
Volop dramaseries met aanbeveling ‘echt gebeurd’. Deze week start een Belgische, tweetalig, wat tamelijk bijzonder is. Dat voor de gruwelen van de ‘bende van Nijvel’ nooit iemand is veroordeeld, is onder veel meer aan hun taal- en cultuursplitsing te wijten – weinig bevorderlijk voor opsporing. Geen willekeurig voorbeeld, want de fictieserie 1985 gaat over die duistere periode. Pas halverwege de reeks vindt de supermarktoverval in Nijvel plaats: twee willekeurige doden door klinkklare executie voor een bespottelijk kleine buit van onder meer bonbons. Meteen erna een aanval op een achtervolgende rijkswachtpatrouille: één dode en roof van dienstwapens plus walkietalkie. Van 1982 tot 1985. In totaal 24 doden en meer dan veertig gewonden. Wie gruwel zoekt komt elders beter aan zijn trekken, want het geweld is gepast terughoudend gefilmd.
Gewaagde onderneming vanwege beladen thematiek, onopgeloste raadsels, open wonden en dramaturgische complexiteit. Drijft pakweg Het jaar van Fortuyn overwegend op reëel bestaande personages, 1985 kon niet gemaakt worden zonder fictie-hoofdrollen. Twee zonen van rijkswachters, boezemvrienden, trekken na het eindexamen samen met de zus van een van hen naar Brussel; de jongens voor een rijkswachtopleiding, het meisje voor rechtenstudie.
Deze Vicky wordt deejay en presentator bij een piratenzender waar ze naar ‘links en alternatief’ neigt, tot afschuw van vader. Maar ook ontstaat verwijdering tussen haar en broer Franky. Die is door zijn uniform meteen al niet welkom in haar studentenhuis, hoe close ze ook zijn. Als hij geleidelijk belandt in radicaal-rechtse kringen wordt de kloof dieper. En hoewel de jongens, kamergenoten in de kazerne, elkaar nog lang vasthouden, ook tussen hen wordt het moeilijker omdat Marc zich juist steeds meer tot kampioen van waarheid en integriteit ontwikkelt. Dat klinkt, en is, nogal schematisch. Toevalligheden zijn behoorlijk groot en nadrukkelijkheid is niet altijd vermeden. Toch is het resultaat de moeite waard.
Als beeld van de tijdgeest, als röntgenfoto van mentaliteit en praktijken van een toen nog onder Defensie vallende militaire organisatie waarin racistische en extreem-rechtse tendensen voorkwamen, toegedekt door een maffia-achtig aandoende omerta. En gedekt door individuen bij justitie, leger en politiek. We zien al in de eerste aflevering extreme zaken: het hoofd van de antidrugsbrigade blijkt uitgegroeid tot groot drugshandelaar. Seksfeesten. Overval op een wapenmagazijn in de Rijkswachtkazerne, alleen mogelijk door inside information. Moordaanslag op het gezin van een rijkswacht-majoor die de drugshandel binnen eigen geledingen op het spoor is.
Overdreven veel denk je, als Nijvel-leek, tot in de aftiteling blijkt dat juist deze extremiteiten nul fictie bevatten. De majoor een geweldige rol van Peter Van den Begin. Jonge acteurs Tijmen Govaerts, Aimé Claeys en Mona Mina Leon overstijgen ook hun papieren rol. Nee, raadsels worden niet ontsluierd. En de rijkswacht was uiteraard meer dan zijn rotte appels: de majoor heet Vernaillen en heeft het overleefd. Er zijn krankzinnig veel dossiers: berechting valt niet te verwachten.
Wouter Bouvijn (regie), Willem Wallyn (scenario), 1985, VRT, RTBF, aankoop VPRO, acht delen vanaf donderdag 11 mei, NPO 3, 20.25 uur