Steven Aalders, Phi (RYB 1, RYB 2 en RYB 3), 2017. Olieverf op linnen, 100 x 62 cm © Foto’s Peter Cox, Eindhoven / courtesy Slewe Gallery, Amsterdam

Hier op deze bladzijde staan drie glasheldere schilderijen van Steven Aalders. Eerst noem ik ze maar zo omdat de verbinding van drie vlakken in drie kleuren zo wonderlijk natuurlijk in elkaar past. Dat is de perfectie die je ziet en ondergaat. Dat is het woord ervoor. De titel van de ordening is generisch: met Phi wordt in de meetkunde de gulden snede aangeduid. Dat is een zeer aantrekkelijke maatverhouding. Ik heb nooit talent voor dat soort dingen gehad maar ik kan zien hoe merkwaardig compleet en mooi het proportionele evenwicht is tussen de drie vlakken kleur, tegelijk precies en sierlijk. Nu zijn rood en geel en blauw de kleuren die door Mondriaan in de kunst heilig zijn geworden. Zoals ze hier tegen elkaar liggen, zonder de klassieke begrenzing door zwarte lijnen, lijkt me hun helderheid maximaal. Daarover misschien gaan deze schilderijen: dat die kleuren kunnen stralen. Dat gaat niet vanzelf. Eerst dienen ze in een mise-en-scène op het toneel en in het licht te worden neergezet.

De schilder moet kleuren in een figuratie onderbrengen. Zo is het altijd gebeurd. Denk even aan iets heel anders: aan het Joodse bruidje van Rembrandt en het donkere rood waarin de vrouw gekleed is en het goudgeel van de kleding van de man. Vooral die kleuren met hun uitzonderlijk donkere gewicht en zwaar impasto zijn bepalend voor de sonore luister van het schilderij. Het is gemaakt in omstandigheden die onduidelijk zijn. Op een zeker moment werd het Rembrandt duidelijk dat de toon gezet moest worden door dat gouden geel en dat rood van brokaat. Die kleuren zo schaduwrijk orkestreren kreeg, van de schilder, de volle aandacht omdat het hem bezighield. Maar Steven Aalders wilde zien hoe precies en helder die kleuren konden zijn – en eigenlijk alleen de kleuren. Hij moest dus, om rood en geel en blauw in scène te zetten, een soepele figuratie daarvoor bedenken. De ordening moest overzichtelijk zijn. Maar een symmetrische verdeling van het oppervlak, kan ik me voorstellen, zou formeel te specifiek zijn. Er is natuurlijk het vierkant. Dat kun je horizontaal en verticaal door het midden delen in vier kleinere vierkanten. Misschien is dat de simpelste figuratie. Het vierkant is zo gebruikt door bijvoorbeeld Ad Dekkers en Sol Lewitt. Maar dat was in een tijd dat de grandioze kwaliteit van die abstractie nog polemisch moest worden uitgedragen. In dat kader was het vierkant in vieren gedeeld een effectieve en onverbiddelijke vorm.

Denk even aan iets heel anders: aan het Joodse bruidje van Rembrandt

Een groepering van gelijke vormen in een vlak zou ook te streng kunnen uitvallen en voor de eigen energie van kleuren een beperking worden. Want hoe zien we eigenlijk een ordening van een vlak? Een vierkant recht in vieren gedeeld zien we makkelijk als een gelijkmatige deling van het grotere vierkant. Het zou ook kunnen dat de vier kleine vierkanten samenkomen en een groter vierkant vormen – of zelfs dat de vier aan elkaar een rechthoek worden. Dat wil zeggen: het vierkant heeft, met zijn varianten, een zekere formele striktheid. De verticale vorm met in de omtrek drie in elkaar passende vlakken die Steven Aalders hanteert, kenmerkt zich door eigenaardige losheid. De kleuren hebben een passende maat maar, visueel, eigenlijk geen omtrek. Het oppervlak is 100 cm hoog en 62 cm breed. De liggende rechthoek boven is 62 bij 38 cm. Daaronder zien we een vierkant van dus 62 bij 62, in twee vlakken gedeeld. De verticale rechthoek links is zo groot als de liggende rechthoek bovenaan, 38 cm breed dus. De smallere staande rechthoek rechts is 24 cm breed. Het gehele oppervlak van het schilderij is middels nauwkeurig rekenwerk dus in andere vlakken verdeeld. Het zijn de verhoudingen van de gulden snede.

De drie vlakken zien er verschillend uit. Bijvoorbeeld: boven rood. Het blauw links is een even grote rechthoek maar die staat. Het geel rechts daarvan staat ook maar is smaller. Elk van de vlakken is visueel dus een vorm op zich. De olieverf is egaal aangebracht zonder sporen van handschrift. Van deze opzet Phi RYB zijn er drie verschillende versies met de mise-en-scène van de drie kleuren in steeds andere posities. Omdat de egale vlakken kleur elkaar zo naadloos raken, ziet elk van de schilderijen er qua ordening stabiel uit terwijl de kleuren, hoewel ze rechthoekig zijn, mooi en licht bewegen.

PS. De tentoonstelling met deze en andere schilderijen van Steven Aalders heet In Search of Red, Yellow and Blue en is te zien bij Galerie Slewe in Amsterdam, t/m 23 december