Dienstplicht

‘Doordat ik redelijk kon toneelspelen werd ik afgekeurd en hoefde ik mijn militaire dienstplicht niet te vervullen’, schrijft Opheffer in zijn column in De Groene van 14 april. Wat mij opviel in dit citaat zijn de woorden ‘toneelspelen’ en ‘dienstplicht’ en de triomfantelijke toon die doet denken aan de leerling die met spieken een onvoldoende en een standje thuis daarover heeft weten te voorkomen. Wat een heldendaad om door onbeschaamd en ordinair bedrog je verantwoordelijkheid tegenover de jou beschermende ordentelijke samenleving te ontlopen. En daar dan nog een zelfvoldaan stukje over te schrijven, erop rekenend dat de redactie van De Groene het eigenlijk ook wel grappig vindt. Ik beklaag me er niet over dat ik mijn opleiding 26 maanden heb moeten onderbreken om diezelfde dienstplicht te vervullen. Evenwel, een fatsoenlijke samenleving is niet alleen de basis voor een menswaardig bestaan, maar vraagt daarvoor ook wat en dat is meer dan een stukje tekst schrijven over die jongens van negentien en twintig die door een stinger worden getroffen. Anderen laten opdraaien waarvoor jezelf te beroerd bent en lekker aan de kant blijven staan is ook een levensopvatting, nietwaar?

ROB HAMBURGER

Geopolitiek realisme

De intense emoties over de oorlog in Oekraïne voeren als vanzelf tot een moralistische visie op deze catastrofe die daardoor in de media sterk overheerst. Het heldere stuk van Sadet Karabulut in De Groene van 14 april trof mij als een zeldzaam tegengeluid.

Emotie is geen beleid, voert tot groeiende escalatie zonder realistisch einddoel, en gaat voorbij aan de onderliggende machtsstrijd tussen de twee nucleaire wereldmachten VS en Rusland.

Door het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 leek het mogelijk de confrontatie te beëindigen en een samenwerkingsrelatie op te bouwen met een nu zeer verzwakt Rusland. De VS – de enig overgebleven supermacht – kozen echter al snel voor verdere versterking van hun machtspositie, waardoor die kans verloren ging. In een poging het tij te keren stuurden veertig vooraanstaande Amerikaanse experts op gebied van internationale betrekkingen in juni 1997 een open brief aan Clinton waarin ze uitbreiding van de Navo als een ‘error of historic proportions’ kwalificeerden.

Het Westen koos onder aanvoering van de VS dus uiteindelijk voor een hernieuwde confrontatiepolitiek en is daardoor medeverantwoordelijk voor de aanloop naar de Oekraïne-oorlog. Poetin begon die oorlog en is daar dus honderd procent verantwoordelijk voor, maar dit conflict framen als ‘wij tegen een crimineel’ negeert de achterliggende machtsstrijd en is een simplificatie die een oplossing van het conflict door onderhandelingen bemoeilijkt. De morele ordening die het gewone leven beheerst, ontbreekt op het niveau van geopolitieke grootmachten die daardoor een voortdurende machtsstrijd voeren waarbij morele en ideologische motivaties slechts façade zijn. Deze machtsstrijd, die centraal staat in de theorie van geopolitiek realisme, met hoogleraar internationale betrekkingen Rob de Wijk en zijn Amerikaanse evenknie John Mearsheimer als vooraanstaande representanten, is een belangrijke factor achter de Oekraïne-oorlog.

De enige uitweg uit deze crisis zijn onderhandelingen waarbij Poetin maar zeker ook Zelenski pijnlijke concessies zullen moeten doen. Hopelijk is het daarvoor nog niet te laat, want het griezelige alternatief is een voortschrijdende escalatie waarbij een dictator met vijfduizend kernwapens en verwrongen zicht op de realiteit steeds verder in de hoek wordt gedreven.

MAARTEN VAN VREUMINGEN, Bunnik