Klimaatactivisten hadden vorige maand een opmerkelijk doelwit uitgekozen: geen kolencentrale of varkensstal ditmaal, maar het Internationaal Strafhof in Den Haag. Met een menselijke ketting blokkeerden ze de brug naar de ingang. Over de reling hing een spandoek: ‘Maak ecocide strafbaar’. De actiegroep Extinction Rebellion maakt er geen geheim van dat ze zich laten inspireren door het werk van Polly Higgins, de Schotse juriste die onophoudelijk pleitte voor het strafbaar stellen van ‘de grootschalige beschadiging, vernietiging of verlies van ecosystemen’, zoals haar definitie van ecocide luidt. Het Strafhof heeft het mandaat om mensen te vervolgen die zich schuldig maken aan misdaden tegen de menselijkheid, maar de vernieling van de levende planeet blijft vooralsnog onbestraft. Higgins vond het onbegrijpelijk.

Als advocaat kende ze het rechtssysteem: de wet biedt slachtoffers de mogelijkheid om schade te verhalen op de daders. Talloze cliënten had ze op deze manier aan genoegdoening geholpen. Vanaf 2010 besloot ze zich uitsluitend nog te richten op één cliënt die hard hulp nodig had en zichzelf niet kon verdedigen: Moeder Aarde. Alleen boden de bestaande wetboeken daarbij weinig soelaas, want ‘de aarde’ is geen rechtspersoon. Hoe langer Higgins erover nadacht, hoe vreemder het haar toescheen. Een overheid heeft een zorgplicht tegenover haar burgers, maar waarom hebben wij geen zorgplicht tegenover de planeet? Er bestaat een Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, maar wie bekommert zich om de rechten van de natuur?

De bewijzen van ecocide liggen voor het oprapen: kijk naar de postapocalyptische landschappen in Canada die achterblijven na de winning van teerzanden, de oerbossen in Indonesië die met wortel en al uit de grond worden gerukt om plaats te maken voor eindeloze rijen oliepalmen, of de koraalskeletten van het Groot Barrièrerif die hun kleur hebben verloren door de aanhoudende opwarming van de oceaan. Dit soort ecovandalisme is het gevolg van grensoverstijgende misdaden, redeneerde Higgins en dat vraagt om internationale wetgeving. De daders zijn de directeuren van multinationals die willens en wetens een schadelijk bedrijfsmodel in stand houden, omdat ze zich enkel bekommeren om de belangen van hun aandeelhouders.

Haar plannen idealistisch? Slavernij afschaffen leek ooit ook onvoorstelbaar

Een ecocidewet zou hier in één klap verandering in brengen, geloofde Higgins. Het zou een lacune in het internationale strafrecht opvullen en bestuurders dwingen om niet alleen oog te hebben voor het financiële gewin, maar ook voor de ecologische kosten van hun beslissingen. Dus gaf Higgins haar goedbetaalde baan op, verkocht ze haar huis in Londen en begon ze haar carrière als ‘advocaat van de Aarde’. Onvermoeibaar reisde ze de wereld rond om te vertellen over haar ideeën. Op het podium was ze een indrukwekkende verschijning, met haar lange zilvergrijze haar, innemende blik en gepassioneerde stem waarmee ze een boodschap verkondigde van urgentie en hoop. Na afloop werd ze niet zelden aangeklampt door toehoorders die zo geïnspireerd waren geraakt dat ze ter plekke hadden besloten om haar, op wat voor manier dan ook, bij te staan in haar missie.

Een visionair, zo zagen velen haar, en het tragische lot van visionairs is vaak dat ze de verwerkelijking van hun visie zelf niet meer mee mogen maken. Half maart werd er bij Higgins een agressieve vorm van kanker vastgesteld. De dokters gaven haar hooguit zes weken te leven. Ook na de diagnose bleef ze volledig gefocust op haar werk. Als het haar tijd was om te gaan, dan had ze daar vrede mee, maar ze was niet van plan zich zomaar over te geven aan de dood. Zolang ze kon, bleef ze strijdbaar. Haar team was volop bezig met een vooronderzoek naar de mogelijke misdaden van Shell-baas Ben van Beurden, minister Eric Wiebes en Marjan van Loon, directeur van Shell Nederland. De kans dat deze bestuurders binnenkort achter de tralies belanden is niet bijster groot, maar uiteindelijk was dat ook niet Higgins’ belangrijkste motief. Meer nog dan het straffen van klimaatcriminelen wilde ze dat ecocidewetgeving, door het afschrikwekkende effect, verdere plundering zou voorkomen. Het kon de paradigmaverschuiving betekenen die we zo hard nodig hebben. Als sceptische collega-juristen tegenwierpen dat haar plannen wel erg idealistisch waren, maakte Higgins graag de vergelijking met de afschaffing van slavernij: dat had ook ooit onvoorstelbaar geleken, totdat het na een lange strijd eindelijk strafbaar werd gesteld. Nu is het haast onvoorstelbaar dat zulke praktijken ooit konden bestaan.

Toen de actievoerders van Extinction Rebellion, een kleine week na hun bezetting van het Internationaal Strafhof, hoorden dat Higgins was overleden, plaatsten ze een filmpje op hun Facebook-pagina waarin ze haar roemden als iemand die ‘voorop ging in de strijd’. In haar herkenden ze een rebel die deze strijd, net als zij, voerde buiten de bestaande kaders. Higgins had geen grote geldschieters achter zich en kreeg amper steun van grote milieuorganisaties. Ze vertrouwde op crowdfunding en een internationaal netwerk van toegewijde vrijwilligers. Wie online geld doneert, krijgt automatisch de status van ‘Earth Protector’, compleet met een wettelijk erkend certificaat, waarmee vreedzame demonstranten kunnen aantonen dat hun burgerlijke ongehoorzaamheid voortkomt uit een missie om de aarde te beschermen. Voor Higgins leed het geen twijfel: als mensen de wet moeten overtreden om ecologische verwoesting tegen te gaan, terwijl veroorzakers daarvan vrijuit gaan, wordt het tijd om de wet te veranderen.