Londen – Brexit en Trump. De twee worden al vier jaar in één adem genoemd. Niet zonder reden. De beslissing van de Britten om de Europese Unie vaarwel te zeggen was een ouverture voor Donald Trumps zege. En Boris Johnson wordt beschouwd als het Britse broertje van Trump, en niet alleen omdat ze allebei een merkwaardig kapsel hebben, in New York geboren zijn en goed contact hadden met Steve Bannon. De twee staan symbool voor het populisme.
De Speciale Verhouding is echter ongemakkelijk, niet te vergelijken met de boezemvriendschap tussen Margaret Thatcher en Ronald Reagan. Trump mag zich graag lovend uitlaten over Johnson, andersom is Johnson waakzaam, wetend dat Trump niet populair is bij de Britten. Als Johnson positief spreekt over de president, is dat slechts om één reden: een Brits-Amerikaans handelsakkoord, dat wordt gezien als de hoofdprijs van de Brexit.
Er zijn twee problemen voor de Britten. Ten eerste is Trump een protectionist, wiens eerste termijn wordt gekenmerkt door handelsoorlogen. Johnson daarentegen ziet vrijhandel als de enige manier om van de Brexit een succes te maken. Terwijl de Britten smachten naar een handelsakkoord met de VS, al is het maar om Brussel onder druk te zetten, heeft Trump geen haast. Ten tweede wil Trump alleen maar een akkoord dat in het Amerikaanse belang is. Oftewel: de Britten voorzien van dure pijnstillers en veredeld junkfood.
Een overwinning voor Joe Biden zorgt voor andere hindernissen. De Democraten staan sceptisch tegenover Boris en de brexiteers. Een gevoel dat ook heerst op de burelen van The New York Times, getuige de stroom aan anglofobe artikelen die de Grijze Dame sinds 2016 heeft geplaatst. Vanaf het begin zijn de Democraten tegen de Brexit geweest. Sterker, Barack Obama kwam de Britten persoonlijk waarschuwen dat ze achter in de rij staan voor een handelsdeal.
De afgelopen weken heeft Biden kritiek geuit op Johnsons wetgeving over de interne markt die niet alleen het Brexit-verdrag ondermijnt, maar ook de Noord-Ierse vrede in gevaar brengt. Biden, wiens familie aan moederszijde uit het Ierse graafschap Mayo komt, heeft bijkans meer belangstelling voor Ierland dan Londen. Eenmaal in het Witte Huis wil hij best praten over een trans-Atlantische deal, maar dan moeten de Britten er eerst met Brussel uitkomen, opdat er geen grens op het Ierse vasteland komt. En zo zitten de Britten opgezadeld met een catch 22.