
Een dag na Kerst ploft er een mailtje in mijn inbox: Afspraak boeking coronavaccinatie, stond er in het Duits. Mijn vrouw, ook journalist, had ons aangemeld bij een vaccinatiecentrum in het Duitse Baiersbronn, diep in het Zwarte Woud. Ze was via-via te weten gekomen dat de artsen daar off label vaccinaties toedienen aan kinderen jonger dan vijf jaar. Onze zoon Zev wordt in maart vijf en kan dan pas in eigen land zijn eerste prik krijgen, net te laat om met wat extra bescherming door de huidige coronagolf te komen.
Toen ik over deze mogelijkheid hoorde, twijfelde ik of het de moeite waard zou zijn om helemaal naar Zuid-Duitsland te rijden. Ook ik ken de boodschap die de belangrijkste experts in Nederland steeds herhalen: bij kinderen is het coronavirus nauwelijks te onderscheiden van andere luchtwegvirussen en ernstige complicaties en langdurige klachten zijn uiterst zeldzaam. Een prik is, aldus de prominente kinderartsen, alleen echt zinvol voor kwetsbare kinderen en kinderen met kwetsbare gezinsleden.
Tegelijk weten mijn vrouw en ik als ouders van een doodgeboren zoon maar al te goed hoe het is om met ‘die verwaarloosbaar kleine kans’ geconfronteerd te worden. En zijn we daardoor op onze hoede wanneer zorgprofessionals een dergelijke risico-afweging voor ons maken. Daarbij ken ik de geschiedenis: ook over mazelen werd in Nederland lange tijd in dezelfde bewoordingen gesproken: de meeste kinderen worden er niet ernstig ziek van – maar ze kunnen wel degelijk ernstige complicaties krijgen, zoals doofheid, en soms zelfs overlijden.
Al sinds het begin van de coronapandemie vormen kinderen en scholen een heet hangijzer. Tijdens de eerste golf in maart 2020 adviseerde het Outbreak Management Team de scholen (nog) niet te sluiten, maar besloot het kabinet dat onder druk van artsen, leraren en ouders toch te doen. De boodschap was toen: kinderen worden nauwelijks ziek van het virus en dragen het nauwelijks over. Inmiddels weten we dat kinderen wel degelijk het virus massaal oplopen en doorgeven en dat ze er ziek – ook ernstig ziek – van kunnen worden, maar inderdaad: dat laatste is zeldzaam. In discussies over schoolmaatregelen en -sluitingen draait het steevast om het belang van onderwijs (voor kinderen), en het belang om het aantal besmettingen terug te dringen (voor ouderen en andere kwetsbaren). Of het voorkomen van besmettingen ook voor docenten en kinderen zelf goed zou zijn, daarover gaat het vrijwel niet.
De afgelopen maanden is duidelijk geworden dat covid ook bij kinderen niet zomaar een onschuldige verkoudheid is. En hoewel de eerste buitenlandse cijfers erop duiden dat de omikronvariant ook bij kinderen ongeveer twee keer minder vaak ernstig uitpakt dan delta, zal het aantal opnames onder kinderen door de enorme besmettingsaantallen en de lage vaccinatiegraad waarschijnlijk in de komende weken recordhoogtes bereiken. Omdat deze variant de hogere luchtwegen lijkt te infecteren, kan dat voor met name de jongste kinderen klachten geven die eerder niet zo veel voorkwamen, met name pseudokroep, de keelontsteking met de beruchte zeehondenhoest, en mogelijk ook bronchiolitis, een ontsteking van de kleine luchtwegen.
‘Het aantal opnames van kinderen met covid is de afgelopen maanden steeds meebewogen met dat van de volwassenen’, zegt Emmeline Buddingh, kinderimmunoloog in het Leids Universitair Medisch Centrum. ‘Maar de aantallen zijn veel lager. In die zin gedraagt corona zich bij kinderen als een gewone luchtweginfectie.’
Ongeveer de helft van de kinderen die matige tot ernstige klachten ontwikkelden had onderliggend lijden, bij ernstige klachten is dat percentage hoger. Het totaal aantal opnames van kinderen tot twintig jaar met een acute covid-infectie in Nederland is volgens Stichting NICE iets meer dan tweeduizend, waarvan 36 op de ic. Ongeveer de helft betreft kinderen jonger dan twee jaar, ruim honderd waren tussen de vijf en elf. In totaal overleden in Nederland vijftien kinderen van nul tot twintig jaar oud aan corona, waarvan drie onder de twaalf jaar.
