Alle festivals moeten eraan geloven: met dertig mens publiek of zelfs louter online. Nu is IDFA de klos. En daarmee de grote schare liefhebbers van documentaire op het grote, witte doek waarvoor de meeste van deze producties, vaak van speelfilmlengte, ook bedoeld zijn. Later halen die dan vaak ook het tv-scherm, maar meestal in ingekorte vijftig-minuten-vorm. Maar voor de modale tv-kijker is er dit jaar eerder meer dan minder IDFA (zie hieronder). Op woensdag, de openingsdag, verrast HUMAN ons zelfs op de winnaar van ‘beste Nederlandse IDFA-film’ van 2019, die ook de publieksprijs won, plus in Utrecht het Gouden Kalf voor beste lange documentaire: Sidik en de panter van Reber Dosky.
Om met het negatieve te beginnen: die film hadden u en ik vorig jaar het best in een vol Tuschinski kunnen zien, want de natuurbeelden van het Zagros-gebergte in Koerdisch Noord-Irak moeten daar adembenemend zijn geweest. Maar dat ik veel van die pracht zelfs op mijn laptop ervoer betekent dat het tv-scherm ruim genoeg is voor een esthetische ervaring van belang (met hulde aan cameraman Roy van Egmond). Minstens zo belangrijk is dat hoofdpersoon Sidik Barzani een intrigerende man is met een zelfopgelegde missie: het vinden van de Perzische panter die in die contreien zou leven.
Al krijg je tijdens zijn lange zoektochten en door incidentele getuigenverklaringen steeds sterker het gevoel ‘geleefd zou hebben’. De verleden tijd, omdat de meest recente waarnemingen van horen zeggen door opa of overgrootvader zijn, jaren zestig op zijn laatst. En het ‘zou’ omdat ik steeds sterker het gevoel kreeg dat de panter zoiets als de Verschrikkelijke Sneeuwman is: louter bestaand in de volksmond en daar misschien wel gedurende eeuwen overgeleverd. Als ik ga checken op Wikipedia zie ik dat de soort wel degelijk bestaat, als ondersoort van de luipaard, en dat de status ‘bedreigd’ is, maar dat Irak zelfs niet als leefgebied wordt genoemd. Zegt dat alles? Nee, panters kennen nationaliteit noch paspoort, en het gebergte grenst aan Iran en Turkije, waar het dier voorkomt.
Met dit speurwerk heb ik me meteen verraden als een rationeel mannetje dat het diploma ‘spirituele kijker’ nooit gaat halen. Want die IDFA-publieksprijs schrijf ik deels toch toe aan juist dat aspect van de film. Naast of met de natuurlyriek, die er niet los van staat. Bijna anderhalf uur schitterende landschappen in alle jaargetijden; prachtige opnames van vogels en zoogdieren; bijna anderhalf uur rondtrekken met een man met wandelstok en verrekijker, lopend en te paard. Bijna anderhalf uur kijken naar iemand die uitrust, thee zet en vooral vaak in zijn aantekeningenboekje schrijft. Die incidentele ontmoetingen heeft, vraagt naar de panter en vergeefs cameravallen plaatst en uitleest – het zou me te veel van het mooie en goede en langzame zijn. Al moet ik toegeven dat de stilte van de bergen die de geluiden extra accentueert, het tempo, het langdurig kijken van de man en van de toeschouwer wel degelijk iets betoverends hebben. Zo niet spiritueel dan wel rustgevend. Maar zonder Sidiks achterliggende ‘programma’ zou ik vijftig minuten het maximale vinden.
Voor Sidik is de panter namelijk meer dan wat hij voor David Attenborough zou zijn. Zou de panter zijn teruggekeerd, dan zou dat voor hem symbool zijn voor de terugkeer van vrede in een gebied dat door oorlogen werd en wordt geteisterd. En, zeker zo belangrijk, symbool van Koerdische autonomie. Al vroeg in de film horen we dat Sidik al als kind met zijn ouders moest vluchten voor de vijand, de tiran, die daar nog niet bij naam wordt genoemd, maar zonder twijfel Sadam Hoessein heette. In vijf staten in het Midden-Oosten zijn Koerden immers een minderheid die, met het vaak gewapend streven naar een zelfstandig Koerdistan, een groot gevaar voor de eenheidsstaat vormden en vormen. Zo groot dat diezelfde Sadam tegen Iraakse Koerden zelfs gifgas inzette.
