
Veel werk van Tracey Emin heb ik gezien in de loop der jaren – ook veel werk op papier. Het is autobiografisch. Het is dus de buigzame figuur van haar eigen lichaam die er voortdurend in voorkomt – of lichamen in haar onmiddellijke omgeving. Wat er in allerlei lichamelijke situaties met het lichaam gebeurt is wat haar kunst toont en uitdrukt. Het lichaam voelt pijn en smart bij ziekte of verlies, of gelukzaligheid, of uiterste vervoering bij het klaarkomen of, weer iets anders, een tragere bevrediging wanneer er gemasturbeerd wordt. Dat zijn zoal staten van het lichaam die zij voelt en ondervindt. Er zijn er natuurlijk veel meer. Dat zijn geen gevoelens als in de romantiek van het poëziealbum. Het zijn concrete ervaringen van het lichaam die echt zijn en die het leven uitmaken.
Zij gaat daar zo ver in als ze kan. Vaak is werk van haar daarom pijnlijk om te zien. Vaak is het schroom die de meesten ervan weerhoudt zich over de veelzijdige hebbelijkheden van het lichaam te uiten. Dat wordt niet fatsoenlijk gevonden. Dat soort bedeesd fatsoen zit niet in Tracey Emins artistieke karakter. De benadering van de directe, lijflijke werkelijkheid (het materiaal van haar kunst) is van een onverbiddelijke eerlijkheid. Nooit draait ze ergens omheen. Ook, letterlijk, in het typische handschrift van haar werk. Het is impulsief en zonder omhaal. Elke lijn of verknoping van lijnen is een samenvatting of afkorting van wat ze wil uitdrukken. Het lijken rommelige lijnen, gevlekt en geveegd, maar naarmate je meer van die stenografische bladen ziet, raak je gewend aan hun eigenaardige uitdrukking. Net zoals je eerst de weg moet vinden in een handgeschreven brief. Naarmate het handschrift daarvan vertrouwder wordt, wordt wat in de brief te lezen staat ook een intiemere mededeling. Net zo persoonlijk en intiem lees ik ook zulke getekende brieven van Tracey Emin – hun eerlijkheid raakt me alsof ze voor mij alleen bestemd zijn. Dat is bijzonder.
Ik kwam tot dit gemijmer toen ik naar een recente gouache keek die I imagined you looked beautiful heet. Het is een wonderlijk teder blad. Als je er in die modus naar kijkt, die van de tederheid als sentiment, zie je dat we van bovenaf op een bed kijken – alsof je ernaast staat. De vorm van het zachte witte volume wordt gedragen door losse, dun geveegde schaduwen. Dat is onder het bed. Die zachtgrijze donkerte heeft als effect dat de matras zich wat verheft zodat die lijkt te zweven.

Hoe gaat dan verder het kijken? Links en rechts zien we nog twee donkere vlekken. Die dempen de hoekigheid van de matras zodat die er zacht als een ovaal gaat uitzien. Aan het uiteinde links ligt een hoofd. Het lichaam daarvan is kennelijk toegedekt door geplooide lakens. Dat is wat de magere lijnen in het wit laten zien. Die hebben ook een richting. Ze kruipen van het hoofd naar beneden, naar het voeteneinde. De lijnen zijn dun en teer. Soms hoor je muziek waarbij een enkelvoudige, simpele melodische lijn niet zelf als muzikaal ornament werkt maar als een langzame beweging die, in de muziek, een roerloze figuur van stilte laat ontstaan. Net zo werd toen ik aandachtig keek die zacht en wit geplooide ovaal een ruimte van indrukwekkende roerloosheid. Dit was een doodsbed. Wie daar ligt is de moeder van Tracey. Een stille ontslapene die stilte achterlaat. Ze is eerder dit jaar gestorven. In deze afscheidsbrief beven de lijnen daarom van tederheid. Midden op het toegedekte lichaam ligt een boeketje bloemen dat in lijnen getekend is die wel fris gekruld zijn.
Je kijkt naar het dode gezicht dat je niet meer ziet. Het is veranderd, maar zoals het op het bed ligt, is de stilte ervan voorstelbaar. I imagined you looked beautiful. Dit is een sentimentele gouache. Dat mag. Kunst is er ook om sentimenten uit te drukken zoals die het leven begeleiden.
Ik denk aan een kleine ets die Rembrandt maakte van zijn oude moeder. Dat was in 1631. Kort daarop verhuisde hij voorgoed naar Amsterdam – wie weet maakte hij daarom dit intense portretje van een oude vrouw, omdat hij wegging. Zijn moeder was toen begin zestig. Ze had een zacht rond gezicht dat fijn gerimpeld was. Zo heeft de zoon haar afgebeeld. Hij kon dat: met een etsnaald die kronkelende rimpels tekenen. Hij keek scherp en met kennelijk groot geduld. Hij kon dat ernstige, bedachtzame gelaat zo fijnzinnig vastleggen omdat hij het goed gezien had. Hem interesseerde de eerlijkheid ervan. Zijn moeder flatteus maken wilde hij niet. Zo deed Tracey het ook.
PS. Niet lang geleden was er een mooie tentoonstelling van Tracey Emin in de galerie van Xavier Hufkens in Brussel. Daarvan is nu een boek verschenen, The Memory of Your Touch, met alle werken perfect afgebeeld