Het coronavirus kan bij kinderen een complicatie veroorzaken die niet gangbaar is bij luchtweginfecties: ruim tweehonderd kinderen kregen ongeveer een maand na hun (veelal milde) covid-infectie MIS-C, een ernstige ontstekingsreactie die optreedt in verschillende organen waaronder meestal het hart. Ruim de helft daarvan belandde op de ic. ‘Echt een dramatisch ziektebeeld’, zegt Pieter Fraaij, kinderimmunoloog in het Erasmus MC in Rotterdam.
Daar komt bij dat kinderen net als volwassenen ook na hun infectie langdurig last kunnen houden van onder meer vermoeidheid, benauwdheid en een matige conditie. Over dat post-covid-syndroom voeren wetenschappers nog volop discussie. ‘Een Franse studie liet recent zien dat er een sterkere link is tussen post-covid-klachten en het geloof van mensen dat ze covid hebben gehad, dan met een positieve antistoffentest’, zegt kinderarts en epidemioloog Patricia Bruijning van het UMC Utrecht en rivm. ‘Er zijn zeker mensen bij die groep met chronische ontstekingen, maar ik denk dat dit voor lang niet iedereen geldt die het stickertje long covid krijgt.’
Op deze relativerende studie is wel de nodige kritiek. Collega-wetenschappers benadrukken in de commentaarsectie dat een antistoffentest geen goede maat is voor het hebben doorgemaakt van covid, omdat die antistoffen vaak na een tijdje afnemen. Er zijn ook aanwijzingen dat juist mensen met langdurige klachten vaker nauwelijks antistoffen aanmaken. De komende jaren zal pas duidelijk worden hoeveel kinderen daadwerkelijk last zullen houden van hun covid-infectie (een recente Finse schatting komt op twee procent, dus tienduizenden kinderen in Nederland) en in welke mate. ‘We zien een sterke variatie: van niet helemaal fit zijn de eerste weken, tot kinderen die eerst superactief waren en nu maandenlang nergens toe in staat zijn’, zegt Suzanne Terheggen, kinderlongarts in het Amsterdam UMC. ‘Het zijn er weinig, maar we denken dat we maar het topje van de ijsberg zien.’
Een groep ouders maakt zich onder de hashtag #scholenveilig al maanden druk over het gebrek aan aandacht voor het beschermen van kinderen tegen het virus. ‘De overheid heeft als wettelijke taak de bevolking tegen dit virus te beschermen, maar doet het simpelweg niet’, zegt sociaal-psycholoog Myrna Over, een van de initiatiefnemers. In plaats van dat ze serieus genomen worden, wordt hun regelmatig verweten dat ze ‘gewoon de scholen dicht willen’. Dat is heel flauw, zegt Over: ‘We hebben in het begin gepleit voor een schoolsluiting, omdat er toen geen veilig alternatief was. Maar nu is dat er wel, scholen kunnen open én we kunnen er van alles aan doen om het aantal besmettingen te beperken.’
Door de nadruk op de mildheid van het virus voor de meeste kinderen wordt het nemen van maatregelen die hen belemmeren al snel als belastend gezien, of dit nu gaat om mondkapjes, testen of het houden van afstand. Bruijning (wel voorstander van regelmatig testen van leerlingen) pleit ervoor het coronavirus net zo te behandelen als andere luchtwegvirussen, zoals verkoudheidsvirussen en influenza, die voor de pandemie ook rondgingen in school. ‘Daar namen we ook geen ingrijpende maatregelen voor.’
Terwijl buurland Duitsland laat zien dat zulke maatregelen wel degelijk verschil maken, voor de kinderen én voor het verloop van de pandemie. Het belang van ventilatie is in Duitsland al langer erkend en de overheid heeft er meer geld voor uitgetrokken. Twee keer per week testen is niet vrijwillig zoals in Nederland, maar voor alle leerlingen verplicht. Daarnaast dragen kinderen boven de tien altijd en kinderen onder de tien bij een hoge besmettingsgraad mondneusmaskers, ook tijdens de les, zegt Jörg Dötsch, voorzitter van de Duitse vereniging voor kinderartsen. ‘We zijn sinds de eerste golf in staat gebleken het virus op scholen onder controle te houden. We zien zelfs de dag voor de vakantie minder besmettingen onder leerlingen dan de dag erna. Ik ben dus niet alleen tegen schoolsluiting vanwege het belang van onderwijs, maar ook omdat je de controle verliest.’
En er is sinds kort een extra wapen bij gekomen. ‘We hoeven kinderen niet meer allemaal besmet te laten raken’, zegt Folke Brinkmann, kinderarts verbonden aan de Universiteit van Bochum in Duitsland. ‘We kunnen de kinderen boven de vijf vaccineren.’
