
Een goede tien jaar heeft Kees de Goede het schilderij Pulse onder handen gehad. Dat merkte ik laatst pas toen ik in een catalogus moest opzoeken hoe groot het was. Zoals het aan de muur hangt is het flink manshoog, wat hoger dan breed maar het is vooral het volume dat opvalt. Normaal noemen we die maat, in dit geval 44 centimeter, de diepte van de vorm, maar het is beter te zeggen dat Pulse echt een dik schilderij is. De oppervlakte van dat gezwollen volume is onregelmatig in zijn beweging. Dat komt doordat het linnen strak gespannen is over een rechthoekig raamwerk van harde takken of staketsels van takken met rondom nog uitsteeksels. Als je de rand volgt van Pulse kun je de punten van die takken tegen het strakke linnen zien steken. Maar uitsteeksels zitten ook elders nog onder het oppervlak. Toen is dat hobbelige linnen denk ik ook nog gegrondeerd waardoor het hele ding steviger kon worden. De plastiek van die vorm oogt solide. Nochtans ziet het volume er ook zichtbaar hol uit – en daarom hangt er ondanks zijn dikte ook een lichtheid omheen. Bij de meeste schilderijen die De Goede eerder maakte, met linnen rond een rand van takken gespannen, staken de takken ook door het linnen heen. Visueel zien die oudere schilderijen er hard en hoekig uit. Ze waren ook minder kleurrijk. De scherpe takkenpunten waren een bepalend deel van de strakke, donkere vormgeving. De lichtheid van Pulse is welhaast feestelijk. Ongewoon helder zijn ook de vormen van kleur die we daar vrij zien dwarrelen als losse bladeren. Dat komt doordat ze oplichten uit dat zacht verbogen zwart. Eigenlijk is fris het beste woord om die kleuren te omschrijven. Ook in hun bewegingen zijn ze vrolijk.

Intussen was de kunst van Kees de Goede nogal streng van uitdrukking, maar met Pulse veranderde dat. De vondst was het linnen zo strak en helemaal om dat binnenwerk van takken heen te trekken. De vreemde effecten van onregelmatigheid werden zo, als spanning van binnenuit, zichtbaar in de grillige oneffenheid van het oppervlak – dat een huid werd vol hobbels en bulten. Bij het schilderen daarop lag het eigenlijk voor de hand dat het verven mee ging bewegen met die verbuigingen in het oppervlak. De bobbels daar gaven de plekken aan waar de kleuren kwamen. Misschien groeiden ook de vreemde vormen uit het contact van de kwast met die bobbels. In ieder geval zie je hoe behoedzaam tastend de kwast de oneffenheden in het oppervlak voelde.
Op net zo behoedzame wijze is, denk ik, het schilderij ook zwart geworden. Dat is geleidelijk gegaan. Uit het schilderen op dit soort hachelijk oppervlak kwamen die kleurvormen als vanzelf te voorschijn. Hun kleuren waren zulk helder geel en rood en groen en oranje omdat de schilder dat zomaar zo wilde. Ik heb die vormen altijd als snoepjes gezien omdat ze ook de kleuren hebben van snoepgoed. Natuurlijk zijn het geen snoepjes. Je hebt echter een woord nodig om hun soort aan te duiden. In het echt echter lijken ze op niets, niet op een woord tenminste. Eigenlijk zijn ze bedoeld om alleen maar op hun kleur te lijken. Toen de schilder zag hoe die kleuren, in die vorm, zelfs gingen flonkeren, kwam het zwart als fond erbij. Toen gingen kleuren en zwart hand in hand. De kleuren straalden als lampions in het zwart dat als de nacht zo lumineus werd.
In het ronde schilderij hier afgebeeld (zonder titel, zo’n tien jaar na Pulse gemaakt) is het met de toespitsing van de kleur nog verder gegaan. Ook hier zien we hoe de opzet van het beeld voortvloeit uit de dynamiek van het ronde oppervlak. Het is een vormgeving van segmenten die zich stervormig uitspreiden vanuit het midden van de cirkel naar zijn omtrek. Of omgekeerd gezien, van de rand naar binnen, ogen de smaller wordende segmenten puntig en scherp als naalden van glas. Ook in deze constellatie heeft de kunstenaar, om de helderheid van de kleuren te verhevigen, als contrast zwart gebruikt. Maar tussen de afwisseling van de kleuren en de tonen zwart blijft er een wazige vorm over van helder wit die zich openvouwt als een bloem van puur wit licht. Alles wordt nog lichter. In Pulse zit ook schemering. Daarentegen: als je tegen kristal tikt, krijg je een helder klaterend geluid. Net zo helder klinken de kleuren in dat ronde puntige schilderij.
PS Een ruime selectie van werk van Kees de Goede is nog tot eind januari te zien in Museum De Pont in Tilburg
Beeld: Kees de Goede, (1) Pulse (136), 1987-98. Olieverf op linnen 176 x 158 x 44 cm. Foto Peter Cox / Bruikleen Stedelijk Museum Schiedam; (2) Zonder titel (links), 2008. Acryl op linnen, 200 cm doorsnee. Foto Peter Cox / Collectie Stedelijk Museum Amsterdam.