Moskou, 10 augustus. Betoging voor eerlijke gemeenteraadsverkiezingen © Alexander Vilf / Sputnik / HH

Het moet de Russische president als muziek in de oren hebben geklonken. Het ‘poetinisme’ is zo succesvol dat het nog honderd jaar mee kan, schreef Kremlin-insider Vladislav Soerkov onlangs in een Russisch dagblad. De gedachte dat hij in de afgelopen twintig jaar iets groots tot stand heeft gebracht, onderschrijft president Vladimir Poetin (66) graag. In een interview met de Financial Times droeg hij vorige maand het ‘liberalisme’ ten grave. Dit model voor een open samenleving met vrije verkiezingen heeft afgedaan als ideaal, wist Poetin, zowel in Rusland als in de rest van de wereld.

Sinds een paar weken lijkt zijn zelfgenoegzame droom van erkenning en waardering in binnen- en buitenland ernstig verstoord. Tienduizenden vaak jongere en hoger opgeleide Russen gaan in Moskou de straat op voor eerlijke gemeenteraadsverkiezingen en blijken niet bang. Niemand had twee maanden geleden nog kunnen denken dat iemand zich zou interesseren voor zulke verkiezingen. Toch is de verkiezing van de Moskouse stadsdoema, op 6 september, plots een kristallisatiepunt voor ongenoegens in heel Rusland geworden.

Volgens de Russische politicoloog Kirill Rogov gaat het bij deze acties niet zozeer om een oppositiebeweging als wel om een ‘golf’ van onvrede over het vooruitzicht dat een zittende politieke elite rond Poetin economie en staat steeds verder op slot doen om hun eigen machtspositie en gewin veilig te stellen. Daarvoor moet alles wijken: een eerlijke overheid, rechtszekerheid, economische groei.

De demonstranten – goed gekleed, verbaal begaafd en alleen al bevoorrecht ten opzichte van andere Russen omdat zij in de tot moderne vitrine van Rusland opgepoetste stad Moskou mogen wonen – laten weten het beu te zijn. Op drie achtereenvolgende zaterdagen in Moskou zijn al zo’n drieduizend mensen die niet veel meer deden dan een beetje wandelen door het centrum op ruwe wijze in arrestantenbusjes gepropt door tot de tanden gewapende ordetroepen. Afgelopen zaterdag ontpopte een demonstratie waarvoor vergunning was verleend zich tot de grootste betoging sinds 2012, met rond de zestigduizend deelnemers, hoewel het hard regende en de staatstelevisie had gewaarschuwd voor ‘provocaties’. In de provincie waren in verschillende steden solidariteitsbetogingen.

Het weerwoord van het Kremlin in de gelijkgeschakelde staatsmedia maakt een versleten indruk, omdat de verdachtmakingen nu al vele jaren worden ingezet tegen iedereen die kritiek heeft: het zijn gewelddadige demonstraties die vanuit het buitenland geleid worden en gericht zijn op gewelddadige omverwerping van de Russische staat. De onafhankelijke Russische media op internet, die de acties live volgen, laten zien dat er van gewelddadigheid geen sprake is. Aardige, verstandige Russen hebben gewoon genoeg van corruptie en machtsmisbruik en ontbrekend toekomstperspectief, en laten dat weten.

Misschien zijn Poetin en de zijnen de afgelopen jaren wel zelf gaan geloven in een door hun eigen media verspreide fictie die ook in het buitenland aanhangers heeft: dat het Russische volk een soort natuurlijke neiging tot lijdzaamheid en volgzaamheid heeft, en dat de geïntimideerde sovjetmens nog voortleeft in de hedendaagse Rus. In de onafhankelijke media die in Rusland nog mondjesmaat bestaan, en op Twitter en Facebook en hun Russische equivalenten, blijkt niets van lijdzaamheid of hondentrouw aan de president. Het vooruitzicht dat de huidige situatie van afnemende welvaart en toenemende monopolisering van de staat en de economie voor eeuwig zouden kunnen zijn – met Poetin aan het hoofd van een autoritaire schijndemocratie, ook na afloop van zijn ambtstermijn in 2024 – komt velen voor als een schrikbeeld.

Soerkov, die van een eeuw ‘poetinisme’, was begin deze eeuw de architect van de poetinistische methode van propaganda, waarbij op de door de staat gemonopoliseerde grote tv-kanalen elke onaangename waarheid wordt bedolven onder een bombardement van propaganda en schijninformatie, in combinatie met een verongelijkt nationalisme dat elke tegenslag als buitenlandse agressie tegen Rusland bestempelt. Dat gaat nu al jaren zo, met afnemende meeropbrengst: net als elders in de wereld kijken jongeren over de hele linie minder televisie en halen hun informatie van het internet. Rusland-kenner Mark Galeotti denkt dat Soerkovs geruchtmakende artikel vooral was bedoeld als geruststelling voor de kleine groep rijke machtigen die rondom Poetin Rusland ‘runnen’ en daarbij zelf steeds maar puissant rijker worden: zij hoeven zich geen zorgen te maken over de toekomst, omdat er zelfs na een eventueel wegvallen van Poetin als spil van het systeem niets zal veranderen – zo luidde Soerkovs boodschap.

