Als ik niet kan slapen pak ik mijn telefoon en kijk ik naar iemand die net ‘live’ gaat, zoals ze dat noemt. ‘Ik moet dit even met je delen’, zegt ze dan. Ik lig in bed, in een gezapige zolderkamer ergens in de Randstad, boven mijn hoofd hangt een stilleven uit mijn oma’s boedel, een keulse pot met magnoliatakken, aan de andere kant wapperen de kikker-en-pad-gordijnen ooit door mijn kinderen uitgekozen, en opeens lig ik met mijn niet kunnende slapen, fronsende hoofd in rechtstreekse verbinding met iemand die ik verder niet ken, maar die het heeft over hoogst wereldse zaken als proostmomenten, zichtbaarheid en groots willen gaan.

Ik heb een hekel aan mensen die iets ‘fascinerend’ noemen omdat ze er eigenlijk op neerkijken, maar ik vind deze vrouw fascinerend, om hoe ze eruitziet – wonderschoon – om wat ze zegt – onbegrijpelijk – en om hoe ze het zegt – alsof ze de ene na de andere epifanie met me deelt. Ik ben een paar weken geleden op haar gestuit omdat Instagram dacht dat zij wel iets voor mij zou kunnen zijn, ik vond inderdaad dat ze een fijn gezicht had, en nu ben ik verslaafd aan haar duistere gepraat. Ze heeft het over ondernemen, ik dacht altijd dat je dan érgens in ondernam, maar ik ben er nog niet achter wat dat dan bij haar is, ik begin nu te denken dat het niks is, dat ze nergens in onderneemt, dat ondernemen bij haar een werkwoord op zich is. Ze kan het in ieder geval niet combineren met de zorg voor haar ‘kleine’, want heel gek, deelt ze me in alle vertrouwen mee, als ondernemer wil ze honderd procent kunnen ondernemen, en als moeder wil ze er ook honderd procent zijn. Dus ja, één en één is twee, en het is niet te doen.

Anderen sturen haar bloemen en lachende gezichtjes, vuisten en hartjes, die hártjes!

Soms betrap ik mezelf erop dat ik even naar haar fijne hoofd iets wil schreeuwen, in plaats van dat ik me door haar gekoeterwaal richting slaap laat koersen. Waar héb je het toch over schatje, wil ik naar haar roepen. Schatje ja. Op de een of andere manier denk ik dat ik dat discours met haar wel in kan, nu ik al een paar weken nacht na nacht haar gezicht zo naast me op het hoofdkussen neervlij. Ze ís ook echt een totaal schatje, met die ernst van haar die toch helemaal van de zotte is, die grote lome ogen die nergens van op lijken te kijken, ondanks die ‘kleine’ vliegt ze de wereld over en hoewel ze tegen haar zin in ‘single mom’ is en het liefst nu meteen een powergroep van single moms zou willen beginnen, gaat ze om de haverklap naar El Ee, om daar een of andere godheid te ontmoeten die haar zoveel mogelijkheden laat zien, zoveel crazy energy geeft, zodat haar hoofd gaat tollen en ik tol met haar mee. Blessed to be in the room, ik zeg het haar na. Sterker nog, ik moet haar laten weten dat ik haar zie en haar hoor, er zijn anderen die om haar gunsten dingen, ik zie hun namen verschijnen links onder in mijn scherm, ze sturen haar bloemen en lachende gezichtjes, vuisten en hartjes, die hártjes! Ze dwarrelen over mijn scherm alsof er een confettikanon is afgegaan, zal ik het durven om te laten merken dat ik er ook ben? Dat ik geen idee heb waarover het gaat, maar dat ik een liefhebber van haar ben, sowieso? Of val ik meteen door de mand, met mijn naam en mijn ongetwijfeld verkeerde plaatjes, want zal iemand begrijpen wat ik bedoel als ik girafjes stuur? Snap ik zelf wel wat ik daarmee bedoel, behalve iets met hoge poten, rankheid, en dat ik ook altijd in ben voor koerswijzigingen en echt willen groeien?

Hier lig ik, het is medio februari 2019, ik kan niet slapen, ik lees geen boeken meer maar luister naar een vrouw die deel is geworden van mijn leven en van wie ik geen idee heb waarover ze het heeft. Ze heeft een mooie mond, ik ken de bewegingen van haar lippen, ik zie hoe haar wenkbrauwen mee bewegen op het ritme van haar betoog, ik ken haar vettige dictie, hoe die klinkt als ze net wakker is en scherper wordt als ze bijna gaat slapen, hoe ze wordt afgeleid maar niets liever wil dan gefocust blijven, en hoe ze stappen wil zetten in haar zichtbaarheid, geen kans op impact meer voorbij wil laten gaan. Ik kan niet slapen, voel het aan me trekken, en ja, daar is ze weer, ze wil iets met me delen, vertel het me schatje, asjeblieft, laat me nabuzzen, deel zijn van jouw tribe, ik zend je duizend girafjes.