Ik kijk weinig televisie en dat gold in het verleden ook voor debatten tussen politici. Een dwingende reden om dat te veranderen was er niet, zij het dat mijn besluit om mee te doen met deze folklore me aan de buis (en de radio) gekluisterd hield. Nou ja, die radio luisterde ik achteraf, om op vrijdagmiddag naar de radio te luisteren moet je in de file staan.
Aangezien ik al weet wat ik ga stemmen ging ik het debat in met het uitgangspunt: stel dat ik niet zo vast lag, zou iemand me dan kunnen overtuigen? De premisse is lastig want programmatische nieuwigheden zul je in deze debatten niet horen, dat wist ik ook wel. Zo ging het toch weer over de poppetjes.
Als vertegenwoordiger van het kabinet kreeg Asscher de ballen toegespeeld, zij het minder dan ik had verwacht. Hij leek eindelijk een modus gevonden te hebben tussen verdedigen en aanvallen. Hij deed het niet slecht, maar zag er soms uit alsof hij staande stond te slapen. Kan hij ook niets aan doen, zo’n gezicht heeft hij, en als hij dan ook, zoals in het slotwoord, zalvend gaat spreken… Flauw misschien, maar ja, het is televisie, je gaat erop letten. Dat gold ook voor de nauwkeurig studentikoos rommelig geknoopte Klaver-das. En ik maakte me steeds grotere zorgen dat Frits Wester tegen het einde als een grote opgeblazen ballon uit zijn jasje zou knappen.
Inhoudelijk was het meest onthullend het debatje over de stelling dat de islam een bedreiging is voor de Nederlandse identiteit. Vier man interpreteerden de vraag zoals hij bedoeld was: waarom zouden protestanten en katholieken niet op gelijke voet met de islam kunnen leven in een beschaafd land met godsdienstvrijheid? Het was allemaal nauwelijks interessant tot Buma uit zijn dak ging. Hij vroeg er een één-tweetje over aan met Klaver en werd toen boos, opgewonden en onredelijk, veiligheid verwarrend met identiteit. Zo bood televisie toch nog iets extra: hier zakte een zichzelf potentieel premier achtend persoon door het ijs. Zo’n opgewonden standje, dat kan niemand willen. Exit Buma.
Als ik Pechtold hoor over Rutte en alle schade die de premier heeft aangericht dan denk ik altijd: als je hem niet had gered van zijn Wilders-liefde met het lenteakkoord, dan was er nooit een Rutte II geweest. Nog bedankt. Pechtold was er ook in dit debat nog een keer trots op dat hij toen zo kordaat had opgetreden. Rutte/Wilders kwam toch al een paar keer langs, vooral om Buma te sarren. Helaas vroeg niemand de cda-leider bij zijn pleidooi voor superhoge defensie-uitgaven wie ook al weer de laatste minister van Defensie was van het cda en wat die precies had aangericht (Hans Hillen, weet u nog?).
Jesse Klaver zag ik eerder in Buitenhof (je kijkt wat af als dienstplichtig deelnemer) pirouetten draaien om een slappe interviewer. Solo is hij beter dan in debat. Wat hem bezielde om zich als mogelijk premier neer te zetten, weet ik niet. Het past gewoon niet. Klaver irriteerde me met zijn truc in het radiodebat, met de uitgestoken hand naar Asscher – hand erop dat je niet met de vvd verder gaat. Zo nadrukkelijk ingestudeerd en zo bedoeld om iemand in een lastig parket te brengen. Het deed me denken aan Al Gore die in 2000 aan kleine Bush een moeilijke vraag stelde over een genummerd wetsvoorstel. Terwijl Bush een antwoord verzon, liep Gore naar hem toe om hem van dichtbij nog eens met het wetsvoorstel te confronteren. Bush stal mijn hart (zo’n twee minuten) door Gore met een wegwerpgebaar deze schending van de privéruimte in te peperen (op YouTube te vinden). De kijkers vonden Gore een hork. Ik vond Klaver een hork.

Ik had medelijden met Roemer. Net als psv zag die zondag zijn laatste kans verdampen. Benieuwd hoe lang hij 15 maart overleeft. Sowieso kwamen alleen Pechtold en Asscher over als potentiële leiders, met de nadruk op potentieel. Rutte is beschadigd en ik blijf denken dat ik de volgende premier nog niet heb gezien – Klaas Dijkhoff vierde carnaval in Breda. Rinnooy Kan of Wijers in de coulissen? Ik ben in voor een verrassing.
Ik heb deze week veel verkiezingsgedoe tot me genomen, maar ik moet zeggen dat wat ik op de radio hoorde (Dijsselbloem met name, alweer) en in de krant las, meer verhelderend was dan dit televisiedebat. Mijn favoriete moment van de week was de terechtwijzing door EO’s Tijs van den Brink van de vol op het populistische orgel trappende Mark Rutte. In een ongemeen onheuse riedel over de judeo-christelijke traditie, bla bla, zat Rutte ook te melken over het bedreigde paasei. Jazeker, het paasei. Waarop Tijs, die dat kan weten, opmerkte dat het paasei helemaal niets met christelijk Pasen te maken heeft. Hij moest het drie keer zeggen en nog denderde Rutte maar door. Ik moet zeggen dat het een verademing was een debat te horen waarin zijn platitudes en lokkertjes naar de pvv-kiezers ontbraken.
Voor Wilders maakt het allemaal niet uit, die kon, goed verkleed, in Venlo de polonaise lopen terwijl zijn nep-collega’s moeite deden kiezers te overtuigen. Wilders heeft de echte truc gevonden. Een politicus die nooit debatteert, die geen programma heeft, geen leden hoeft te raadplegen, zich omringt met betrouwbare slippendragers, niet de straat op hoeft, van wie iedere tweet wordt gepubliceerd, kortom: iemand die stemmen haalt met een virtuele aanwezigheid. Was het maar virtueel.