Een tragiek van de Koerden is dat ze, hoewel door Atatürks en Erdogans, door sjahs en ayatollahs, Al-Assads seniors en juniors gevreesd en bestreden worden, soms ook als schaakstukken worden gebruikt in onderlinge en andere conflicten. Zo waren ze goed genoeg om IS te bestrijden en te verslaan, maar werden als een baksteen losgelaten toen groter belangen golden. De val van Sadam heeft geleid tot het ontstaan van de Koerdische Autonome Regio in Noord-Irak, een resultaat dat Koerden elders nergens hebben kunnen behalen. Overigens komt deze politieke informatie in de film nauwelijks aan de orde. Het is de context die je erbij bedenkt. Of niet. Als Sidik op zijn vele tochten ook vaak ruïnes treft, dan zijn dat de bergdorpen die ooit door Sadams troepen zijn vernietigd. De bewoners gevlucht, verbannen of gedood.
Het is op een van de bergen dat regisseur Dosky letterlijk en figuurlijk zicht- en hoorbaar en zelfs deelnemer wordt. Sidik zit te schrijven nadat we een scène op een begraafplaats hebben gezien waarin zwart geklede vrouwen hun destijds gedode mannen bewenen en bezingen. Zonder twijfel klaagzangen die blijvend onderdeel van de cultuur zijn gaan vormen. We horen buiten beeld een man huilen. Het is Dosky. ‘Mijn grootvader is hier vermoord.’ Dan blijkt dat die opa, lid van de peshmerga, het gewapend verzet tegen Sadam, daar gewond is geraakt en gevangen genomen toen de munitie op was. De volgende dag werden hij en zijn twee kompanen achter tanks door het dorp gesleept. Sidik begint stenen te verzamelen en vraagt Dosky hem te helpen. Die loopt nu het beeld in. Samen stapelen ze een monument en bekronen dat met bloemen. Rouwverwerking op het moment en ter plaatse. Hier en in een aantal andere scènes kun je je afvragen of ze spontaan zo gebeurd zijn of gescript. Maar deze is zo authentiek, oprecht en ingehouden dat het er eigenlijk niet toe doet. Deze film van een Koerdische Nederlander is een verrijking voor zowel de Koerdische als de Nederlandse cinematografie.
De symbolische betekenis die Sidik toekent aan de panter en wat diens terugkeer niet allemaal mee zou brengen voor volk en land weegt mij soms te zwaar en is wel erg sprookjesachtig. Hij geeft overigens ook een rationeel argument: zou het dier aangetoond kunnen worden, dan wordt de kans groter het gebergte tot Nationaal Park te verklaren. ‘Dan zullen ze hier niet meer bombarderen.’ Alsof de Vijand, wie dan ook, zich door zoiets zou laten weerhouden.
Een van de vele ontmoetingen van Sidik is met een betrekkelijk jonge man, die net als hijzelf veel door de bergen loopt en natuurfoto’s maakt. Zijn oma vertelde hem dat opa in de jaren zestig een panter had gezien op de berg waar ze recht tegenover zitten. Opa had uit respect niet geschoten. De man is bereid Sidik te helpen in zijn zoektocht maar hij denkt er ook over te emigreren: Europa. Sidik is verbaasd. Je hebt hier toch alles, familie, huis, diploma. Ja, maar geen werk, geen geld en daardoor geen vrouw. (Sidik blijkt zelf wel een vrouw en twee zoontjes te hebben – waar hij van leeft blijft onduidelijk.)
