Ik heb aan mijn stoel genageld zitten kijken. Zelden biedt een theatervoorstelling een zo dwingende inkijk in een samenleving, waarover je ter plekke merkt hoe weinig we er eigenlijk feitelijk over weten. Divide and Rule handelt over de (letterlijk) moordende controverse tussen ANC en Inkatha en de pijnlijke gevolgen daarvan voor de township-bewoners. De groep heeft er zelf ook de nodige tikken van meegekregen, de voorstelling werkte voor de leden als een therapie. De uitgespeelde trauma’s moeten in Zuid-Afrika voor velen herkenbaar zijn. De gehanteerde middelen zijn eenvoudig, zelfs simplistisch (iemand had het over ‘het zwarte Proloog’). De voorstelling maakte hier veel tongen los. Kille informatie was iets aanraakbaars geworden.
Datzelfde gevoel overviel me bij de voorstelling Gaudeamus door leerlingen van de Theaterschool in St. Petersburg en geregisseerd door Lev Dodin, hier te zien in het kader van het Holland Festival. De negentien taferelen vertellen een verhaal over de controversen binnen een constructiebataljon van het Rode Leger, dienstplichtigen die moesten bijdragen aan de Sovjet-economie en die overal konden worden ingezet als goedkope arbeidskrachten. De voorstelling haalt enorm veel overhoop - tegenstellingen tussen Oezbeken en Russen, de positie van de Russische joden, overmatig drank- en druggebruik, geweld, walging over ideologische indoctrinatie. Gaudeamus is veel te lang, maar als voorstelling zeer indrukwekkend. Het angstige beeld van een door de riolering van de geschiedenis gespoelde generatie werd effectief verbeeld in het schuin oplopende speelvlak met daarin allerlei luiken en gaten, waar de acteurs en actrices in verdwenen en weer uit opdoken. Er werd met een enorme energie geacteerd, en daarenboven lieten deze Petersburgse spelers een fysieke instrumentaliteit zien waar menig acteur in Nederland een punt aan kan zuigen. De Nederlanse pers reageerde weer eens zuinig en vooral hautain: ‘Dat doen wij hier beter’, ‘Dit is artistiek volledig oninteressant.’ Vanwaar toch die arrogantie?
Deze week speelt de afstudeerklas van de Theaterschool in Zagreb (in het kader van het Theaterschoolfestival in de Amsterdamse Nes- theaters) de produktie Things as They Stand Now (‘De stand van zaken nu’), een verslag van emoties tijdens vier jaar oorlog in ‘de buik van Europa’. Zes acteurs en actrices improviseerden met zelfgemaakte maskers: commedia dell'arte-maskers en gipsafdrukken van hun eigen gezicht. Een van de acteurs (Sasa) vatte in een mooie televisiedocumentaire over deze produktie (regie: Krijn ter Braak, de NPS zond de film afgelopen dinsdag uit) de beweegredenen samen: tijdens de mooiste jaren van ons leven is een normaal leven onmogelijk. Daarover willen ze het hebben.
Things as They Stand Now lijkt me een sobere en indringende produktie. ‘Het lege repetitielokaal, de maskers en het acteertalent boden bescherming tegen de gekte in de wereld om ons heen’, zegt de artistiek leidster van de school, Ivica Boban. Een van de acteurs vat die gekte binnen de voorstelling aldus samen: ‘Dan opeens gilt het door de nacht. De stad schittert, alsof het sterren regent. Granaten van haat verwoesten muren. Overal scherven van waanzin. De laatste glimlach verdwijnt.’