Onlangs kocht kunstverzamelaar en reclamegoeroe Charles Saatchi voor 150.000 pond het bed van de Engelse kunstenaar Tracey Emin inclusief urinebevlekte lakens, wodkaflessen, maandverband en een gebruikt condoom. In dit bed had de kunstenaar zich vier dagen lang opgehouden om na te denken over zelfmoord. Vorig jaar stond My Bed in de Londense Tate Gallery ter gelegenheid van de Turner Prize-tentoonstelling. Het bed werd wereldberoemd nadat twee Chinese studenten bij wijze van protest halfnaakt er een kussengevecht in hadden gehouden. Wereldberoemd worden was wat Tracey het liefst wilde. Eerder was ze met de oude stoel van haar grootmoeder door Amerika getrokken om voor te lezen uit haar - zelf uitgegeven - boek The Exploration of the Soul, waarin ze haar leven beschrijft van haar geboorte tot haar ontmaagding door verkrachting op dertienjarige leeftijd. In 1995 richtte ze in Londen in een oud minicab-kantoortje op Waterloo Road haar eigen museum op, The Tracey Emin Museum - The Perfect Place to Grow. Toen ik er voor het eerst kwam zag ik de tentoonstelling Everyone I Have Ever Slept With (1963-1995). Op de binnenwanden van een tent had ze de namen genaaid van alle mensen met wie ze het bed had gedeeld. Tijdens een one night-performance liet ze de aanwezigen namen kiezen en vertelde ze onomwonden over haar slaapervaringen.
«I really cannot carry on living with all that stuff stuck inside of me», sliste Tracey in mijn oor. We vierden oud en nieuw in het atelier van de schilder Gary Hume. Jan had zich voorgenomen zich deze nacht helemaal te laten gaan. Niet lang daarna zat hij bewegingloos in de enige fauteuil. Zijn hoofd hing voor over. Op zijn gezicht lag een geheimzinnige glimlach. De klok sloeg twaalf. We stonden allemaal om hem heen. De een na de ander stelde een diagnose vast. Te veel wodka, een pilletje, stoned. Alle leuke meisjes kwamen naar hem toe en gleden met hun handen door zijn haar. Nog even en ze gingen over tot reanimatie. Zullen we een ambulance bellen, stelde ik voor. Tracey vond dat we hem met rust moesten laten. Ze vertelde vol blijdschap dat ze binnenkort mooie nieuwe tanden kreeg. Ze had voor het eerst in haar leven geld. De tent met de namen van iedereen met wie ze had geslapen had een verzamelaar voor veertigduizend pond gekocht. Tracey zei dat ze nu ze 35 was geworden het leven fantastisch vond en verschrikkelijk. Fantastisch omdat ze nooit had gedacht dat ze de 35 zou halen en verschrikkelijk omdat het zo oud klonk. Ze was bang in haar eentje oud te worden. Je kunt wel masturberen maar de fantasieën zijn steeds hetzelfde.
«Het is zoals Escape from Alcatraz, je moet zorgen dat je een nagelvijl te pakken krijgt en de tralies doorzagen. Je moet gebruiken wat je hebt. Iedereen moet zijn weg vinden om ergens uit te breken», zei Sarah Lucas norsig. De kunstenaar had geen zin om te dansen. Ze zat wijdbeens op een trap, met leren jas en zonnebril, een sigaret in de mond. «Its all about articulating your way out of something, right?» Ik vroeg me af: wat zijn mijn tralies? Wat weerhoudt me precies? Waartegen voer ik mijn strijd? Waarvan wil ik me ontdoen? Van alles wat me in de weg zit, maar de weg waar naartoe? De dood weerhoudt me maar nog lang niet. Ik voel me vrij maar weet die vrijheid niet te gebruiken. Ik leg mezelf beperkingen op, een gevangenis van lucht. Vroeger sprak ik over de waarheid maar dat woord heeft voor mij geen betekenis meer. Ik weet niet meer wat ik dacht dat het was. Misschien bestaat er alleen nog zoiets als eer lijkheid, maar ik weet ook niet meer wat dat wil zeggen. De laatste tijd verliezen steeds meer begrippen hun betekenis. Er blijven steeds minder woorden over waarvan ik me kan bedienen.
Ik ging naast Jan op de leuning van zijn stoel zitten. Hij keek glimlachend voor zich uit. Hij reageerde niet op mijn vragen. Hij zat in zijn eigen wereld. Hij ademde rustig, af en toe had hij een oprisping en spuugde hij op de grond. Gary Hume die met industriële hoogglanslak mooie silhouetten op aluminium schildert en voor wie pathos en schoonheid de belangrijkste woorden op de wereld zijn, vertelde me zijig dat hij urenlang naar zijn eigen werk kon kijken, het was mooi, zinnelijk, hard, diep, zacht, het was als seks. Jan begon te kotsen. Tracey kwam op het idee om Jan naar buiten te slepen. Frisse lucht zou hem goed doen. We zetten hem neer op een tuinstoel aan de rand van een bevroren vijvertje. We dekten hem toe met onze winterjassen. We gingen weer naar binnen om te dansen. Na een half uur kwam Gary op het idee om te gaan kijken hoe het met Jan was. We zagen op de thermometer dat het vijftien graden vroor. We haalden Jan weer binnen en zetten hem bij de verwarming. Tegen de ochtend kwam hij weer tot bewustzijn. Tracey en ik sleepten hem tussen ons in over straat naar een taxicentrale. Jan neuriede en lachte. In de taxi kreeg hij weer oprispingen. «Not in my car», schreeuwde de chauffeur en trapte op de rem. Tracey riep: «Were decent people.» Even later lagen we met zn drieën in haar bed. Terwijl Jan op mijn borst in slaap viel, vertelde Tracey over een nieuw werk dat ze wilde maken: een walgelijk bed, met bloedvlekken erop, en smerig ondergoed, een streep stront op het kussen, een fles wodka, een condoom. Ze wilde het noemen My Cunt Is Wet With Fear. Ze kroop als een bang poesje tegen me aan. Ik probeer de te slapen maar Tracey begon te huilen en snotterde dat ze eigenlijk niet meer wilde leven.