
Muziektips van Leon Verdonschot
Transformatie
Dat geweldige album van Against Me! over de transformatie van zanger Tom Gabel naar zangeres Laura Jane Grace, Transgender Dysphoria Blues, heeft nu ook een clip opgeleverd waarin die overgang wordt verbeeld:
Geweld
In een genre dat bij uitstek de meest uitgesproken reacties oogst, symfonische rock, zijn ze ook nog eens de band die excelleert in exact wat haters van het genre zo tegenstaat: de muzikale krachtpatserij. Tegelijk is het technisch niveau van de leden van Dream Theater ontegenzeggelijk zeer indrukwekkend. En schrijven ze op hun laatste twee albums, hun imago ten spijt, wel degelijk liedjes. Alleen duren die soms 22 minuten en 16 seconden.
Dream Theater, 17 februari, Heineken Music Hall
Wave
Alles van Gary Newman, ook zijn nieuwe werk, klinkt naar het meest beschimpte decennium in de popmuziek: de jaren tachtig. Tegelijk is Numan als weinig anderen juist het bewijs dat de eighties zoveel meer hebben voortgebracht dan Stock, Aitken en Waterman.
Gary Numan, 14 februari, Melkweg
Zweten
Niemand bracht twee jaar geleden de grootste tent van Lowlands zo in vervoering als die ene man op dat enorme podium achter alleen zijn laptop: Skrillex. En nu komt hij naar de Bitterzoet. Een kwartier hooguit, dan zal het zweet tegen de plinten klotsen.
Skrillex, 19 februari, Bitterzoet
Trespassing Bergman
‘Angst is een culturele motor. Als we allemaal gelukkig waren zouden we geen kunst nodig hebben’, zegt Michael Haneke breed lachend. Alleen al om die man en zijn uitspraken zou de documentaire waarin hij optreedt aan te bevelen zijn. Terwijl dat toch alleen nog maar bijvangst is in een filmwaarin meer dan twintig filmmakers, van Wes Anderson tot Zhang Yimou, van Francis Ford Coppola tot Alejandro González Iñárittu hun visie op Ingmar Bergman en diens oeuvre geven. Trespassing Bergman heet de film, bij ons vertaald als Op bezoek bij Bergman. Wat letterlijk klopt omdat de meeste regisseurs gefilmd zijn bij hun bezoek aan Bergmans, bij leven onneembare, veste op het Oostzee-eiland Fårö; maar wat geen recht doet aan de huiver die bijna allen overvalt bij het betreden van wat ze als heiligdom zien. Claire Denis wordt er letterlijk onwel. Het zevende zegel (1956) is de film die ik het vaakst zag, niet alleen van Bergman maar überhaupt. Zij het in korte tijd rond mijn twintigste. Op feestjes imiteerden we in namaak-Zweeds ridder Max von Sydow: ‘Ik speel schaak met de Dood.’ Lachend, maar idolaat. Die film blijkt ook voor veel groten een onvergetelijke, soms beslissende ervaring. Zelfs voor John Landis, die de film nu ‘een grap, een cliché’ noemt en het radicale, schokkende, vernieuwende niet na te voelen voor moderne kijkers. Natuurlijk is er Woody Allen, zo schatplichtig aan zijn idool in Interiors. En Ang Lee, voor wie De Maagdenbron zelfs keerpunt in het leven was. Voor tegengeluid zorgt Lars von Trier. Die zo goed is ons erop te wijzen dat ook de meester poepte, kotste en masturbeerde. En woedend is over Fanny en Alexander waarin kijkers niet als intelligente wezens maar als idioten benaderd worden. Maar blijf kijken en stel vast dat zijn ‘fuck Bergman’ meer gekwetste liefde en bewondering dan weerzin bevat. (Walter van der Kooi)
Jane Magnusson, Hynek Pallas, Trespassing Bergman, Het uur van de wolf (genoemd naar Bergmans film uit 1968!), NTR, Nederland 2, 13 februari, 23.00 uur.
I, Frankenstein & Only Lovers Left Alive
Hoe verleidelijk: een film getiteld I, Frankenstein, ook al valt er weinig flatteus over te lezen, zoals in vakblad Variety: ‘Utterly witless, listless, sparkless and senseless.’ Waarop valt te riposteren: ja, maar het is Frankenstein-film! Mary Shelley’s verhaal, een oertekst in de literatuur én het eerste voorbeeld van sciencefiction, vangt iets kernachtigs in het menselijk bestaan: het tot leven wekken van datgene wat dood is, het lichaam als samenraapsel van delen (het postmodernisme), het monster dat meer mens is dan de mensen zelf. De Romantiek, ook met hoofdletter R, rond het ontstaan van de roman, met naast Mary ook Lord Byron, Percy Shelley en John Polidori aanwezig in Villa Diodati om elkaar bang te maken met fantastische verhalen over het occulte. En in de jaren daarna, de filmversies: van Boris Karloff en Christopher Lee tot Robert de Niro als het Monster. Over I, Frankenstein heb ik geen verdere informatie (ik vrees het ergste), behalve dat ik snel naar de bioscoop ga voor deze film. Het is en blijft een Frankenstein-film… Nu te zien.