Economische hervorming zou de ­machtspositie van de elite bedreigen

Die kleine groep mannen, die Poetin in veel gevallen al tientallen jaren kennen en hun blinde loyaliteit zien beloond met enorme persoonlijke winsten die voor een aanzienlijk deel naar belastingparadijzen in het buitenland worden gesluisd, zien 2024 angstig naderbij komen. Niet dat ze bang hoeven te zijn dat Poetin zich zal laten weerhouden door de grondwettelijke bepaling dat iemand maar twee termijnen president mag zijn – dan was hij wel in 2008 opgestapt, toen hij vier jaar premier werd om daarna gewoon weer als staatshoofd terug te keren. Twee decennia is hij nu effectief aan de macht.

Ware hij in 2008 opgestapt, zoals de constitutie voorschrijft, dan was hij misschien wel de populairste leider uit de recente Russische geschiedenis geweest – de man die na de barensweeën van de Russische democratie en markteconomie van de jaren 1990 het land stabiliteit en relatieve welvaart bracht, met een economische groei van gemiddeld zeven procent per jaar. Maar helaas is hij aangebleven. Vooral sinds 2012 komt Poetins heerschappij neer op een toenemende monopolisering van de politieke en economische macht door een kleine groep, autoritaire repressie van alternatieven en oppositie en afnemende economische groei. Het reëel besteedbaar inkomen van Russen is sinds 2008 met ongeveer dertien procent gedaald, heeft de Zweedse econoom Anders Aslund becijferd in een studie over Poetins ‘gabber-economie’. De economische groei bedraagt nu gemiddeld een magere één procent per jaar.

Regelmatig bewijst de president lippendienst aan ‘economische hervorming’, maar daarvan komt niets terecht, want dat zou de machtspositie van de elite in de waagschaal stellen. De economische ontwikkeling kenmerkt zich door steeds grotere concentratie – zeventig procent van het bruto nationaal product wordt nu al gegenereerd door ondernemingen die in handen zijn van de staat of daaraan gelieerd zijn. Wettelijke maatregelen en verregaande rechtsonzekerheid en corruptie schrikken buitenlandse investeringen in Rusland af, nog los van de westerse sancties. Rusland lijkt economisch steeds meer een eiland in de wereld, dat leeft van de export van olie, gas en andere grondstoffen. De enige echte groeisector is de militaire industrie.

Sinds zijn jongste herverkiezing in 2018 leek de president vooral vastbesloten te genieten van zijn machtspositie. Hij kon het zich veroorloven geen verkiezingscampagne te voeren, want de enige serieuze concurrent voor de volksgunst, de onvermoeibare corruptie-onthuller Aleksej Navalny, was van deelname uitgesloten. Bij ontstentenis van verkiezingstoespraken en een programma maakten twee officiële documentaires duidelijk hoe de president zich Rusland en zijn functie voorstelt: Rusland spreekt dankzij hem weer een woordje mee als wereldmacht, en het Russische volk heeft leven en welzijn veil voor het vaderland, geschaard rond een leider die alles bestiert en toch bescheiden is gebleven. Wie het daar niet mee eens is, is een landverrader, meestal in dienst van het buitenland.

Na de verkiezingsoverwinning ging het verder in deze zelfgenoegzame trant. De president leefde duidelijk op wanneer hij op een internationaal toneel kon schitteren, maar maakte op binnenlandse fora een vermoeide indruk. Pas na de verkiezingen kwam er een programma voor zijn vierde ambtstermijn: grootscheepse investeringen zullen het welzijn, het reëel besteedbaar inkomen, het kindertal en de gezondheidszorg verbeteren en van Rusland behalve een militaire ook een economische en demografische macht van betekenis maken. Er is nauwelijks iemand die gelooft in de haalbaarheid van deze plannen.

Poetins futloosheid kwam pijnlijk naar voren in de editie-2019 van Prjamaja linija (Directe lijn), een jaarlijks tv-spektakel waarbij de bevolking direct vragen kan stellen aan haar leider. De eerste vraag was van een brandweercommandant die zei per maand zestienduizend roebel (218 euro) te verdienen. Wanneer ging zijn gevaarlijke beroep beter betalen? Mompelend zei de president dat er laatst een beslissing was genomen over het loon van brandweerlieden, waarvan de precieze inhoud hem niet voor de geest stond. De ‘directe lijn’ was in Poetins beginjaren een mediaspektakel dat voor nieuws zorgde – nu ging het zo nog uren slaapverwekkend door.

