Film – Gawie Keyser

Dorsvloer vol confetti: hype of niet? – nu in de bioscoop

God en de duivel betreden de bioscoopzalen deze week samen, eerst met Dorsvloer vol confetti van Tallulah H. Schwab, de verfilming van Franca Treurs debuutroman, en daarna met iets totaal anders, Deliver Us from Evil van Scott Derrickson, een bijzonder aardige mix van horror en police procedural gesitueerd in New York.

De afgelopen dagen was op sociale media te lezen dat Dorsvloer vol confetti opvallend goede recensies krijgt. Of er sprake is van een hype moet nog blijken. In ieder geval looft men vooral de knappe hantering van het centrale conflict in het verhaal, tussen hoofdpersoon Katelijne, een twaalfjarig meisje dat vol verbeelding zit, en de streng gelovige gemeenschap waarin ze opgroeit.

Dorsvloer vol confetti is vanaf deze week in het hele land te zien. Lees volgende week, wanneer de film ook op het Nederlands Film Festival te Utrecht zal draaien, een volledige recensie in De Groene Amsterdammer.

In Deliver Us from Evil zijn katholieken de klos –het is een verhaal over exorcisme –maar ik vermoed dat gereformeerden evenzeer een zwaar anderhalf uur in het donker zullen beleven.

De film is namelijk éng: vrijwel alle scènes spelen zich in duistere vertrekken af waarin slechts het flitsende schijnsel van zaklantaarns en dergelijke objecten iets belicht van het afschuwelijke waarmee de hoofdpersonages te maken krijgen. En ook nog blijkbaar gebaseerd op het waar gebeurde verhaal van een New Yorkse detective, Ralph Sarchie, gespeeld door Eric Bana, die moorden moet oplossen gepleegd door een groep mannen die tijdens de oorlog in Irak in aanraking kwam met het bovennatuurlijke.

Schuld en boete en de belofte van verlossing vormen de kern van het verhaal. Tijdens het onderzoek naar de moorden komt agent Sarchie oog in oog te staan met zijn eigen falen als vader en echtgenoot, en met een incident uit zijn verleden.

Vooral de vermenging van horror en politieverhaal maakt de film tot een aangename verrassing. De vraag waarom mensen monstrueuze misdaden plegen, komt aan de orde, en wordt wel snel beantwoord: door de aanwezigheid van het ‘primaire kwaad’, natuurlijk. Eigenlijk is het een diep religieuze film, en toch werkt het allemaal uitstekend. Want wie in het ultieme goede gelooft, moet ook aannemen dat zo’n soort kwaad wel echt bestaat.

‘Fijn’is verder dat de regisseur geluidseffecten effectief gebruikt om angst door suggestie op te wekken. Eng, dus, dit Deliver Us from Evil, een film die je bekijkt terwijl constant in je achterhoofd de oervorm van dit genre, William Friedkins The Exorcist, wordt geprojecteerd. En dat is ook wel de bedoeling. Want het ‘primaire kwaad’. Haast alsof dezelfde duivel in al deze verhalen aanwezig is, springend van film naar film.

Toneel - Loek Zonneveld

Het Zuidelijk Toneel speelt ‘Waterdragers’ over ambtenaren – op tournee tot en met eind oktober

De schrijver Marcel Osterop is drie maanden tussen ambtenaren in de kantoortuinen van het Eindhovense gemeentehuis gaan ‘wonen’. Al snel merkt hij dat de mensen daar dichtslaan als hij zijn opschrijfboekje al te opzichtig open doet. Aldus opmerkzaam gemaakt op één van de anti-dramatische sleutelregels uit een ambtenarenbestaan – ‘Je hebt het niet van mij!’ – begint Osterop vooral goed te kijken en te luisteren en zijn oren & ogen te verbinden met de harde schijf van zijn geheugen. Op basis van het aldus verzamelde materiaal verzint hij een typisch ambtelijk maar ook zeer menselijk conflict: drie mensen bewonen een oud huis waarvan het dak lekt, de keuken uit de tijd is en de motieven waarom juist déze drie mensen dit huis bewonen troebel zijn geworden. De zaak sleept te lang, dus is er een vierde persoon bij geroepen, die vol bemiddelende vondsten zit – het type mediator die zijn trouvailles kracht bij zet met tics uit het repertoire van een tolk voor doven & slechthorenden.

