Kernenergie

In het artikel «Kernergie: de mythe van een wondermiddel» (De Groene Amsterdammer, 6 januari) stelt de auteur dat «men» denkt dat kernenergie een wondermiddel is. Er is echt niemand te vinden die dat denkt. Maar mogelijk is kernenergie wel praktisch bruikbaar bij het oplossen van een bijzonder groot probleem: het afval van fossiele brandstoffen. CO2 vormt een bedreiging. De voorgestelde oplossingen als ondergrondse opslag van CO2 bestaan alleen op papier en zijn niet geschikt voor kleinschalige of mobiele toepassingen zoals in huishoudens of auto’s.

Natuurlijk heeft kernenergie gemeen met bijvoorbeeld aardolie dat de productie van de grondstof energie kost. Dat de ontmanteling van een nucleaire centrale kosten met zich meebrengt, is niet anders dan bij de sloop van een boor eiland. Het gaat erom dat het hele proces meer energie oplevert dan erin wordt gestopt. Voor fossiele brandstoffen is dat het geval, voor nucleair lijkt het voorlopig het geval, voor windmolens en zonnecellen is het dubieus maar lijkt het op termijn niet onmogelijk.

Het artikel wordt helaas ontsierd door wat slordigheden. Zo zou de constructie van een kerncentrale een miljoen ton beton en staal vereisen. Dat komt overeen met een massief blok gewapend beton van ongeveer 100 bij 100 bij 30 meter. Dat is wat veel voor één centrale. Een nul te veel? Zo wordt er ook een vergelijking gemaakt tussen de CO2-productie per kWh van een nucleaire centrale en een gasgestookte centrale. De correcte vergelijking zou zijn met een kolengestookte centrale: verreweg de meeste centrales worden met steenkool gestookt, en dat geeft circa tweemaal zo veel CO2 per kWh als het stoken van aardgas. En aardgas is een te hoogwaardige brandstof en te schaars om in een elektriciteitscentrale op te stoken.

Dat de voorraden uranium beperkt zijn, is duidelijk. Dat ze de komende vijftig jaar kunnen helpen bij het tegengaan van het broeikaseffect tijdens de overstap op andere energiebronnen ook. En dat zijn de cruciale jaren.

R. BRONMANS, Utrecht

Kernenergie (2)

Zonder afbreuk te willen doen aan het zeer heldere artikel «Kernenergie: de mythe van een wondermiddel» vind ik het onderschrift van het bijgeleverde taartdiagram weinig informatief. De eerste regels luiden: «Het finale wereldenergieverbruik in 2004 bedroeg ongeveer 400 exajoules. Een exajoule (EJ) is een zeer grote energie-eenheid.»

Het feit dat de mondiale energieverkwisting van een heel jaar in dergelijke eenheden is te vangen, maakt de tweede zin overbodig. De redactie kan de greep naar een stoffige Binas in het vervolg voorkomen door dergelijke vermenigvuldigingsfactoren (want dat zijn het) te geven: exa = 18 nullen erbij!

SVEN MIEOG, Leiden

Suriname

Wat René Zwaap zegt over de «culturele apartheid» tussen Nederland en Suriname (De Groene Amsterdammer, 13 januari) is verbazingwekkend. «Suriname is in Nederland anno 2005 zo goed als non-existent.» Waar woont Zwaap? Hij doet alsof schrijvers als Anil Ramdas en Astrid Roemer niet bestaan en verzwijgt zowel de toetreding van Suriname tot de Nederlandse Taalunie als de uitvoerige geschiedenis van de Surinaamse literatuur van de Nederlander Michiel van Kempen. Impliciet pleit Zwaap ervoor dat Balkenende de hand van Bouterse gaat schudden, «ook als er bloed aan die handen kleeft». Dit kan hij toch niet menen?

EEP FRANCKEN, Leiden