Orbán

Wat een verademing was het artikel van Marijn Kruk over Hongarije en de populariteit van Viktor Orbán (De Groene, 3 september). Het was een grondig artikel dat zich ver van de gebruikelijke oppervlakkigheid hield die meestal de berichtgeving over Hongarije siert. En hoewel absolute volledigheid een illusie is, wil ik toch graag een en ander toevoegen aan Kruks verhaal.

Uiteraard speelde de bankencrisis van 2008, zoals hij stelt, een rol bij Orbáns monsterzege van 2010. Maar er zijn minstens nog twee belangrijke oorzaken. Bij één daarvan speelt onze oud-minister Hans Hoogervorst een belangrijke rol.

In 2007 vroeg Ágnes Horváth, de liberale minister van Volksgezondheid in Hongarije, hem te adviseren over het gezondheidsstelsel. Geheel volgens ons Nederlandse neoliberale recept adviseerde Hoogervorst marktwerking en privatisering. Op Horváths initiatief nam de regering van socialist Gyurcsány dit idee over. Na de invoering ontstond een ware volksopstand en met een bindend referendum werd de wetgeving door 82 procent van de kiezers weggestemd. De maatregelen werden ingetrokken en Gyurcsány vroeg de liberale partij minister Horváth te vervangen. De liberalen weigerden, stapten uit de regering en verdwenen bij de volgende verkiezingen geheel van het politieke toneel.

Gyurcsány zelf was onbedoeld de andere oorzaak van de ruimte voor Orbán. Na zijn verkiezingsoverwinning in 2006 bekende de premier op een besloten partijbijeenkomst dat alles wat hij en zijn partij de voorafgaande jaren gezegd hadden een aaneenschakeling van leugens was. Toen dit uitlekte was Gyurcsány niet meer te redden en leed de socialistische partij een verpletterende nederlaag bij de verkiezingen in 2010, waar Orbán als overwinnaar uit de bus kwam.

Orbán rekent zichzelf tot het rechts-conservatieve kamp, toch is zijn sociaal-economische politiek allerminst rechts of conservatief te noemen. Sinds 2010 heeft hij bijvoorbeeld de openbare nutsbedrijven als het ware ‘gerenationaliseerd’ en bijvoorbeeld de gasprijs, bij zijn aantreden de allerhoogste in de EU, door middel van staatsinterventie gereduceerd tot de één na laagste.

Bij de coronacrisis zoekt ook Hongarije naar oplossingen om de economische schade te beperken. De financiële dekking voor de maatregelen verhaalt men grotendeels op de banken en de grote internationale bedrijven.

Overheidsinterventie, iets wat conservatieven hekelen, is een belangrijk onderdeel van Orbáns beleid, waarmee hij grote afstand neemt van een neoliberaal economisch beleid. Dat verklaart voor een groot deel de electorale steun die hij geniet.

DZSINGISZ GABOR, Almere

Ewald Engelen

In zijn column (De Groene, 3 september) vereenzelvigt Ewald Engelen twee totaal verschillende problemen, namelijk de rol van de media in de coronaverslaggeving en de positie van social media.

De media doen verslag van wat medici, deskundigen en ministeries signaleren. Ze doen ook verslag van wat er in de samenleving gebeurt. Alarmisme volgt op het feit dat dit virus grotere gevolgen had dan enig ander virus in de afgelopen decennia. Er valt wat voor te zeggen om hiervoor te waarschuwen aan de hand van de opinie van deskundigen, gestaafd door voorbeelden uit de praktijk. Ook tegengeluiden kregen hierbij aandacht, maar het is de media niet kwalijk te nemen dat ze deze tegengeluiden minder aandacht geven als het in de vorm van complottheorieën komt. Feit is dat er nog te weinig bekend is over covid, de verspreiding en, belangrijker, de uiteindelijke oplossing.

Ook social media worden slachtoffer van het feit dat de tegengeluiden vaak gespeend zijn van feitelijke onderbouwing. Om misleiding te voorkomen passen zij hun algoritmes aan en verwijderen zij, soms onterecht, berichten. Dit is onderdeel van een breder debat dat gevoerd moet worden over sturing van berichtgeving – wanneer beoordeel je iets als angst- en haatzaaien en wanneer is het slechts een alternatieve mening? Dat is een technologisch probleem en een maatschappelijk debat dat niet weggezet moet worden als elitisme, maar eerder als omgang met een nieuwe werkelijkheid.

GERBEN SEGBOER, Bovenkarspel