Het was een van de iconische foto’s van de hedonistische jaren negentig. Een jonge vrouw in een opengeslagen Afghaanse bontjas, met daaronder een goddelijk lichaam dat slechts was bedekt door een witte bikini, een wit topje en slangenleren laarzen. En niet te vergeten: een snorkel in haar mond met een bijbehorende duikbril op haar haar. De dame in kwestie: Tara Palmer-Tomkinson, aristocrate, feestbeest en de eerste moderne celebrity, iemand die bekendstond om haar bekendheid. Met haar jonge dood, gevolg van een ziekte, is weer een stukje van het feestelijke fin de siècle gestorven, een tijd waarin alles nog beter leek te worden.

Er ging indertijd in Londen geen gala, feest of première voorbij zonder de aanwezigheid van een stralende tpt, zoals ze simpelweg werd genoemd. Clubs als Tramp, Annabel’s en Hanover Grand waren tweede huizen voor de lange celeb in Chanel. Als koningin van de beau monde riep Tatler, de glossy voor de gegoede burgerij, haar uit tot ‘It Girl’, de opvolger van de Sloane Ranger uit de jaren tachtig, de dames van goede komaf voor wie de omgeving van Sloane Square een romantisch jachtgebied was. Haar opkomst viel samen met de plotselinge dood van de super-Sloane Ranger Diana, na het fatale ongeval van de prinses in 1997.

Palmer-Tomkinson was een goede bekende van Lady Di. Haar vader Charles, landeigenaar en voormalig Olympisch skiër, had de jonge prins Charles ooit leren skiën. Elk jaar gingen de Palmer-Tomkinsons met deze tak van de koninklijke familie op vakantie in het Zwitserse Klosters. In 1988 vond daar een ernstig ongeluk plaats waarbij een bediende van Charles het leven liet. Het was de eerste keer dat deze oude aristocratische familie prominent in de media kwam. Tara’s vader was een typische vertegenwoordiger van het oude geld, een stoffige heer die een gat in een trui liefst met een lap camoufleerde in plaats van een nieuwe te kopen.

Net als haar oude zus Santa, die schrijfster zou worden, werd Tara op haar zevende naar een kostschool gestuurd en zou ze haar puberjaren doorbrengen op de Sherborne School for Girls. Tara was een leergierige en populaire scholiere die twee dromen had: concertpianiste worden of de Grand National winnen, Engelands belangrijkste paardenrace. In plaats daarvan werd ze, na kort te hebben gewerkt bij de Rothschild-bank, een socialite, een onbezoldigde betrekking uit de Angelsaksische wereld waar geen exact Nederlands equivalent voor bestaat.

Het ergerde haar als ze een leeghoofd werd genoemd

Een socialite is een persoon – doorgaans met een bevoorrechte, rijke of aristocratische achtergrond – die een wijde reputatie geniet en een aanzienlijke positie bekleedt binnen de elite. Een socialite brengt een aanzienlijk deel van haar of zijn tijd door met het bijwonen van modieuze sociale bijeenkomsten. In Engeland zijn de dandy Beau Brummell, de markiezin van Londonderry en Diana Cooper, dé schoonheid van de jaren dertig, goede voorbeelden. In de Verenigde Staten is F. Scott Fitzgeralds beroemde personage Jay Gatsby een prototype. Kranten en tijdschriften met roddelpagina’s vormen een noodzakelijke voedingsbodem.

Een van de absolute vereisten is het kunnen voeren van een goede conversatie, iets waar ook Palmer-Tomkinson in uitblonk, of het nu was met haar peetvader prins Charles, supermodel Kate Moss of de loodgieter die in haar flat in South Kensington een lek repareerde. Er zijn diverse geestige opmerkingen aan haar toegeschreven. ‘Which beach’, zou ze hebben gezegd toen ze zich in een gesprek mengde over de Life Guards, een regiment binnen het hof. ‘Wanneer is dat feest?’ zou een vraag zijn geweest toen ze werd voorgesteld aan de miljardair James Goldsmith, oprichter van de eurosceptische Referendum Party.

Zulke anekdotes suggereren dat Palmer-Tomkinson een voorloper was van een socialite als Paris Hilton. Het ergerde haar echter wanneer ze werd afgeschilderd als een leeghoofd. De socialite Palmer-Tomkinson was iemand die een pianoconcert gaf in de Queen Elizabeth Hall, die Shakespeare’s Hamlet en Twelfth Night kon dromen en columns scheef (of dicteerde) in The Spectator. Tevens heeft ze drie boeken op haar naam. De roman Infidelity – anders dan Inheritance niet autobiografisch – is opgedragen aan haar vader, ‘die me heeft geleerd dat alles in het leven draait om fatsoen en beschaving. Ik ben nog steeds lerende.’

Dat leerproces werd danig bemoeilijkt door overmatig gebruik van drank en cocaïne, dat voor haar vooral een middel was om vertrouwen te krijgen in gezelschap van anderen. Over de verslaving en de genezing in een Amerikaanse kliniek sprak ze in 2002 openlijk tijdens I’m a Celebrity… Get Me Out of Here!, een soort Big Brother-serie in de tropen waar ze op de tweede plek eindigde, achter Tony Blackburn, de diskjockey in wiens show ze later zou optreden. Na het feesttijdperk – en plastische chirurgie aan haar geïmplodeerde neus – was voor Palmer-Tomkinson het radio- en televisietijdperk begonnen.

Ze presenteerde Animals Do the Funniest Things, Top of the Pops en Dumb Britain. Ook maakte ze een programma waarin ze mensen in het zonnetje zette die haar hadden geholpen, zoals een politieman die haar gestolen auto had opgespoord, een smid die haar had geholpen toen ze zichzelf buitengesloten had en middenstanders nabij het ouderlijke landhuis. De faam als It Girl, de dame die piano kon spelen en erop kon dansen, zou ze niet meer bereiken en ze leidde een steeds eenzamer bestaan. Nooit zou ze een duurzame relatie krijgen, te meer omdat ze er nooit in leek te slagen haar rol als bekendheid, niet zelden beneveld, achter zich te laten. ‘Tara was nooit saai, ook niet wanneer ze nuchter was’, zei vriend Ivan Massow na haar dood, ‘helaas realiseerde ze zich dat niet.’