Verliefd op zichzelf
Serie: House of Cards
De vraag of macht en moraliteit samengaan overheerst in House of Cards, maar in het vierde seizoen van deze televisieserie delven de makers nóg dieper naar wat Frank en Claire Underwood (Kevin Spacey en Robin Wright) precies drijft in hun streven naar politieke dominantie van het Witte Huis.
In de eerste paar afleveringen lijkt de focus van hem naar haar te verschuiven, wat een vergelijking met de gooi van Hillary Clinton naar het presidentschap onvermijdelijk maakt. Dat roept interessante vragen op, in de eerste plaats of een vrouw in haar streven naar het behalen van het hoogste ambt in de Amerikaanse politiek eigenlijk anders te werk zal gaan dan een man. En in het verlengde hiervan: als Frank de verpersoonlijking van het kwaad is, stevent de serie af op het ‘rechtzetten’ hiervan, waarbij hij uiteindelijk rekenschap moet afleggen?
Het grote plezier aan House of Cards blijft de wijze waarop we worden uitgenodigd om te kijken in de ziel van een publieke functionaris die bereid is te moorden om aan de macht te komen en te blijven. Frank, een man die naar eigen zeggen puur poor white trash is, is in het midden van al weer een nieuwe voorverkiezing. Aan het begin van het nieuwe seizoen blijkt dat hij niet echt tegenstand heeft in zijn strijd om de Democratische nominatie – behalve misschien uitgerekend van the first lady. Maar wat Claire precies wil, blijft onduidelijk. Is ze uit op wraak na al die jaren waarin Frank haar ‘onderdrukte’, en krijg de serie zo een feministische toon? Of gaat het haar enkel om de macht, waarbij ze laat zien dat een vrouw even meedogenloos en machiavellistisch kan zijn als een man?
De vragen zijn even scherp als in de drie voorafgaande seizoenen. Sterker, het zijn juist de vragen die House of Cards verslavend briljant maken. Zo komt vroeg in het nieuwe seizoen het verleden van Claire in het spel. Om aan Frank te ontsnappen gaat ze bij haar moeder op bezoek, briljant gespeeld door de veteraan-actrice Ellen Burstyn. De relatie tussen moeder en dochter krijgt langzaam vorm. En welke rol de overleden vader en echtgenoot hierin speelde lijkt ook belangrijk, wat de relatie tussen Frank en Claire, die kapot lijkt, in een nieuw daglicht kan plaatsen. Immers, Claire is een Texaanse, en ze komt ook nog uit een familie met oud geld waarin de patriarch heer en meester was. Wás. Want de vader is dood, alleen de twee vrouwen blijven over in het enorme landhuis. Er is een vacuüm ontstaan, thuis en in het Witte Huis, en Claire is bereid haar kans te pakken.
Ten slotte, zo tegen de vijfde aflevering kwam bij mij de vraag op of Frank en Claire eigenlijk van elkaar houden. Dat klinkt vreemd – aan het einde van seizoen drie lijkt wederzijdse walging eerder dan liefde te overheersen – en toch is er iets meer aan de hand. In hun streven naar macht, waarbij moraliteit opzij wordt gezet, lijken Frank en Claire op elkaar. Ze herkennen zichzelf in elkaar. Dat lijkt te suggereren dat beiden eigenlijk in de kern verliefd zijn op zichzelf. Dit is narcisme ten top, ja, maar misschien nog altijd liefde.
Het vierde seizoen van House of Cards is nu te zien op Netflix.
GAWIE KEYSER
Hamlet als patiënt?
Toneel – De teloorgang van een ongekroonde idealist
In de tweede scène lijkt de ik-figuur, de patiënt (Pascal blijkt hij te heten, die zich overigens koppig ‘Hamlet’ noemt en die wordt gespeeld door de acteur Daan van Bendegem) in zijn langwerpige isoleercel onder stroom te staan, hij siddert in een doorlopend spasme. En dan is het heel even, een fractie van een seconde, of hij een onzichtbare contrabas bespeelt in een jazzy combo. Daarna weer, pats-boem-weg, en weer is daar dat enge spasme. Hier staat een behendig schakel-acteur, hij kan heel snel iets in zichzelf aan en weer uit zetten, zoals hij ook razendsnel (in de openingsscène) zijn personage en diens psychologe speelt. Pascal die zich Hamlet noemt en die door Daan wordt vormgegeven zit in een rechthoekige witte cel, die midden op de vloer staat van het eigen toneelhuis van Theater Utrecht, de voormalige manege aan de Veeartsenijstraat, die door de omwonende Utrechtenaren ooit De Paardenkathedraal is genoemd. Die witte cel van Pascal/Hamlet heeft spiegelglas. Hij ziet ons niet, wij zien hem wel. Hij speelt dat hij alles en iedereen doorziet. Vooral zijn psychologe, die er niet is, en toch ook wel: de magie van solotoneel.
