In 2006 verscheen het album Close To Paradisevan de CanadeesPatrick Watson. In het buitenland dan. Voor de Nederlandse platenzaken is 10 september 2007 pas het moment om een extra vakje bij de ‘W’ aan te maken. De ‘betere platenzaak’ zal hem al langer bij de import hebben liggen, want deze tweede van de 27-jarige singer-songwriter en zijn band is een van de meest bijzondere platen van de afgelopen tijd. Het begint bij de stem, die hangt tussen die van Anthony (van The Johnsons) en wijlen Jeff Buckleyin, wat betreft bereik én breekbaarheid. Dan is er het glijdende pianospel, dat een nummer als The Great Escape in z’n geheel kan dragen. En tot slot is er de band, waarmee Watson een geoliede tandem vormt. Wat heet, hun samenspel werkt bezwerend.
Patrick Watsonheeft het afgelopen jaar verschillende zalen aangedaan, in Paradisoleek hij zelfs kind aan huis. Soms stond hij in het voorprogramma, soms was hij de hoofdact, maar het resultaat was steeds hetzelfde: een beklemmende show die de aandacht afdwingt. Zijn stem blijft altijd fier overeind, al wordt die regelmatig door Watson zelf middels een stemvervormer verdraaid. Het hoogtepunt is steevast de onversterkte uitvoering van Man Under The Sea, het liefst vanuit het midden van de zaal. Dan komt Watson ook letterlijk heel dichtbij. Op 15 september staat hij er weer, in Paradiso. Maar voor hetzelfde geld worden daar vele data aan toegevoegd. Patrick Watson weet namelijk van geen ophouden.