Er werden al grappen over gemaakt dat het Openbaar Ministerie van Jordanië een stuk slagvaardiger is dan het Nederlandse, want alweer twee weken geleden verklaarde de rechtbank in Amman de klacht die The Messenger of Allah Unites Us tegen Geert Wilders indiende ontvankelijk. Allahs verenigde boodschappers, die ook de drijvende kracht zijn achter de Jordaanse boycot van Nederlandse kaas en chocoladerepen, beschuldigden de blond gekuifde politicus naar aanleiding van zijn anti-Koranfilm onder meer van racisme en het aanzetten tot haat en belediging van de islam en moslims.
Maar nu is er toch ook de conclusie van het Nederlandse OM, dat niet alleen de strafbaarheid van de film Fitna onderzocht, maar ook van een aantal opruiende uitspraken van Wilders in de Volkskrant en De Pers. Die conclusie is verstandig: Wilders wordt niet vervolgd. Want Wilders heeft in één ding gelijk: het is te prefereren dat het debat wordt gevoerd in de Tweede Kamer en in de publieke arena. En ook volgens het OM kan een gezonde rechtsstaat tegen een stootje en horen deelnemers aan de politieke en publieke discussie veel ruimte te krijgen.
Dat neemt niet weg dat tegen de argumentatie van de officier van justitie het een en ander is in te brengen. Het OM betwist niet dat Wilders zich hier en daar grievend, beledigend, ongenuanceerd en suggestief en in forse bewoordingen (allemaal kwalificaties uit de brief van het OM van afgelopen maandag aan de aanklagers) over de islam heeft uitgesproken, maar laat hem ongemoeid omdat je a. zijn uitlatingen moet zien in de context van het maatschappelijke debat, en b. Wilders de islam aanvalt en niet de moslims.
Om met het eerste te beginnen: het heeft iets van een cirkelredenering als de context van het debat maakt dat Wilders’ islamkritiek toelaatbaar is terwijl hij zelf die context zo bepaalt. Wilders is de spraakmaker, de uitdager, de grenzenopzoeker, de provocateur in het praten over de islam, hij voert de boventoon en kleurt het debat en nu pleit die kleur hem vrij. En dan het tweede: de scheiding die het OM maakt tussen belediging van een godsdienst (mag) en belediging van mensen (mag niet altijd) is kunstmatig. Zoals advocaat Gerard Spong, die namens onder anderen cabaretier Jörgen Raymann aangifte deed, in een eerste reactie zei: ‘Het fascisme waarvan Wilders rept slaat volgens het OM alleen op de godsdienst en niet op de moslims. Maar je kunt het geloof niet loskoppelen van de gelovigen. Dan zou je van een moslim verlangen de Koran met een korrel zout te nemen.’ Anders gezegd: de Koran zou geen probleem zijn als er geen gelovige moslims waren.
En toch is het verstandig dat de officier van justitie Wilders niet aanpakt, omdat tornen aan de vrijheid van meningsuiting een paardenmiddel is en vaak averechts werkt. Vaak wordt de vergelijking met CP’86 gemaakt, de partij die in 1997 werd veroordeeld als criminele organisatie en uit het politieke spectrum verdween. Of met Hans Janmaat, die in de jaren negentig voor de rechter moest verschijnen wegens uitspraken als: ‘Eigen volk eerst’ en: ‘Vol is vol’ – in de huidige ‘context van het maatschappelijke debat’ nauwelijks kwetsender dan regels uit een kinderrijmpje. Maar de onvrede over de multiculturele samenleving ging daardoor ondergronds, om met Fortuyn ongewoon heftig weer aan de oppervlakte te komen.
Bovendien, Janmaats Centrumdemocraten en CP’86 waren politieke splintergroeperinkjes, terwijl Wilders een partij aanvoert die met negen zetels in het parlement zit. Janmaat was een politieke loser, Wilders vorig jaar volgens een enquête ‘politicus van het jaar’. Wilders geeft, kortom, uiting aan een breed gevoeld ongenoegen in de samenleving, en dat juridisch de pas afsnijden zou pas echt voor onvrede en haat zorgen.
Ondertussen zou je bijna vergeten dat we sinds het uitkomen van Fitna en het hoog oplopende Kamerdebat over de film, eind maart, alweer maanden in een Wildersluwe periode leven. Het is al vaak geconstateerd: de opmaat naar de film was opwindender dan de film zelf. Of zoals een filmcriticus het verwoordde: Fitna the Hype was beter dan Fitna the Movie. Alsof hij op de luwte in de media wil anticiperen, heeft Wilders daags na de bekendmaking van het OM aangekondigd dat het tijd wordt voor Fitna 2.
Het is te hopen dat Balkenende, Verhagen, Hirsch Ballin, De Hoop Scheffer en Doekle Terpstra Wilders zijn gang laten gaan en ditmaal geen zorgen uitspreken of ophef maken over iets dat er nog niet is. In het geval van Fitna 1 wist Wilders iedereen, met dank aan deze heren, vier maanden in zijn greep te houden. Fitna 1 heeft bewezen dat Nederland inderdaad een gezonde rechtsstaat is en het debat over Wilders’ anti-islamitische pamflet prima aankon.
Het is wel tijd voor een stevig gesprek met Amman.
Redactioneel Hoofdcommentaar
Stevig gesprek met Amman
Uit: De Groene Amsterdammer van
www.groene.nl/2008/27
www.groene.nl/2008/27