De vraag of Hamlet gek is wordt door het personage zelf beantwoord in het stuk-der-stukken dat naar hem is genoemd: ‘Pas op, ik moet de gek gaan spelen.’ Maar ja, wie vertrouwt het woord van een gek? En bovendien: dat stuk zit boordevol driedubbele bodems. Net als deze monoloog trouwens, die De teloorgang van een ongekroonde idealist is gedoopt. Als Pascal/Hamlet aan de psycholoog vraagt om boeken om te lezen (‘woorden, woorden, woorden’) vreest hij boeketreeks-flodderromannetjes, maar hij wil Nietzsche, Kierkegaard, Sartre en Camus. De programmatekst legt uit: ‘Hamlet is een existentialist avant la lettre. Hij trekt alles in twijfel. Het is een denker die zichzelf aanspoort te handelen, maar daar in feite niet aan toekomt. Het feit dat aan het eind van Hamlet nagenoeg alle personages dood zijn, doet vermoeden dat Hamlet wél een doener is, maar hij doodt in feite alleen per ongeluk, of omdat de omstandigheden hem daartoe dwingen.’
Aldus de acteur die tevens verantwoordelijk is voor de tekst, waarin veel citaten uit Shakespeare’s kroonstuk zijn rondgestrooid. Maar de voorstelling wil geen gecomprimeerde Hamlet zijn, daarvoor zijn de situatie en de om de stukfragmenten heen geweven tekststructuur te complex en te zeer rond de fictieve zelfmoordenaar geconstrueerd. Intrigerend is het allemaal wel. En maar kort te zien.
Te zien in De Paardenkathedraal Utrecht, kaarten via theaterutrecht.nl van donderdag 10 maart t/m zaterdag 12 maart om 20.00 uur, zondag 13 maart matinee om 15.00 uur.
LOEK ZONNEVELD
Het begint met een sterretje
Televisie – Ninnoc
Ninnoc is een bijzonder meisje. Filmmaakster Niki Padidar maakte een portret van haar, deels via interview, deels via beelden als ze door gangen en trappenhuis van haar school loopt, aan de ringen zwaait in het gymlokaal, zingt en danst. Meest opvallende: ze is bijna altijd alleen. Gang en lokalen zijn leeg. Heel even zien we haar tussen andere kinderen, als ze in koor zingen, waarbij de anderen stilstaan, maar Ninnoc af en toe enthousiast beweegt. Misschien zit in dat niet-lege fragment wel de sleutel tot haar isolement. Ze doet en is anders dan de anderen. Ze is veel gepest op haar vorige school, probeerde in het kringetje meisjes te komen maar werd er langzaam uit geduwd. Ze merkten het niet eens als Ninnoc wegliep en vanuit de bosjes naar hen keek. Nog altijd lijkt ze alleen. Ik heb ze wel in de klas gehad op het lyceum. En ook op het hbo, waar de scherpste kanten van uitsluiting zijn afgesleten, heb je soms het gevoel dat een student(e) Ninnoc is. Afwijzing kan soms door uiterlijk en/of kleding ontstaan, maar Ninnoc is een mooi en goed gekleed meisje op de grens tussen kind en jongvolwassene. Hooguit is ze (vroeg)wijs, taalvaardig, beschouwend en daarmee licht afwijkend. Zou ik als leraar een troostende arm om haar heen geslagen hebben (wat leraren niet meer durven) en gezegd hebben dat ze niet de enige was, dan had ze woedend op mij, schijnheilige, gereageerd: natuurlijk zijn er over de hele wereld eenzame, uitgestoten kinderen, maar ze wil daar niet bij horen. Wat heeft ze aan zulke troost? Als in een autoruit een sterretje komt, kan dat tot een barst worden, zegt Ninnoc. Pesten veroorzaakt zo een sterretje. Uiteindelijk gaat de ruit stuk en kan niet meer gerepareerd.
Dat de korte documentaire Ninnoc meermalen bekroond is en als onderdeel van ‘Best of Idfa’ door het land toert, ligt zowel aan de indrukwekkende hoofdpersoon als aan de maakster die een prachtige vorm voor haar portret heeft gevonden. Een arthousefilm over een kind, voor kinderen van haar leeftijd en voor iedere volwassene.

Niki Padidar, Ninnoc, NTR ‘Echt gebeurd’, zondag 13 maart, Zapp, NPO 3, 19.30 uur.
WALTER VAN DER KOOI