Ze zitten in een oude stadsbus die op het trottoir staat geparkeerd. Het zijn circusberen met pensioen: 25 jaar lang hebben ze op fietsjes gereden, touwtje gesprongen, en nu zitten ze in een bus en drinken bier. Ik tik op een ruitje en hoor wat gestommel. Na een tijdje verschijnt er een groot berehoofd voor het raam. De andere twee liggen op hun rug en kijken me ook aan.
‘Wat vindt u hier nou van?’ vraag ik aan een politieagent in de straat. ‘Wat moet ik hier van vinden?’ antwoordt hij verbaasd. ‘Die beren wonen hier al lang. Waar moet je anders laten? Ze zitten hier niemand in de weg.’
De beren zijn van de dompteuse Natalja Archipova, die de bus voor het gemak voor haar raam heeft geparkeerd. ‘Als ik drie kamers had gehad, dan kon ik ze in huis nemen’, zegt ze. ‘Maar eigenlijk is dit nog beter, want beren stampen hard.’ Nu woont de dompteuse met acht circushonden in twee kamers. De honden lopen op hun achterpoten en blaffen liedjes. ‘Dit was mijn eerste, Misja’, roept Natalja over het hondenkabaal heen. Ze laat een foto zien van een meisje dat over een hekje geleund naar de Isaakskathedraal kijkt. Ze houdt haar hand in de poot van een reusachtige beer, die ook naar de kathedraal kijkt.
De drie beren in de bus zijn beroemde beren. Ze openden de Olympische Spelen in Moskou, en speelden in films. In de zomer rijdt Natalja haar beren naar de meren rond de stad, waar ze rondjes mogen zwemmen. Om de andere badgasten niet te storen wordt het trio gemuilkorfd. ‘Ze zijn getraind om kunstjes te doen, maar het blijven wilde dieren’, zegt Natalja. Ze traint ze waar het haar zo uitkomt, op de binnenplaats, of in een park in de buurt. Op een andere foto rijden de beren onhandig op fietsjes door het park, maar de voorbijgangers met boodschappentassen kijken niet op of om.
Als Natalja de bus openmaakt, beginnen de beren woest op en neer te springen. De bus lijkt door zijn as te zakken. De beren steken hun tongen uit en de dompteuse kust ze. Daarna geeft ze een flesje bier aan de grootste beer, die het met beide poten aan de mond zet. ‘Je moet echt niet aankomen met een lauw pijpje Baltika-1’, zegt ze trots. ‘Onlangs hebben ze op een bierfestival hun favoriet gekozen uit twintig soorten pils!’ De beren beginnen nu weer te springen en de bus kraakt vervaarlijk. Dit is een probleem. Het vehikel staat schuin op zijn wielen. ‘Als u een nieuwe bus weet, graag, want dit wrak valt bijna uit elkaar’, zucht Natalja.
‘Het is een schande. Deze dieren hebben 25 jaar het volk gediend. Ze zijn het symbool van Rusland. Ze verdienen een nieuwe bus.’ Het is dus duidelijk: het symbool van Rusland is een gedresseerde beer die op zijn rug een pilsje drinkt. En als u een nieuwe bus weet, laat mij dat dan weten, want nog even en die symbolen hollen hier over de straat.
Rubriek
Petersburgse vertellingen
In de Zjukovskistraat wonen drie beren.
Uit: De Groene Amsterdammer van
www.groene.nl/1998/34
www.groene.nl/1998/34