De nieuwe Jim Jarmusch Only Lovers Left Alive draait vanaf deze week. Ook zo’n film waarvoor je eigenlijk blind naar de bioscoop gaat. De laatste jaren lijkt Jarmusch steeds vreemdere verhalen te vertellen, zoals zijn vorige, The Limits of Control (2009), waarin een eenzame sluipmoordenaar ergens in Spanje wacht om een opdracht uit te voeren. Het werk verdeelde de critici. The Wall Street Journal _:_ ‘Het dadaïstisch meanderen van Jarmusch is leeg en pijnlijk – en dat is eigenlijk het enige wat erover te zeggen valt.’ Hier tegenover staat The Village Voice_ :_ ‘Een “abstracte thriller”, zijn beste sinds Dead Man (1995).’ Only Lovers Left Alive gaat over twee vampiers gespeeld door Tilda Swinton en Tom Hiddleston die al eeuwenlang verliefd zijn op elkaar. Wat ook speelt: desillusie over de moderne maatschappij. Maar Swinton, met dat vreemde, witte gezicht en die hoge jukbeenderen, als een vampier Jarmusch-stijl, is eigenlijk reden genoeg om dit werk te gaan zien. (Gawie Keyser)
Art Rotterdam Week
De (het moet maar weer eens gezegd) belangrijkste beurs voor hedendaagse kunst van het land vindt plaats in Rotterdam, t/m 9 januari. Art Rotterdam is dit jaar gevestigd in de Van Nellefabriek, met hopelijk wat meer ruimte dan in Las Palmas, dat de galeriehouders en de bezoekers wat weinig vierkante meters bood. Alle selecties zijn in de fabriek te zien, ‘Main’, ‘New Art’ en ‘Projections’. Dat laatste onderdeel bestaat uit een verduisterde ruimte van negenhonderd vierkante meter met grote projectieschermen voor video of film, van negentien internationale galeries. Vorig jaar was dat een zeer welkome aanvulling op het gebodene (filmmakers zitten immers altijd een beetje in het verdomhoekje – slechte projectie, te weinig tijd om iets helemaal uit te zitten, et cetera). ‘New Art’ bestaat uit 25 galeries met wat jongere kunst – 21 ervan zijn uit het buitenland. Het moge duidelijk zijn dat de galeriesector hard door de economische wervelstormen is getroffen, en dus is het zeer te hopen dat Art Rotterdam uit de kosten komt.
Een aardig onderdeel van de manifestatie is de RAW Art Fair in de Cruise Terminal, waar de kunst niet in nette boxjes, maar in een allesdoorelkaartje wordt getoond. Vlakbij, in het nieuwe gebouw De Rotterdam van Rem Koolhaas aan de Wilhelminakade zit OBJECT, de beurs voor design. Ook leuk, maar meestal een tikje commerciëler. Er is een lijst met losse of gerelateerde evenementen, zoals ‘Wo meine Sonne scheint’ op diverse locaties in Katendrecht; in Museum Boijmans opent een tentoonstelling met werk van Brancusi, Man Ray en Rosso.
De tentoonstelling van Marcel Wanders in het Stedelijk Amsterdam wordt algemeen met afschuw begroet (‘Miljonairsfair’) en zal ongetwijfeld een groot succes worden – ergo, een interessante casus voor discussie. Ik wijs vast op een tentoonstelling van twee jongere Italiaanse ontwerpers, oud-studenten van Design Academy Eindhoven, die als ‘Formafantasma’ aan de weg timmeren. Zij krijgen een overzicht (van vijf jaar werk!) in het Stedelijk Museum ’s-Hertogenbosch, ‘Prima Materia’. Ook zij hebben een hoge esthetische kwaliteit, maar in tegenstelling tot Wanders is hun werk gebaseerd op actuele kwesties, inzake materiaal, duurzaamheid, politiek, et cetera. (Koen Kleijn)
Beeld: Rob Voerman ‘Belief’ 2014. C-print, 105 x 155 cm / 39 x 61 inch, edition of 5 + 1 AP/Upstream Gallery/Art Rotterdam