In een ander leven, in een ander universum, was Olivia Newton-John een personage geweest van John le Carré. Haar grootvader was Max Born, de joodse Nobelprijswinnaar voor zijn onderzoek naar kwantummechanica, die in 1933 voor de nazi’s Duitsland ontvluchtte. Op 31 augustus 1939, de dag voor het uitbreken van de oorlog, kreeg hij zijn Britse nationaliteit. Haar vader werkte tijdens de oorlog voor MI5, de geheime dienst, was betrokken bij het kraken van de Enigma-code op Bletchley Park. Toen nazikopstuk Rudolf Hess op zijn hysterische solovlucht in Schotland crashte, was Newton-John een van de eerste soldaten ter plekke om hem te verhoren.

Daarna werd hij hoofd van zo’n typische, tochtige, Engelse kostschool – precies de plek waarin Le Carré’s spionnenmeesters hun protegés scouten. Dit is dan exact hoe Olivia Newton-John in een Le Carré-roman zou figureren, zoals meer van zijn vrouwelijke personages dat doen: altijd monter, altijd blijven lachen, altijd keurig terwijl de halve wereld instort.

In ons universum echter verhuisde het gezin op Olvia’s achtste naar Australië. Er zat altijd iets muzikaals in haar familie, vertelde ze later. Haar moeder was verliefd geworden op haar vader toen ze hem, van een afstandje, hoorde zingen. Een diepe bariton. ‘Ze volgde die stem. Mam zei altijd dat ze verliefd werd op die stem nog voordat ze hem gezien had.’

Haar eigen stem was zacht. Zoet, zou je zeggen, zeker als je die afzet tegen de rockmuziek die begin jaren zeventig in de top-veertigs stond. Het is moeilijk haar hits van toen nu in herinnering te brengen, maar hits had ze zeker, de ene na de andere, vriendelijke, goedaardige hitjes. Ze won zelf Grammy’s, in het country-genre. In 1974, het jaar dat abba het Songfestival won met Waterloo, vertegenwoordigde Newton-John Engeland met het mierzoete Long Live Love (ze werd vierde).

Maar iets anders dan zoete liedjes zat er niet in – ze was Sandy uit Grease voordat ze Sandy in Grease speelde. De perfecte schoondochter, in ongekreukte plooijurk.

Probeer maar eens aan tieners van nu uit te leggen dat de acteurs in Grease tieners moeten verbeelden. Ze zien eruit als scholieren die zich zorgen maken over hun pensioengat. Olivia Newton John was dertig en zag er nog het jongst uit. De film speelt in 1958, maar eigenlijk is het decor het gedroomde naoorlogse Amerika, met Cadillacs en lippenstift. Alles is te glanzend om waar te zijn. Nooit had een vetkuif zo’n volume als die van John Travolta, nooit was een schoolmeisje zo onschuldig als Olivia Newton-John.

In haar clips zat ze in bad, kronkelde ze in bed

Ze speelde Sandy, de brave uitwisselingsstudente. ‘Sandy!’ Dat is het mooiste fragment uit de film: als de stoere John Travolta zijn zomerliefde (summer loving happened so fast) Sandy onverwacht terugziet op het schoolplein en hij even vergeet dat hij de stoere jongen hoort te zijn. ‘Sandy!’ Die naïeve blijdschap waarmee hij haar naam noemt. Aan het einde van de film veranderen ze in elkaar, zij ineens stoer in het leer, hij in een gebreide cardigan. Tot het moment dat ze haar sigaret op de grond gooit en begint te dansen wist de Wetenschap nog niet dat een leren broek zó strak kon zitten. You’re the one that I want, oe, oe, oe.

Iedereen zag Grease, vetkuif Danny Zuko en brave Sandy werden direct cultureel erfgoed. De enige Oscar-nominatie voor Grease was voor haar. Beste Song, Hopelessly Devoted to You. Ze zingt het met een haarband in, in een nachthemd tot aan haar voeten. ‘Now there’s nowhere to hide/ since you pushed my love aside.’

Alleen, hoe schud je Sandy weer van je af? Want Newton-John had besloten dat ze niet verder wilde als de Sandy in plooijurk, maar als de Sandy in de leren broek. En dus koos ze eerst de hoofdrol in Xanadu, een hallucinante musical waarin de Griekse goden samenspannen om een rolschaatsdisco te beginnen (dat boek van Aristoteles moet verloren zijn gegaan). Daarna bracht ze het nummer Physical uit: in fluorescerend spandex liet ze zich in de videoclip door een douchekraan onder spuiten. ‘I took you to an intimate restaurant’, zong ze: ‘Then to a suggestive movie/ There’s nothing left to talk about/ Less it’s horizontally.’

mtv was net opgericht, fluorescerend spandex deed het goed. Ze won een Grammy voor videoclip van het jaar, verkocht miljoenen. In de clips daarna zat ze in bad, kronkelde ze in bed. Was het sexy? Vast. Nog steeds wordt haar transformatie gezien als een van de grote imago-heruitvindingen van popsterren.

Maar toch: hoe kon je niet die keurige Sandy in haar zien, met die volkomen goedaardige glimlach?

Het moet ergens een opluchting zijn geweest toen ze terugveerde naar haar oude rol. Een rol die ze voorbeeldig op zich nam, nadat ze begin jaren negentig met borstkanker werd gediagnosticeerd. Ze begon zich in te zetten voor kankeronderzoek, voor het klimaat, voor bedreigde dieren, voor Unicef. En wie kon dat beter dan zij? De kanker kwam meerdere keren terug, huwelijk strandde, haar partner sloeg overboord op zee, maar telkens als je haar zag straalde ze, vond ze weer een nieuw goed doel waarvoor ze zich kon inzetten. Met terugwerkende kracht veranderde haar imago, kun je zeggen; was braaf eigenlijk ook niet voorbeeldig, en dan letterlijk, een voorbeeld om te volgen? Ze begon een eigen stichting voor borstkankeronderzoek, ze liep de Chinese Muur af voor een sponsorloop om geld op te halen. Altijd monter, altijd lachend, altijd keurig terwijl de wereld instort.

In 2017 kreeg ze weer een diagnose voor haar kiezen – waarop ze een memoir publiceerde met de titel Don’t Stop Believin’.