Wat nog het meest tot de verbeelding sprak en de reden dat het boek zo’n succes werd, was de visuele vorm waarin zijn college was gegoten. Met tekeningen kon hij ons laten zien waarom bepaalde strips wél werken en andere niet. Elk aspect, van kaders, gezichtsuitdrukkingen, perspectieven, tekstballonnen, kwam aan bod en liet de strip minnende lezer achter met een berg bagage die het lezen voortaan zou verrijken. Na Understanding Comics volgden nog Reinventing Comics en Making Comics, maar dat was, eerlijk gezegd, meer van hetzelfde (zie ook scottmccloud.com). Nu heeft McCloud het gewaagd om zelf met een fictief verhaal te komen. Stripprofessor McCloud heeft vijf jaar gedaan over het vijfhonderd pagina’s tellende De beeldhouwer, dus de verwachtingen zijn hooggespannen.

De plot is snel naverteld: David, een jonge, veelbelovende kunstenaar, ziet het allemaal niet meer zitten, nu zijn carrière in het slop zit en het geld bijna op is. Hij sluit een pact met de dood die aan hem verschijnt in de vorm van een overleden oom. ‘Ome Harry’, met wie hij soms schaakt in cafés (een verwijzing naar Smultronstället van Bergman), geeft hem tweehonderd dagen waarin hij zijn grootste wensen zal kunnen verwezenlijken. David gaat daarop in, maar realiseert zich niet wat hij daarmee allemaal opgeeft. Maar zelfs met Harry’s hulp gaat het niet vanzelf, David moet het uiteindelijk zelf doen. En dan komt hij ook nog eens het meisje uit zijn dromen tegen. Verkleed als een engel (als onderdeel van straattheater) verschijnt ze aan hem. Zal Meg ook verliefd op hem worden? En moet hij dat eigenlijk wel willen, nu zijn dagen zijn geteld?

Maakt McCloud waar wat hij andere tekenaars voor- schrijft?

De beeldhouwer is een sterk verhaal vol twijfel, emoties en een vleugje metafysica met faustiaanse trekjes. De suspense maakt dat je snel doorleest om erachter te komen wat David met zijn kunstenaar-superkrachten gaat doen. Krijgt hij nu wel die felbegeerde expositie van de galeriehouder, die voortdurend zijn vriendje (die leeft van een royale toelage) voortrekt? En de liefdesgeschiedenis loopt toch wel goed af, net zoals in Hollywood-films? Daar kan uiteraard niets van worden verklapt.

Maar ook zonder die spanning, bij een tweede lectuur, blijft er veel over, omdat de tekenaar het boek heeft volgestopt met alle ‘tricks of the trade’. Wie bekend is met McClouds eerdere stripstudies was benieuwd hoe die betweterige stripkenner het zelf zou aanpakken. Kan hij echt waarmaken wat hij andere tekenaars voorschrijft? Het antwoord is ja. Als je de bladzijden door je vingers laat lopen, zie je al hoe dynamisch het tekenwerk is. Close-ups worden afgewisseld met overzichtstekeningen; kleine kaders met grote kaders, sequenties met veel tekst met tekstloze passages en ga zo maar door. Alle voorbeelden die McCloud gaf, past hij nauwkeurig en op de juiste momenten toe. Daardoor ontstaat een heerlijk leesritme, dat, samen met het stuwende verhaal, dit boek tot een pageturner maakt. Het zijn niet alleen die standaard voorschriften die McCloud accuraat toepast, hij stopt de pagina’s ook vol met kleine details, die je waarschijnlijk pas de tweede keer opvallen (weerspiegelingen in winkelruiten, tekstballonnen van passerende mensen in de metro).

Voor wie erop let is De beeldhouwer een schatkist vol visuele vondsten. Die zijn, net als in mainstream-cinema, allemaal ondergeschikt aan het verhaal. Misschien dat er daarom toch iets wringt aan De beeldhouwer. Het is allemaal perfect, bijna klinisch getekend, het verhaal leest eigenlijk té soepel weg en laat je na de laatste bladzijde met een onbestemd gevoel achter. Je wilt het voortdurend vergelijken met McClouds non-fictiewerk, maar dat kan niet omdat het een volstrekt ander genre is. De beeldhouwer is een van de beste graphic novels van de laatste tijd, dat staat vast, maar het zal nooit zo beklijven als McClouds eerdere boeken. Daarvoor is het net te mainstream en te perfect.


Beeld: Scott McCloud / Scratch