Groepjes jonge Spaanstaligen verzamelen ratelend van koffer en spraak voor de deur. Tot een sleuteldrager opdaagt. Last hebben we er maar kort van gehad, toen zich regelmatig ’s avonds tientallen leeftijd- en landgenoten met fietsen voor de deur verzamelden en een onwaarschijnlijke hoeveelheid lawaai produceerden, tot men na maximaal een uur naar elders trok. Dat de helft van hen dat vervoermiddel kennelijk sinds de kindertijd niet meer had bereden en besloot die leuke gewoonte in Amsterdam weer op te pakken verklaart wellicht dat het verschijnsel abrupt stopte: ik hoop niet dat er gewonden of doden zijn gevallen, maar dat de stad qua verkeer door zwalkers aller landen nog onaangenamer en gevaarlijker is geworden, is zonneklaar.

Maar wij, op afstand van het centrum, mogen niet mopperen met dat ene pand en die Spanjolen, begreep ik uit de eerste Tegenlicht-aflevering van het seizoen: Slapend rijk. Dronken en stonede Engelsen die overdag in portieken piesen en poepen en ’s nachts lallend rondtrekken blijven ons nog bespaard. Als één tv-rubriek gans de wereld omvat, is dat Tegenlicht en dat deze eersteling geheel in Amsterdam speelt is daarmee niet in strijd. Veranderingen door massatoerisme spelen al veel langer (Barcelona, Rome, Venetië). En wat in Silicon Valley wordt bedacht verandert het karakter van die overlast weer ingrijpend. Twee diepe Mokumers op een caféterras klagen steen en been: hun stad (waarover we Willy Alberti horen zingen) is niet meer van hullie. Het ergste: een woning is er alleen nog voor de rijken. Voor ‘gewone’ jongelui is er geen betaalbaar huis te vinden.

In andere scènes zien we juist rijken, althans hoogopgeleiden uit het centrum, bijeen. Zij zijn niet degenen die profiteren van Airbnb (sterker, zegt er een: wij betalen juist voor een vakantieoppas voor de kat), maar degenen die eronder lijden. Door aperte overlast, maar minstens zozeer door desintegratie van de buurt. Steeds meer panden krijgen een Airbnb-bestemming, meestal illegaal, en cohesie en controle vallen weg. Een ideoloog legt haarscherp de hypocrisie van Airbnb met zijn ‘sharing’-economie uit, zijn gelikte marketing en financiering door durfkapitalisten. We zien Airbnb zelf niet. Wel een enkele verhuurder, maar van de relatief nette soort die zich aan zestig nachten per jaar houdt. Op de onnette zien we gejaagd worden door de gemeente, want die is er ook achter gekomen dat het meer en meer om illegale hotels en de financieel grijze of zwarte sector gaat. Er is een ‘kliklijn’. Maar verraaien doen Mokumers nooit, zegt een Alberti-fan, tot ook hij bedenkt dat er echt een grens is. En we zien een nieuw, succesvol ‘hostingbedrijf’ dat verhuurders alle zorgen uit handen neemt: sleutels, handdoeken, administreren. Jonge enthousiastelingen. En raad eens: ze doen dat omdat daar zo’n behoefte aan is en zij zo graag helpen. Dezelfde ‘ideologische’ lulkoek als Airbnb.


Sabine Lubbe Bakker, Slapend rijk, VPRO Tegenlicht, zondag 18 september, NPO 2, 21.05 uur

Beeld: Slapend rijk (VPRO)