De knuffelactie vond plaats toen een stuk of vijf pkk’ers een grote groep reizigers tegenhielden voor een controle van hun identiteitsbewijs. De pkk wilde in de zomermaanden laten zien wie de baas was in het Koerdische zuidoosten en voerde vaker dit soort acties uit. Behalve parlementariërs reisden er ook journalisten met de groep mee. De camera’s draaiden toen de vooraanstaande Koerdische politici hun emoties niet konden bedwingen en de pkk-strijders begonnen te strelen en te kussen.

Deze beelden haalden het bloed onder de Turkse nagels vandaan. En ondanks het verstrijken van de maanden lijkt de woede alleen maar gegroeid bij de Turken. Op last van premier Tayyip Erdogan wordt de onschendbaarheid van de bdp’ers opgeheven en zullen zij vanwege het ‘openlijk steun verlenen aan terroristen’ achter slot en grendel worden gezet.

Het is niet voor het eerst dat Koerdische parlementariërs, die de afscheidingszaak van de pkk een warm hart toedragen, opgeofferd worden voor de boze goden. Begin jaren negentig had de Turkse regering hetzelfde gedaan met de toenmalige Koerden in het parlement. Bekende figuren als Leyla Zana en Sirri Sakik hebben nadat ze hun onschendbaarheid verloren tien jaar gevangen gezeten.

Terwijl de meerderheid van de Turken de actie van de regering om de knuffelaars te straffen toejuicht, vraagt een minderheid zich af of het slim is om terug te vallen naar de donkere jaren negentig. Ook president Abdullah Gul heeft aangegeven zijn bedenkingen te hebben over deze rigoureuze wijze van handelen. Echter, premier Erdogan lijkt niet van plan om een stap terug te zetten.

Een van de knuffelaars, Gulten Kisanak, zegt er niet mee te zitten dat weldra haar parlementaire onschendbaarheid zal wegvallen en dat daar waarschijnlijk een gevangenisstraf op zal volgen. Ze zegt: ‘Ik ben niet met de onschendbaarheid van een parlementariër geboren. Als ik voor deze zaak moet zitten, dan is dat niet anders.’