Dat er iets broeit onder de bevolking van de Russische Federatie dat niet spoort met de zelfgenoegzaamheid aan de top is al langer duidelijk. De oorsprong van de huidige ‘golf’ ligt in maart 2017 toen, voor het regime volkomen onverwacht, in 96 Russische steden tienduizenden jongeren, voornamelijk middelbare scholieren, de straat op gingen om tegen de corruptie en zelfverrijking van premier Medvedev te demonstreren, waarover Navalny een pakkend filmpje op YouTube had gezet. Sindsdien waren er regelmatig spontane acties – zoals de handtekeningencampagne tegen de buitengewoon impopulaire verhoging van de pensioenleeftijd. In Jekaterinenburg verzette de bevolking zich dit jaar met succes tegen het plan van het stadsbestuur om een park in het centrum door een bevriende aannemer te laten volbouwen met een orthodoxe kerk annex winkelcentrum en hotel. In het stadje Sjijes, twaalfhonderd kilometer ten noorden van Moskou, voert de bevolking al weken lang ongestraft actie tegen de aanleg van een gigantische vuilnisbelt voor de hoofdstad, en eist op YouTube zelfs het aftreden van Poetin.

Poetin zou in 2021 tot ‘president voor het leven’ uitgeroepen kunnen worden

Deze sfeer van tegenspraak bereikte de afgelopen maanden ook de straten van Moskou, waar journalisten, ook die welke dicht bij het regime staan, zich met succes hebben ingezet voor de vrijlating van hun collega Ivan Goloenov, die een onthullend verhaal had geschreven over corruptie en politieke manipulatie rond de Russische begrafenisbusiness. Goloenov zat vast omdat de politie drugs bij hem had aangetroffen, maar iedereen weet dat de politie vaak zelf drugs neerlegt als het eigenlijk om iets anders gaat. En toen kwam dus de kwestie van de Moskouse gemeenteraad.

Sinds vorige maand voert een aantal oppositioneel gezinde Moskovieten campagne om hun naam op de kandidatenlijst te krijgen. De zittende elite onder burgemeester Sergej Sobjanin heeft echter geen belangstelling voor de komst van pottenkijkers. Sommige van de onafhankelijke kandidaten hebben banden met de corruptie-onderzoeker Navalny en er gaat in Moskou veel geld om. De gekozen tactiek om de indringers te weren leek de charme van de eenvoud te hebben. Een kandidaat moet de handtekeningen van maar liefst drie procent van alle stemmers in zijn district verzamelen – gemiddeld vijfduizend. De kiescommissie zei gewoon dat zij op de lijsten veel vervalste handtekeningen had aangetroffen – kandidatuur afgewezen. Maar de afgewezenen trokken luidkeels aan de bel. Als dit zo kan, is hun argument, is de kans op eerlijke verkiezingen voor altijd verkeken. Dan wordt Rusland definitief een schijndemocratie – ook bij de verkiezingen voor de staatsdoema (het parlement) in 2021 en aan het eind van de presidentiële ambtsperiode in 2024.

De acties van nu verschillen van de grootscheepse demonstraties in 2011 en 2012, toen een oudere generatie Russen, vooral in Moskou en andere grote steden, de straat op ging om te protesteren tegen Poetins manipulaties rond de presidentsverkiezing van toen. Bij die acties ging het nog vaak om mensen die de Sovjet-Unie hadden meegemaakt of in de jaren negentig ervaring hadden opgedaan met fenomenen als democratie en oppositie. Zeven jaar later is er van die oppositie eigenlijk nauwelijks iets over. Vooral de moord op oppositie-politicus Boris Nemtsov, in 2015 vlak naast het Kremlin, heeft een sterk ontmoedigende werking gehad: er bleken duidelijk grenzen te bestaan aan kritiek.

De veel informelere volksoplopen van nu kennen niet echt leiders of aanvoerders, al ging het initiatief in Moskou uit van de afgewezen kandidaten voor de gemeenteraad, van wie de meesten nu in administratief arrest zitten. Evenmin lopen de demonstranten ordelijk van punt A naar punt B, zoals vroeger. Ze opereren eerder als ‘flashmobs’ die overal kunnen opduiken in het uitgestrekte centrum van de stad. Na een aarzeling van enkele weken, waarin kleine bijeenkomsten op een plein getolereerd werden, heeft het regime nu besloten er met gestrekt been in te gaan. Drie dagen na de demonstratie van 27 juli werd deze alsnog tot ‘massieve ongeregeldheden’ bestempeld en werd vastgesteld dat de oproerkraaiers gewapend waren geweest. Die fictie opent de weg voor toepassing van de draconische wetsbepalingen waarmee in 2012 de protesten in Moskou werden gesmoord in veroordelingen tot vele jaren kamp.

