
Een groot tropisch blad, mogelijk afkomstig van een volwassen bananenplant, ligt languit op een bolle, doorzichtige luchtzak. Het blad is ontdaan van zijn steel, er zit een lelijke snee in een nerf en spierwit maakt het blad een futloze, ziekelijke indruk, een gevoel dat versterkt wordt door de deken waar het deels op rust. Deze plant is aan verzorging toe, waarschijnlijk is het al te laat.
Is er ooit een plant onder narcose gebracht, en als iemand dat zou doen, hoe zou diegene het welzijn van de patiënt dan kunnen monitoren? De tentoonstelling Anaesthesia met veel nieuw werk van de Duitse kunstenaar Annegret Kellner, woonachtig in Nederland, vertrekt vanuit speculaties over het gevoelsleven van planten en bomen en komt daarmee als vanzelf uit bij ons eigen empathisch vermogen als het om beschadigde natuur gaat. De planten die zij in kunstruimte Campis in Assen onder handen neemt, hebben het zichtbaar zwaar. Niet zozeer de witte tropische bladeren die op hun luchtbedden verspreid door de ruimte liggen en slap over plexiglas wanden hangen. Dat zijn siliconen mallen die Kellner maakte van exotische planten en de bladeren dragen de details en soms nog de zandsporen van de oorspronkelijke exemplaren in zich.
Als lege hulzen zien de bladeren er even elastisch als kwetsbaar uit, van grote schoonheid met waaiervormige plooien die opgaan in de rimpels van de luchtzakken en uiteinden die als vingers of veren over de randen hangen, een enkeling met het drama van een vogel die in aanraking kwam met een windmolen. Maar anders dan met de levende planten in de show hoef je met deze verlepte, ‘verdoofde’ afgietsels geen medelijden te hebben. Het kleine beschilderde siliconenblad getiteld Semiramis, naar de Assyrische koningin, is niet minder dan een juweel.
Kellner werkt met fotografie en sculpturen en probeerde eerder al verschillende vormen van visueel geweld tegen planten uit, steeds balancerend op de rand van onschuld. Zo goot ze beton in plaats van water in een vaas met bloemen, die toch niet lang meer hadden, en klemde ze palmen met een lijst tegen een muur als om het exotische karakter dat hun verschijning onze interieurs moet brengen te benadrukken.
Komisch en tragisch tegelijk is de installatie Vigor (2014-2023) die vlak na de entree van Campis staat opgesteld. Kellner plaatste hiervoor een handvol grote groene kamerplanten op powerplate trilplaten die met veel rumoer afgaan zodra je in hun nabijheid treedt, als een alarm dat waarschuwt voor bezoekers die een kunstwerk te dicht naderen. Maar ook van een afstandje blijft de palm naar me trillen als een grommend (of angstig?) dier, met ritselende bladeren en schuddende aarde in de pot, korrels zand die af en toe over de rand springen. Het effect van de vibraties van de trilplaat, die een mens spierkracht zouden moeten brengen, en gewichtsverlies, op de planten is niet duidelijk. Vier weken staan ze er op het moment van mijn bezoek en hoewel de palm er eerder slecht dan sterk uitziet, met laag hangende, dorre bladeren en gele en bruine plekken, komt dat volgens de medewerker doordat hij tijdens de show domweg te weinig water heeft gekregen.
Ik kan het de plant zelf niet vragen, net zo min als de plant mij kan vragen even een stap opzij te doen, en dit besef van de wederkerigheid van de plant-mens-relatie weet Kellner feilloos op te roepen. Er zijn ook sculpturen van bomen te zien, opgetrokken onder meer uit de schors van een Pennsylvaanse es en takken van kurkeik die door de kunstenaar werden ingelegd met wit lak en pleisterwerk. Ze doen denken aan boomstammen die voor de wintermaanden wel worden ingesmeerd met kalk als bescherming tegen ongedierte en mos, alleen lijkt het invasieve patroon hier op de eerste plaats decoratief van aard.
We zijn geconditioneerd in ons begrip van de natuur en met de klinisch witte, comateuze bladeren en de ingekerfde boomstammen is Anaesthesia een voorstel voor een time-out, een interventie die oproept tot een periode van ‘tijdelijke ongevoeligheid’. Voor de natuur een moment van welverdiende rust, voor de mens een gelegenheid om tijd te winnen.
Eén boom in de tentoonstelling kan de bezoeker alleen oproepen met een QR-code op een mobiele telefoon en vervolgens met behulp van augmented reality naar eigen inzicht in de ruimte plaatsen. Het is een esdoorn met een witte bast die reikt tot halverwege de stam. Je kunt er omheen lopen en het zonlicht op de stam zien vallen, maar je kunt de virtuele boom ook weer oppakken en elders planten. Inmiddels staat hij naast mijn bureau waar hij, zolang ik op mijn scherm kijk, van geen wijken weet. Ik loop er met een boog omheen.
Annegret Kellner – Anaesthesia, t/m 12 maart bij Campis, podium voor hedendaagse kunst in Assen