Sidik spreekt in metaforen: een rots ligt stevig op zijn plek – beweeg je hem, dan is hij niet stabiel. Hier doen we ertoe. Als je weggaat verlies je je waardigheid. De man: je kunt niet leven van schoonheid. Geeft dit landschap me een baan, helpt het me te trouwen? Sidik: dit is de hemel op aarde en als het dat niet is, moeten we het maken. Het is lastig: ook ik vraag me angstig af wat Europa de man zal brengen buiten gegarandeerde ontworteling en heimwee. Maar zijn argumenten zijn sterk en mijn sympathie ligt steeds sterker bij hem. De man met Koerdisch nationalistische idealen tegenover de jongen die daar niet van kan eten.
Geestig wordt de film heel even, wanneer Sidik in de auto zijn zoontjes op de schoonheid van de vogeltjes langs de weg wijst (ze zijn inderdaad prachtig) en vertelt van de insecten die ze vangen. Ze hummen instemmend (papa geeft graag onderwijs) en als de camera naar de achterbank gaat blijken ze druk met hun iPads bezig te zijn: niks vogeltjes. Binnen de ernst van de film is het een Fremdkörper, maar welkom. Dat er tegen het eind een ongekende verrassing komt, zonder ophef, zonder nadrukkelijkheid, het is ijzersterk.
Natuurlijk valt er veel meer over de film te zeggen, met zijn korte folklore-achtige intermezzi die wel altijd betrekking tot de thematiek hebben. (Zie vooral ook VPRO Gids 46.) De concentratie, nodig voor het kijken, is in een volle zaal met groot doek veel makkelijker op te brengen. Maar wie het thuis probeert wordt beloond. Rest vast te stellen hoeveel de Nederlandse documentaire inmiddels dankt aan wie, vaak om tragische redenen, van verre kwamen. En hun nakomelingen, want de wortels van de instroom liggen al in de dekolonisatie van Indonesië en die ging en gaat verder door arbeidsmigratie, adoptie, staatsgrepen, oorlogen, vluchtelingenstroom. En gelukkig, heel soms, door de liefde. Zou zowaar een quiz voor filmkenners op kunnen leveren om daar namen en rugnummers op te plakken.
Reber Dosky, Sidik en de panter, HUMAN, woensdag 18 november, NPO 2, 23.05 uur.
IDFA verder op de televisie.
Vanaf woensdag 18 november: VPRO Mondo op IDFA. Zeven afleveringen waarin Nadia Moussaid en Pieter van der Wielen ‘de meest spraakmakende en ontroerende documentaires’ van deze jaargang bespreken met ‘prominente Nederlanders’. NPO 2, 22.10 uur. Daarna op vrijdag 20 en maandag 23 t/m donderdag 26 november, zelfde plaats en tijd.
Vrijdag 20 november: Nacht van IDFA. NPO 2, 23.25 uur. Programmering nog onbekend want door kijkers te bepalen. Zie hier voor de 54 (!) door 2Doc geselecteerde documentaires en kies er vijf. Een jury bepaalt wie de interessantste ‘programmeur’ is. Diens keuzes worden in de nacht uitgezonden en zij/hij wordt geïnterviewd op 2Doc.nl .
Zondag 22 november: Mondo geheel gewijd aan IDFA. Gast onder meer Renzo Martens over zijn White Cube.
Maandag 23 november: 2Doc IDFA Primeur. Saskia Gubbels, Dierbaren. Over DOA, dierenasiel Amsterdam. NPO2, 20. 15 uur.
Dinsdag 24 november: 2Doc IDFA Primeur. Tami Ravid, In His Image. Grootouders willen kleinkind van overleden zoon. Het is in Israël toegestaan sperma van in militaire dienst overledene te gebruiken. Wil de weduwe dat? NPO 2, EO, 20.15 uur.
Woensdag 25 november: 2Doc IDFA Primeur. Esther Hartog, Paul King, Skies Above Hebron. Coming of age gedurende vijf jaar over drie Palestijnse jongens uit Hebron.
Vrijdag 27 november: 2Doc IDFA Primeur. David France, Welcome To Chechnya. Over activisten die LHBT-ers in Tsjetsjenië, met de dood bedreigd, het land uit proberen te smokkelen. NPO 2, VPRO, 22.25 uur.