WILLEMSTAD Het Openbaar Ministerie op Curaçao is gisteren begonnen met het controleren van de passagierslijsten van Dutch Caribbean Airlines (DCA). Doel daarvan is om bolletjesslikkers op de DCA-vluchten naar Amsterdam te weren. De papierencontrole zal echter niet op de luchthaven plaatsvinden, zoals bij de pre-flightcontroles van de KLM wél het geval is. Critici vragen zich daarom af of de controles op DCA-vluchten wel het gewenste resultaat opleveren. En of Nederland zich daarbij neerlegt.
DCA voelt de hete adem van de Nederlandse politiek in zijn nek. Een maand geleden begonnen douane en marechaussee pre-flight controles op KLM-vluchten tussen Amsterdam en Curaçao, waarbij passagiers op basis van een aantal aan drugssmokkel gerelateerde criteria kunnen worden geweigerd. Sindsdien kiezen bolletjesslikkers massaal voor de door Sobel Air uitgevoerde vluchten van DCA. Maar de directie van de Antilliaanse luchtvaartmaatschappij is er niet al te happig op om de controles van de KLM over te nemen.
In lijn met de Antilliaanse Minister van Justitie, Rutsel Martha, ziet DCA-directeur Mario Evertsz de ophef over de bolletjesslikkers vooral als een Nederlands probleem. Volgens die redenatie ligt de vraag naar cocaïne immers in Nederland, dus waarom zouden de Antillen de zwarte piet toegeschoven krijgen omdat ze de Nederlandse stoep niet schoon kunnen houden?
Daarbij speelt ook een economische overweging. Demissionair premier van de Nederlandse Antillen, Miguel Pourier, zei vorige maand hardop wat Curaçaoënaars al langer wisten: Veertig tot vijftig procent van de Curaçaose economie draait op de drugshandel. Daar staat DCA niet buiten.
Als doorstart van de voormalige nationale trots, de Antilliaanse Luchtvaart Maatschappij (ALM), is Dutch Caribbean Airlines nog altijd een pijler van de Curaçaose economie. DCA vliegt nu vijf keer in de week naar Amsterdam, het streven is om daar een dagelijkse vlucht van te maken.
Het laatste wat DCA wil is dat ze door de controle op bolletjesslikkers met lege stoelen komt te zitten. De KLM vliegt momenteel twaalf keer per week tussen Amsterdam en Curaçao. In de eerste dagen van de pre-flightcontroles gebeurde het dat er meer dan 130 passagiers niet meegingen. De drugskoeriers en vermeende bolletjesslikkers werden aangehouden, geweigerd of kwamen simpelweg niet opdagen. Zo bleef soms een derde van een KLM-Boeing op weg naar Nederland leeg.
Officieel heet het dat DCA niet het verlengstuk van Justitie wil zijn. Maar de discussie gaat eerder over de overlevingskansen van de luchtvaartmaatschappij. De Nederlandse minister Korthals van Justitie beschouwt de houding van DCA als medeplichtigheid aan drugssmokkel. Ondertussen is de Antilliaanse luchtvaartmaatschappij de Nederlandse politieke druk meer dan zat.
Om de Nederlanders te sussen sloten DCA en het Antilliaanse ministerie van Justitie op 10 mei een verdrag. Er werd afgesproken dat passagiers niet aan de gate, maar bij het boeken van hun vlucht worden gescreend. Daardoor heeft het Openbaar Ministerie nu inzage in het reserveringssysteem van DCA. Op basis van de gehanteerde criteria en beschikbare gegevens over de persoon in kwestie kan afgifte van een ticket worden geweigerd.
Maar hoe kun je aan een reservering zien of iemand tijdens de vlucht naar Nederland, vaak weken later, bolletjes in zijn maag heeft? Advocaat-generaal van het OM op Curaçao, Ben Swagerman, is bang dat er nog veel nader ingevuld moet worden, wil deze controle dezelfde werking hebben als bij de KLM.
Het conflict tussen de Nederlandse justitie en Dutch Carib bean Airlines is het zoveelste hoofdstuk in de bolletjessaga. Dat feuilleton is gebaseerd op onbegrip en de Nederlandse overtuiging dat alle drugskoeriers achter de tralies horen. Voor Curaçaoënaars is dat moeilijk te rijmen met de grote hoeveelheden cocaïne in het Nederlandse uitgaanscircuit. Het vooruitzicht op een nieuwe regering aan beide kanten van het Koninkrijk biedt nieuwe kansen om de wederzijdse starheid te doorbreken.