Natuurlijk staat dat oude huis voor de stad en natuurlijk staat de afwezige eigenaar (tevens vader van een der bewoners) voor de bevolking van die stad. Maar die metafoor dringt zich niet op. Je hóeft je niet continu bewust te zijn van de verwijzingen ernaar. De stad en het volk grommen als het ware onder de metafoor door, als een onzichtbare kietelkracht in de griezelig bewegelijke kermis-cake-walk die de ongemeubileerde speelvloer is. De bewoners vallen regelmatig uit hun rol om vervolgens meteen (met dank aan Pirandello & Brecht, maar dan opererend als komisch duo) aan de schrijver te vragen of ze in de afspiegeling van hun kafkaïaanse werkelijkheid niet een paar passen te veel buiten de lijntjes dansen. De schrijver verwijst ze dan steeds streng terug naar de fictie, die niet alleen zijn fictie is, maar ook die van het schaduwbestaan van de ambtenarij in haar geheel – alleen dat laatste zegt hij er in zijn interventies vanaf de publiekstribune voorzichtigheidshalve níet bij.

Het levert alles bij elkaar een spirituele en sprankelende toneelavond van ongeveer anderhalf uur op. De essentie van Osterops betoog, zo u wilt van de urgentie en de noodzaak van zijn toneelstuk Waterdragers , zit in de staart van de voorstelling. Die essentie is geen ambtelijke waarheid-als-een-koe, integendeel, het gaat om een door de wethouder uitgesproken waarschuwing tegen angst als Leitmotiv voor bestuurlijk handelen. Verder verklappen we er hier niks over. Ik vond het een sterke accolade-uitspraak, een tot nadenken stemmende apotheose van een fonkelend leerstuk over de hoogste van alle kunsten, de politiek als balanceer-act van het haalbare. Die in dit toneelstuk vooral wordt beschouwd als een vaardigheid waarmee wordt voorkomen dat wij uit haat en nijd elkaar permanent de hersens in gaan slaan. Teunke van der Sluijs regisseert een aanstekelijk spelend kwartet: Carola Alons als dochter/bewoner, Juul Vrijdag en Dennis Coenen als nuchter ruziënde, getergde bewoners en Michiel Nooter als geestig redderende bemiddelaar.

En met de schrijver zelf als het vijfde wiel aan de wagen.

‘Waterdragers’ door Het Zuidelijk Toneel is op tournee door het hele land t/m eind oktober. Inlichtingen en speellijsten: hzt.nl

Kunst – Koen Kleijn

Rothko in Den Haagvanaf deze week

Deze week opent Rothko in het Gemeentemuseum Den Haag, een veelbelovende tentoonstelling met interessante vragen. Rothko – geboren als Marcus Rothkowitz in wat nu Daugavpils is, heerlijke naam – wordt sinds enkele decennia met grote, bijna religieuze eerbied getoond. Benieuwd hoe het museum dat gaat doen; in foto’s van Rothko-tentoonstellingen in het verleden hing de schilder zelf zijn werken dicht op elkaar in kleine ruimtes. Henk van Os, die Rothko persoonlijk kende, geeft in een aardig interview in de catalogus een voorschot: ‘Hier vindt men dat er maar één Rothko mag hangen op een verder witte muur, en dat er stilte moet zijn – een kloostertje.’

Talenten in het Fotomuseum Rotterdamtot en met 2 november

In het Fotomuseum Rotterdam is een kleine presentatie van werk van jonge talenten, genomineerd voor het stipendium van de Stichting Steenbergen. De genomineerden zijn Ad van der Kog, Olya Oleinic, Carilijne Pieters, Jannemarein Renout en Lisa-Marie Vlietstra. Zeer gevarieerd werk; Renout maakte beelden met een scanner, wat eigenlijk ook een soort camera is; Lisa-Marie Vlietstra juist ingetogen portretterende documentaires op film – bijvoorbeeld van het huis van haar ouders, in Kijk eens naar mij. De ouders vonden er zo te zien maar weinig aan.

