Met een bloemenkrans op haar hoofd en om haar hals, haar aanhangers dicht om haar heen, stond de Nieuw-Zeelandse premier Jacinda Ardern op de foto. Ze heeft het coronavirus eronder gekregen en mede daardoor afgelopen weekeinde de verkiezingen gewonnen. Om het in de terminologie van minister-president Mark Rutte te zeggen: Ardern gebruikte de hamer om het virus plat te slaan. Maar zij heeft het dan ook een stuk makkelijker dan onze minister-president: haar eiland kan ze afsluiten voor reizigers. Dat heeft ze ook nog eens rigoureus aangepakt. Wie toch per vliegtuig binnenkwam, moest streng gecontroleerd in quarantaine. Niks dringend advies en eigen verantwoordelijkheid.
Rutte en met hem het hele kabinet kregen vorige week vanuit met name de oppositie het verwijt dat het Nederlandse coronabeleid heeft gefaald. Als platslaan het doel was, dan klopt dat.
Rutte wilde dat we konden dansen met het virus, dan weer iets losser, dan weer volgens vastere danspatronen als het virus opspeelde. Maar we hebben afgelopen zomer te lang, te los gedanst en te dicht op elkaar. Naar gelang de politieke visie op mens en samenleving ligt dat aan gebrekkige en onduidelijke regels of aan ons onverantwoordelijke gedrag. Ik denk dat beide een rol spelen. Alleen de koning en zijn vrouw zijn formeel van enige eigen verantwoordelijkheid ontheven – wat ze er niet van hoeft te weerhouden die wel te voelen.
Maar ik zie wel meer mensen lak hebben aan regels en adviezen, én een kabinet dat te laat en te gering ingrijpt. Rutte beroept zich daarbij op het coronadashboard. Als op een honderdkilometerweg steeds weer dodelijke ongelukken gebeuren, concludeer je dat de maximum snelheid te hoog is. En verlaag je deze aanzienlijk. Bij het virus werd pas ingegrepen toen het aantal besmettingen al weer hoog was, maar Rutte blijft zich erop beroepen dat het volgens het dashboard op tijd was. En toen er werd ingegrepen, was dat ook nog eens beperkt: rond half september moesten slechts in vier regio’s de cafés een uur eerder dicht.
Nu er inmiddels weer een landelijke lockdown is, waarschijnlijk langer dan de aangekondigde vier weken, groeit de roep om anders met het virus om te gaan: om ermee te leren leven, omdat het coronavirus mogelijk onbedwingbaar is. Afgelopen week deed filosoof Marli Huijer daartoe een oproep in de Volkskrant, maar ik hoor die geluiden ook in de Tweede Kamer. Niet openlijk of tijdens een debat. Dan koersen de critici niet aan op ‘ermee leren leven’, nee, zij willen eerder én harder met de hamer slaan.
Huijer heeft het als filosoof over de vraag wat een goed leven is. Is dat goede leven zo oud mogelijk worden? vraagt zij zich af. Stel dat het antwoord daarop nee is. Wat zou dat in dit geval inhouden? Dat mensen van boven de 75 met corona niet meer worden opgenomen in het ziekenhuis, laat staan op de intensive care? Maar waarom dan wel als ze kanker hebben of een beroerte krijgen? Waarom zou tegen dat noodlot anders worden aangekeken dan tegen het noodlot om besmet te raken door corona? Het lijken mij relevante vragen.
Al voordat het coronavirus opdook durfde de politiek geen antwoord te geven op de vraag of de medische kosten van een extra levensjaar bepalend mogen zijn of iemand al dan niet wordt behandeld. Die kosten worden wel regelmatig uitgerekend, maar niet per decreet vastgelegd als scheidslijn. Dat uitrekenen gaat in euro’s, dat klinkt inderdaad hard en zakelijk. Maar ook nu bij corona en hoe daarop te reageren, draait het uiteindelijk om de vraag wat het mag kosten: aan werklozen en faillissementen, aan toekomstverwachtingen van de jeugd, aan het gezondheidsperspectief van mensen die op de wachtlijst komen omdat de ziekenhuisbedden zijn bezet door coronapatiënten.
Voorstanders van ‘ermee leren leven’, ook in het parlement, vergelijken het coronavirus met hiv. Daar hebben we ook mee leren omgaan en inmiddels is er een behandeling, zo is de redenering. Die vergelijking vind ik mank gaan. Je kunt bij hiv weliswaar nog moeilijker dan bij corona weten of iemand het heeft, je hóeft echter niet met iemand te vrijen – laat staan onveilig – terwijl je met corona besmet kunt worden zonder ook zelfs maar door iemand te zijn aangeraakt, gewoon thuis, op je werk, bij de sportvereniging of tijdens de koorrepetitie. Hoe weet je welke ander besmet is, wie er misschien vaak en te dicht bij derden komt, zeg maar een corona-daredevil is?
‘Ermee leren leven’ en het als noodlot accepteren, kan inhouden dat in het jaarlijkse griepseizoen het virus steeds weer terugkeert. Zolang er geen vaccin of goede behandeling is, zal dit betekenen dat veel mensen ziek worden. Dan kunnen lessen uitvallen, en wordt de jeugd toch geraakt. Moeten ‘gewone’ afdelingen van ziekenhuizen worden gesloten, omdat ook ziekenhuispersoneel besmet raakt, waardoor veel patiënten geen behandeling krijgen, niet alleen de ouderen. Zal het OV niet altijd op schema kunnen rijden en hebben thuiswonende studenten én werknemers die niet kunnen thuiswerken daar last van. Ga zo maar door.
Marli Huijer vraagt om het kritisch bevragen van het huidige coronabeleid van het kabinet. Dan moet dat omgekeerd ook voor het ‘ermee leren leven’-scenario. Een dergelijk open debat zou ik in de politiek wel willen horen, met nog meer kritische vragen dan ik hier kan stellen. Maar vooralsnog lijkt voor dat debat geen meerderheid in het parlement.