
Als wij binnenkomen zitten de spelers aan een lange tafel op de binnenplaats van een woonkazerne. De lichten gloeien op, de violist fiedelt op het dak, de joodse melkboer Tevje vertelt en dan ontrolt zich de onverwoestbaar prachtige proloog: Traditie! Daar gaat het verhaal over. We zijn vertrokken. Fiddler on the Roof is begonnen. Voor mij ooit de eerste musical, met Lex Goudsmit, ‘opa Lex’ uit Sesamstraat. Hij heeft de rol in de jaren zestig nog een paar honderd keer in Londen vertolkt. Hij wás Tevje. Met die grootse comédienne Enny Mols-de Leeuwe aan zijn zijde. Ik heb nooit meer een andere versie op het toneel willen zien. De verfilming met Chaim Topol wel. Maar die was ernaast. Bij Fiddler moet je stro ruiken en zweet van dansers.
Nu is hij terug. Ja, ik weet het, de première was al in november. Maar ik kreeg toen geen woord op papier vanwege een rare rel. Iets met de regisseur die verbannen werd uit zijn eigen première. De najaarsstormen van #Metoo. Te nijdig om te schrijven las ik ter compensatie twee heerlijke boeken die in 2014 verschenen bij het halve-eeuwfeest van de musical. Over de thriller die het maken en repeteren in 1964 moeten zijn geweest. En over de oervader van het verhaal, Sholem Aleichem. Afgelopen week zag ik de spelersbus ergens in Amsterdam staan. Fiddler staat een paar weken in Groningen. Tevje reist naar aardbevingsland.
Dat is een sterke kant aan deze versie. Onderhuids voel je de historische aardschokken die nog komen moeten. Dit zijn de joden van de late negentiende eeuw, van vóór de mensenverbrandingen. Terwijl zij hun kleine strijd over tradities uitvechten, vluchten hun nazaten straks recht in de koude armen van het Oost-Europese noodlot. Maar enkele gelukkigen zullen die dans ontspringen.
Loodzwaar is de voorstelling nergens. De zwierige pingel waarmee Thomas Acda het bekendste lied uit de show If I Were a Rich Man inzet is tekenend. Lichtheid zet de toon. Tevje bloeit in de bedding van een hecht ensemble. Deze musical is het werk van een ijzersterk team. Scoren met makkelijke folklore of showy uitpakken is er niet bij. Regisseur Ruut Weissman heeft groots werk verricht in het kleine, het menselijke. Vertaler/bewerker Rob de Graaf staat hem geestig terzijde. Hij laat Tevje tegen God uitvaren: ‘Ik weet het, wij joden zijn het uitverkoren volk. Als ik zo vrij mag zijn, God, doe mij een lol en kies zo nu en dan eens een ander volk.’’t Is ook en vooral een jonge, een gretige Fiddler. Met verrassingen. Zoals Sarah Jannah als dochter Chava – wat een heerlijk rijk geluid! Met mooie uitschieters. Zoals Tjebbo Gerritsma als slager Lazer Wolf. En de bedenker van de dans mag een eervolle vermelding: Pim Veulings. Henk van Gelder schreef in de NRC: ‘Goed dat er weer een nieuwe Fiddler is.’
Onder meer te zien in Groningen, Enschede, Rotterdam, Zwolle, Heerlen en Amsterdam; fiddlerdemusical.nl