Op 4 mei las Jessica Durlacher in de Nieuwe Kerk een verhaal waarin het schrijfbureau van haar vader, dat zij erfde, een verrassende rol speelt. Ze erfde meer: de oorlog, die ze kent «van horen zwijgen»; en Durlachers opvatting dat over de shoah geen fictie mag worden gemaakt. Hij gruwde van en meed Sophie’s Choice en Schindlers List. Die eerste film stinkt.
Spielbergs film zag ik bij RTL5, op diezelfde meiavond, en ik voelde me ongemakkelijk. Door de verbeelde verschrikking, maar ook vanwege dezelfde huiver die Durlacher, met zoveel meer recht van spreken, tot een «verbod» bracht. Bizar was dat ik voor mijn overtreding van zijn «wet» zojuist absolutie had ontvangen van zijn dochter. Zij was tot de overtuiging gekomen dat «het mag» sterker, dat in de toekomst artistieke verbeelding bij uitstek het instrument zal zijn om ons te (helpen) verhouden tot dat gruwelijk verleden. Dat haar fiat niet echt hielp, komt wellicht ook doordat film en televisie een ander soort impact hebben dan literatuur. Misschien is weerzin tegen (letterlijke) verbeelding van de shoah (het ergste) wel verre familie van het verbod in joods geloof en islam om God (het hoogste) af te beelden.
De documentaire Een zoon zoekt zijn vader bracht me hierop. Daarin werd een gebeurtenis uit Maut hausen verteld die je prompt denkt gezien te hebben. Een beeld dat, door filmmaker of zelfs schrijver bedacht, zowel een essentie van het nazisme zou overdragen als verwerpelijke fictie zou zijn: verzonnen gruwelen geven geen pas tegenover de werkelijke. Toch dacht ik meteen aan film- of romanscène, terwijl het juist wáár gebeurd is. En ik besefte ook dat zelfs die waar gebeurde scène niet in fictie gebruikt zou mogen worden. Sterker, de documentaire ging over Alfons Katan die kamp foto’s van zijn vermoorde vader, voor en na diens dood gemaakt, uit de permanente Mauthausen-tentoonstelling wist te laten verwijderen. Zijn vader was zwaar invalide, deels onvolgroeid, te zwak voor leraarschap, levend van huiswerkbegeleiding.
Een overlevende van het kamp vertelde hoe een Hamburgse reus, crimineel, Katan op zijn arm nam, waarbij de kampcommandant aan toeschouwers college over rassentheorie en joodse degeneratie gaf. Kort daarna werd Katan met een hart injectie vermoord ten dienste van de «wetenschappelijke» belangstelling van de SS-kamparts. Alfons is nu op zoek naar zijn vaders skelet dat op een (inmiddels dus) verwijderde foto is te zien. Hedda van Gennep maakte een aangrijpend document, equivalent van de piëteit en het respect die de zoon postuum opeist voor de vader. Het is weer mei. Voor sommigen blijft het dat altijd.