De strafwet is geenszins het enige wapen van het regime. De duizenden tegen wie proces-verbaal is opgemaakt, en die meestal in de nacht weer worden vrijgelaten, krijgen dezer dagen bezoek van de deurwaarder, als ze bijvoorbeeld een creditcardschuld hebben. Ook wordt gecontroleerd of ze de dienstplicht hebben ontdoken. Bij weerspannige organisaties als de onderzoeksgroep van Navalny of Dozjd-tv, dat rechtstreeks verslag doet van acties op straat, komt de belastingdienst over de vloer of worden bankrekeningen bevroren. Een Moskous echtpaar dreigt uit de ouderlijke macht te worden ontzegd na de bizarre beschuldiging dat ze hun kleuter hebben uitgeleend om op 27 juli als ‘menselijk schild’ tegen de politie dienst te doen.

Inmiddels fulmineert de staatstelevisie op allerlei manieren tegen de demonstranten. Er wordt beweerd dat zij dreigementen zouden hebben geuit tegen de kinderen van leden van de twee oproerpolities die worden gebruikt om hen op te jagen en in te rekenen, de Omon (een soort ME) en de Rosgvardija, een in de afgelopen jaren geformeerd binnenlands leger. Het enige bewijs voor die bedreiging is tot nu toe een open brief van de agenten zelf. Als bewijs voor de sturing vanuit het buitenland dient onder andere een pagina op de site van de Amerikaanse ambassade in Moskou, waarop met een handig kaartje was verteld welke straten Amerikaanse staatsburgers op 3 augustus beter konden mijden.

De middelen van het regime contrasteren sterk met het zelfbewuste, vaak vrolijke en ironische optreden van de nieuwe generatie actievoerders, die blijmoedig blijven wandelen voor eerlijke gemeenteraadsverkiezingen. Zij lijken een beetje te spotten met de als marsmannetjes ogende agenten met kogelvrije vesten en helmen tegenover hen. Of een betoging wel of niet een vergunning heeft, lijkt hun steeds minder te kunnen schelen. Met de wapenstok worden door de ordetroepen af en toe rake klappen uitgedeeld, vooral wanneer een demonstrant zich verzet tegen aanhouding. Het regime lijkt echter een dramatische escalatie op straat te willen vermijden – traangas, waterwerpers en rubber kogels zijn nog niet ingezet, laat staan scherpe munitie.

Maar dat maakt de situatie nog niet minder gevaarlijk, denken sommige oudere oppositionelen. De historicus Sergej Medvedev, ooit perssecretaris van president Jeltsin in de jaren negentig, vergelijkt de huidige toestand met het jaar 1937, toen Stalin willekeurige contingenten bevolking liet oppakken om de samenleving tot onderwerping te dwingen. De schrijver Viktor Jerofejev neemt zelfs het woord ‘burgeroorlog’ in de mond.

De politicoloog Kirill Rogov houdt er rekening mee dat de huidige repressie geen improvisatie is, maar een gerichte operatie om te verhinderen dat de Russische samenleving nog een vuist zal kunnen maken in 2024, als Poetins positie opnieuw moet worden gedefinieerd. Er zijn ook binnen de zittende elite aanwijzingen voor toenemende spanning – zoals een drastische toename van schijnstrafprocessen die voortkomen uit onderlinge concurrentie. De messen worden geslepen: wie goede contacten heeft binnen het geweldsapparaat, probeert zijn concurrent bij de verdeling van de koek in het gevang te krijgen. Het lijkt Rogov denkbaar dat zal worden geprobeerd om Poetin door een gelijkgeschakelde Doema in 2021 tot ‘president voor het leven’ te laten uitroepen. Daarbij heeft het regime geen zelfbewuste, tot demonstreren geneigde bevolking van node.

De actievoerders van nu laten zich door zulke sinistere vooruitzichten niet tegenhouden. Zo zijn de studenten van de Hogeschool voor Economie in Moskou in actie gekomen voor hun medestudent Jegor Zjoekov, die is gearresteerd nadat hij op zijn YouTube-blog had betoogd dat jongeren van de overheid niets te verwachten hebben en alleen op zichzelf kunnen vertrouwen. Deze elite-studenten weten maar al te goed wat hun voorland dreigt te worden: een leven op de knieën in een autoritair geleide, steeds corruptere economie, of emigreren naar het buitenland en daar een carrière beginnen. Ze zijn weliswaar jong, maar honderd jaar hebben ook zij niet.