem het Liberlandse staatsburgerschap.
Niels verwacht nog wel een keer in de bak te belanden, vertelt hij als hij op een warme zondagmiddag vanuit een café in het Servische Bezdan belt op Skype. Hij nipt van een espresso, zijn hoofd glanst van het zweet. Want het kan best nog even duren eer Liberland erkend wordt. Misschien wel een paar jaar. Maar dat het ervan gaat komen, dat staat voor hem vast. Daarna wil hij ambassadeur van de Liberlandse ambassade in Nederland worden.
Tot het zo ver is moeten de Liberlanders het hoofd boven water zien te houden. Het geld dat binnenkwam uit de uitgave van aandelen raakt op. De kolonisten denken hard na over het oprichten van bedrijfjes die geld in het laatje moeten brengen. Een callcenter met Engelssprekende Serviërs bijvoorbeeld, of een webshop voor souvenirs uit Liberland. Een van die hebbedingetjes wordt een potje Liberland chilisaus. De pepers groeien in Servië, maar in aarde uit Liberland. De kolonisten zijn het ’s nachts zelf uit het beloofde land gaan scheppen. Met de boot en in het geniep.
Beeld: (1) Liberland, niemandsland tussen Kroatië en Servië (Vlado Kos / Cropix / Sipa / HH); (2) Servië, bij Bezdan, de grens bij Kroatië. De oprichting van Liberland houdt Kroatië en Servië bezig, ze blokkeren beide het geïsoleerde stukje land (Darko Vojinovic / AP / HH)