
Deze drie strakke werken van André Volten zijn, van links naar rechts, de eerste, middelste en laatste van een serie van vijf verschillende versies van het visuele gedrag van een vierkant in een cirkel. In de eerste is het vierkant als het ware uitgesneden zodat zijn kanten rondom worden bepaald door vier overgebleven roestvrijstalen cirkelsegmenten. Misschien is dit een wat ingewikkelde manier om te beschrijven wat er in het ding gebeurt – want je kunt het immers ook gewoon zien. Stap voor stap, in vijf aparte formuleringen, laat het werk een proces van transformatie zien. Ik wil de aandacht vestigen op iets bijna onmerkbaars dat daar gaande is. Na de eerste formulering wordt in de volgende steeds een volgend cirkelsegment weggelaten. In dat verloop worden de randen van het lege vierkant ook stap voor stap minder helder – als het optische gewicht van de dichte segmenten gaat ontbreken.

De cirkel die de buitenrand vormt van elke versie is een staande, stalen band van een goede drie centimeter hoog. We moeten dit goed in het oog houden omdat de precieze vormgeving van dit werk juist uit zulke zorgvuldige modulaties bestaat. Binnen die ronde staande rand werkt het stalen vlak waaruit het vierkant is gesneden, de achterwand, iets dieper liggend als een soort bodem. In de eerste versie, wil dat zeggen, is het vierkant een negatieve vorm zonder een eigen rand van zichzelf. Dit heeft ook effect op de lichtwerking. Het vlakke metaal van dat vlak (buitenom rond, binnen vierkant) heeft een mooie zilvergrijze glans. Omdat de buitenrand staand is, zien we altijd ergens een dunne schaduw. Daardoor ontstaat er een effect alsof die cirkelvormige buitenrand een schemerachtige beschutting vormt voor het vierkant.
Daar waar, ten gevolge van de geleidelijke transformatie, cirkelsegmenten verdwenen, moesten uiteraard de zijkanten van het vierkant anders worden aangegeven. Dat gebeurde door ook daar dunne staande randen te gebruiken, even hoog als die van de cirkelvorm. Van fijnzinnig en glanzend wordt zo ook de visuele werking van het vierkant anders. Bijvoorbeeld: in de derde versie (fase) links en beneden in de cirkel zien we nog twee stalen segmenten terwijl daar tegenover de vierkante vorm een strakke hoek is van twee stukken staande strip. Eerst was de negatieve vorm van dat vierkant zacht en discreet, als een stil blad drijvend op glad water. Met nu staande randen begint dat vierkant zich steviger en met nadruk te nestelen in de strakheid van de cirkel. Een ander effect hier, halverwege dit proces van transformatie, is nog dat voor het oog het vierkant eruitziet als twee rechte hoeken, waarvan die van metalen strippen er het scherpst uitziet. Nu begint te blijken dat dit vijfdelige werk dat eerst zo simpel leek toch een uitermate uitgekiende, ook deels ondoorgrondelijke vormgeving is, moeten we ervan uitgaan dat alle subtiele variaties in materiaalgebruik ook door Volten natuurlijk zo zijn gewild. Het vormgeven van deze dingen is tegelijkertijd dus ook het arrangeren van materiële effecten – hoe een vlak glanst, hoe scherp een rand is, en hoe die rand voor schaduw zorgt en daarmee voor zachter glanzend licht.

De laatste vormgeving in de reeks laat het vierkant, nu met alle vier de kanten van staande strip, zien in de kloeke cirkel. Het werk is nu een doorzichtige constructie geworden van scherpe lijnen, rechthoekig en gebogen. Aanvankelijk, toen dit werk zich begon te ontvouwen en te transformeren, was het vierkant zeker de meest nadrukkelijke vorm. Op het eind lijkt de cirkel, die ook groter is, een stuk robuuster. Zo lijkt het nu tenminste. Laten we het erop houden dat we hier naar een magistrale paso doble kijken van een cirkel en een vierkant – net als de kubus en de bol twee essentiële vormen in het abstracte repertoire. Aan hun onpeilbare geheimen heeft André Volten zijn leven lang zijn kunst gewijd. Dit werk uit 1973 is een mise-en-scène van zulke geheimen die tegelijk glashelder zijn – die ook langere tijd, als schetsen, in zijn atelier hebben gelegen. Dan werd zorgvuldig bekeken wat ermee te doen. Want Volten wist één ding heel zeker: kunst heeft nooit haast. Ook dat zien we, met weemoed, in het meesterlijke geduld waarmee dit stille, intense werk is gemaakt.
PS Dit werk is nog te zien in de Volten-expositie in de kunstzaal Nieuw-Dakota in Amsterdam-Noord; zie voor tijden nieuwdakota.com