Over dat vaccineren is zowel in Duitsland als in Nederland door de kinderartsen stevig gediscussieerd. In Nederland verklaarde onder meer omt-lid en voorzitter van de kinderartsenvereniging Karoly Illy er ‘moeite mee te hebben’ om jonge kinderen te vaccineren, omdat wat hem betreft de meerwaarde voor henzelf beperkt is.
In zowel Duitsland als Nederland wordt het vaccin officieel alleen aangeraden voor kinderen met een verhoogd risico op ernstig beloop of met een nabij familielid dat erg kwetsbaar is. De rest mag ook, maar zonder actieve aanbeveling vanuit de Duitse StiKo. De Nederlandse Gezondheidsraad raadt aan ‘het vaccin beschikbaar te stellen’ voor alle kinderen vanaf vijf jaar. ‘Voordat we het vaccin daadwerkelijk alle kinderen vanaf vijf jaar aanraden wachten we aanvullende gegevens vanuit de Verenigde Staten af’, zegt Jörg Dötsch, voorzitter van de Duitse vereniging voor kinderartsen. Met name het Moderna-vaccin (dat in Nederland niet aan jongeren en kinderen wordt toegediend) lijkt bij jonge mannen de kans op hartontstekingen te kunnen verhogen, de meest recente gegevens uit de VS laten bij jongere kinderen dit beeld niet zien.
Daar tegenover staat dat er wel degelijk voordelen van het coronavaccin zijn voor het kind zelf: er zijn sterke aanwijzingen dat het zowel de kans op ernstige covid, op MIS-C én post-covid verlaagt. Ook bij kinderen zonder onderliggend lijden. ‘Door het vaccin niet aan te raden nemen jullie autoriteiten een gok’, zegt Claudia Hoyen, kinderarts in het Amerikaanse Cleveland, Ohio, ‘want juist ongevaccineerde kinderen lopen het grootste risico.’
Brinkmann vaccineert wel vol overtuiging kinderen in deze leeftijdsgroep en haar kliniek in Bochum biedt daarnaast de prik ook off label aan voor kwetsbare kinderen onder de vijf. ‘We hebben een paar sterfgevallen gehad in die leeftijdsgroep, vandaar dat we dit hebben besloten.’
Onduidelijk is nog hoe de situatie door de opkomst van de omikronvariant verandert. Het beeld is nog wisselend, al suggereren recente Britse cijfers dat ook bij kinderen de kans op een opname zo’n zestig procent lager is. Het vermoeden, zegt Buddingh, is dat een eerdere infectie met een andere variant tegen een ernstig beloop én tegen MIS-C zal beschermen. Naar schatting heeft al ongeveer helft van de kinderen het virus al eens gehad.
In met name de VS en het Verenigd Koninkrijk loopt het aantal opgenomen kinderen – het meest onder de vijf – snel op. Amerikaanse artsen melden een toename van infecties van de keel (waaronder de door een zeehondenhoest gekenmerkte pseudokroep) en kleine luchtwegen, wat past bij het beeld van omikron. ‘Als dat klopt, kan het aantal opnames flink toenemen, maar deze klachten zijn wel beter te behandelen dan longontstekingen’, zegt Hoyen.
In de eerstkomende weken valt er hoe dan ook een chaos te verwachten op scholen, door een enorm aantal besmettingen, quarantaines en klassen die naar huis gestuurd worden. In Frankrijk testten afgelopen donderdag alleen al 47.000 leerlingen en 5600 docenten positief, tienduizend klassen zouden zijn gesloten.
Ondanks de enorme besmettingsaantallen en daaropvolgende opnames verwacht Bruijning niet dat de kinderziekenhuizen overspoeld zullen worden, zoals nu bijvoorbeeld in New York het geval lijkt. ‘Kinderziekenhuizen zijn gewend aan een sterke toename van luchtweginfecties in de winter. We hebben nu nauwelijks griep en rsv en de meeste opnames zullen kort zijn, heel anders dan de opnames zoals we die kennen bij volwassenen.’
Vanaf 18 januari kunnen ouders in Nederland een prikafspraak voor kinderen vanaf vijf jaar inplannen. Wij kozen er in elk geval voor om voor de troepen uit te lopen. Op 29 december kreeg onze zoon in Baiersbronn zijn eerste prikje. Betalen hoefde niet, we mochten wat geld in de koffiepot stoppen voor het personeel. Na afloop kreeg Zev een zakje gummibeertjes. Papa en mama kregen als verrassing een lokaal biertje mee. ‘Om te vieren dat uw zoon zijn prik heeft gehad.’