Bedrijfswinsten zijn hoog, maar serieuze groei van de investeringen blijft uit. Huishoudens hebben geld uit te geven, maar de consumentenbestedingen stijgen nauwelijks. Intussen (of daardoor?) vertraagt de economische groei, die in 2014 juist leek aan te trekken. Wat is er aan de hand? Zien bedrijven geen winstkansen meer? Moeilijk te geloven. Het lijkt erop dat het idee van ‘animal spirits’, een concept dat tachtig jaar geleden door Keynes werd bedacht, hier relevant is. ‘Animal spirits’ is wat we nu vangen onder termen als marktsentiment en consumentenvertrouwen.

Robert Shiller, die in 2013 de Nobelprijs voor de economie won, spreekt in een recente blog van ‘the global economy’s hesitation blues’. In een periode van lage groei aarzelen bedrijven te investeren, en consumenten stellen grote aankopen uit. De vraag is: veroorzaken de onzekerheid en aarzeling lage groei, of is het omgekeerd? Shiller denkt het eerste. Hij wijst op de wijdverbreide angst voor een Tweede Wereldoorlog die er al in de vroege jaren dertig van de Grote Depressie was, getuige het toen veelbesproken boek The Second World War van Johannes Steele uit 1934. Heeft die fundamentele angst geleid tot uitstelgedrag, en heeft dat de Depressie verdiept en verlengd? Of was het onzekerheid over economisch beleid? Bedrijven en huishoudens wisten in de jaren dertig niet of het internationale geldsysteem van de Gouden Standaard zou blijven, er was onzekerheid over snel toenemende handelsbelemmeringen, er waren stakingen en regeringswisselingen. Zelfs zonder angst voor oorlog reden om de hand op de knip te houden.

De meesten van ons maken zich geen zorgen over een wereldoorlog, maar verder zijn de parallellen opvallend. We zijn onzeker over de identiteit van onze samenleving, over de versplintering van onze politiek en de betrouwbaarheid van onze politici. We zijn onzeker over het beleid van onze centrale banken. We zijn onzeker over de inrichting van de Europese samenwerking en over de dreiging van instabiliteit elders: Trump in Amerika, Poetin in Rusland en Oekraïne, recessie in Brazilië, de staatsgreep in Turkije. We zijn deze zomer zelfs onzeker over onze fysieke veiligheid. Dat moet gevolgen hebben voor ons gedrag, volgens Shiller, en een logische reactie is te beschermen wat je hebt. Voor de economie betekent dat: sparen, niet investeren of uitgeven.

Vertrouwen gaat te paard maar komt te voet

Het is opmerkelijk dat Shiller, die zijn hele leven de financiële sector bestudeerde, niet nóg een oorzaak van uitstelgedrag noemt: schuld. Hoge schulden kunnen een ‘balansrecessie’ veroorzaken, waarin bedrijven niet hun winst maximaliseren door te investeren, maar schulden minimaliseren door af te betalen. En huishoudens niet gericht zijn op geld verdienen en besteden, maar op zoek gaan naar de snelste manier om van hun schulden af te komen. Door hoge schulden worden normale economische motivaties stilgelegd. Je krijgt een afwachteconomie.

Wereldwijd zijn de private schulden onverminderd hoog sinds de crisis van 2008, en zelfs weer groeiende. In Amerika zitten bedrijven weer net zo diep in de schulden als in 2007. In Nederland hebben huishoudens ongeveer evenveel schuld bij banken als ons totale jaarlijkse inkomen, en bedrijven nog eens zoveel. Een WRR-rapport van eerder dit jaar stelt het aantal huishoudens met problematische schulden vast op ruim een half miljoen. Dat is één op de dertien huishoudens; en ook de andere twaalf hebben zeer hoge schulden. De gevolgen? Lees het boek Scarcity van Eldar Shafir en Sendhil Mullainathan. Mensen die in armoede en gebrek leven, denken minder goed na, kijken minder ver vooruit, nemen haastiger beslissingen, gaan slechter om met hun tijd, en lijden vaker aan tunnelvisie. Debt is the worst poverty – neem alle gedragsproblemen rond armoede en gebrek, vermenigvuldig die met tien, en je hebt een idee van de impact van wijdverbreide schulden op ons gedrag.

Waarom stagneert onze economie? De combinatie van onzekerheid en hoge, wijdverbreide schulden lijkt me een sterke verklaring. Dat betekent dat we op zoek moeten naar langetermijnoplossingen. Want vertrouwen – de tegenhanger van onzekerheid – gaat te paard maar komt te voet. En onze schulden, die al ruim een kwart eeuw groeien, zijn niet morgen afbetaald. Het zomerreces biedt onze bewindslieden wellicht de mentale ruimte hierop te reflecteren. Straks in de hectiek van Prinsjesdag en de Algemene Beschouwingen zijn deze problemen nog steeds relevant.