En verder…

In De Pont, Tilburg, opende al Robert Zandvliet, Stones & Sketches, tekeningen en schilderijen, vanaf 30 augustus, nog te weinig besproken, lijkt mij. Heel curieus is Rudolf Steiner – Alchemie van het alledaagse, Kunsthal Rotterdam, kunsthal.nl. Curieus, alleen al omdat Steiner een exponent is van die krankzinnige warboel van theologieën, filosofieën, wereldbeschouwingen die de eerste decennia van deze eeuw kleur gaven, en nog ver doorleven in de kunsten, de architectuur, het onderwijs en, houd je vast, politiek.

Aan de overkant van het park opent dit weekend ook Herman Hertzberger, een overzicht van zijn werk en van de stroming waarin hij wel gezet wordt, het structuralisme. Hertzberger leverde er naar verluidt veel eigen archiefmateriaal aan. Het Nieuwe Instituut (hetnieuweinstituut.nl).

Popmuziek – Leon Verdonschot

Ryan Adams - Paradiso, 23 september, 19:30 uur

Het is lang geleden dat Ryan Adams met een band naar Nederland kwam en in een club speelde. Zijn laatste shows waren in Carré, het Chassé Theater en het Concertgebouw. Maar zijn nieuwe, bejubelde album is steviger dan de voorgangers, dus het werd eens tijd voor elektrische gitaren. Zijn vorige optreden in Paradiso is legendarisch vanwege de kwaliteit en het abrupte einde: na een lange show liep Adams opeens midden in een nummer van het podium en dat bleek het einde. Allemaal best, als hij maar geen nummers speelt van het album dat hij tegelijk met zijn nieuwe meesterwerk uitbracht: 1984, een verzameling hard galmende garagerocknummers, waarvan er niet één indruk maakt. Eén voordeel, als hij dat toch doet: het langste nummer op dat album duurt 1’56’’.

Reservoir Dogs Band - 013 Tilburg, 20 september, 21:30 uur

Weinig filmmakers besteden zoveel aandacht aan hun soundtracks als Quentin Tarantino. Een groep Brabantse muzikanten heeft een band opgericht die alleen maar nummers speelt uit Tarantino-films. Van Stuck in the Middle of You van Stealers Wheel uit Reservoir Dogs tot de surfnummers van Dick Dale uit Pulp Fiction. Dit weekend krijgen ze hoog bezoek: George Baker zelf zal zijn Little Green Bag uitvoeren.

Stadsleven

Hoe lang heeft de auto nog een plek in de stad? Nieuwe technologische ontwikkelingen zoals Uber, apps waarmee je een auto kunt delen en zelfrijdende auto’s zorgen ervoor dat de relatie van de stad met de auto ingrijpend verandert. Stadsleven de maandelijkse live talkshow van Tracy Metz, onderzoekt maandag 29 september de toekomst van de auto in de stad tijdens Hello/Goodbye: de auto in de stad.

Gasten: Niek van Leeuwen (CEO Uber Nederland), Lucas Verweij (designcriticus), Tijs van den Boomen (journalist public space), Henk Nijmeijer (prof. Dynamics and Control TUE) en EYE.

Aanvang 20 uur, People’s Place, Stadhouderskade 5 (vlakbij het Leidseplein), Amsterdam. Kaarten 7,50 euro vooraf via peoplesplaceamsterdam.nl, aan de deur 10 euro.


Beeld Rothko: Mark Rothko (1903-1970), Untitled / Zonder titel, 1953, gemengde techniek op doek, 195 x 172,1 cm, National Gallery of Art, Washington – schenking The Mark Rothko Foundation, Inc. © 1998 Kate Rothko Prizel & Christopher Rothko /Artists Rights Society (ARS), New York c/o Pictoright Amsterdam 2014, Courtesy Gemeentemuseum Den Haag.