Waar ook niemand aan dacht en niemand zich zorgen over maakte, waren de twee miljoen Syrische vluchtelingen in het land. Ze waren wel zichtbaar in de stad. Twee mannen uit Aleppo hielpen me nog bij een ticketmachine voor de metro die niet werkte. Snel schoten ze daarna via de roltrap de diepte in.

Vluchtelingen waren geen item. Niet zoals in Europa, waar zo’n 270.000 Syriërs zijn opgevangen, en waar anti-immigratiepartijen met elke vluchteling aan populariteit winnen. Daarom is de vluchtelingendeal tussen de Europese Unie en Turkije voor beide lucratief. Turkije zou vluchtelingen uit Griekenland terugnemen, in ruil daarvoor zouden de Turken visumvrij naar Europa mogen reizen en zouden de onderhandelingen over toetreding tot de EU worden versneld. Sindsdien is het aantal migranten afgenomen: in januari en februari dit jaar kwamen nog dagelijks tweeduizend mensen aan op de Griekse eilanden, in juni nog maar vijftig. Sinds juli stijgt het aantal echter weer.

Er was direct al veel kritiek. Mensenrechtenorganisaties benadrukten dat Turkije geen veilig land was, dat vluchtelingen er geen toegang hebben tot gezondheidszorg‚ onderwijs, de arbeidsmarkt. Amnesty International meldde dat Turkije dagelijks mannen, vrouwen en kinderen over de grens met Syrië zet. Sinds de couppoging en de daaropvolgende zuiveringen is het helemaal de vraag of Turkije nog als ‘veilig derde land’ kan worden beschouwd. Ankara heeft duizenden rechters en aanklagers geschorst, tientallen journalisten opgepakt, het mensenrechtenverdrag opgeschort, Amnesty International beschuldigt het regime van martelingen. Brussel heeft zichzelf door de deal in een klem gemanoeuvreerd en zich afhankelijk gemaakt van Turkije. Een vuist maken wordt daardoor moeilijk. Ondertussen neemt het wantrouwen over en weer in rap tempo toe. ‘Duitsland is geen vriend, maar een vijand’, kopte het Erdogan-gezinde dagblad Yeni Akit op 1 augustus naar aanleiding van het Duitse verbod om de Turkse president in Keulen zijn aanhangers toe te laten spreken. De Turkse regering voelt zich beledigd door de Europese reactie op de staatsgreep. Het Westen zou er alles aan doen om het land te verzwakken, dat beeld wordt nu bevestigd volgens veel Turken. De Europese regeringsleiders kijken op hun beurt met argusogen naar de Turkse lange arm. Zo heeft de Turkse vice-premier Mehmet Simsek volgens premier Rutte de onrust onder Turkse Nederlanders gevoed door te zeggen dat het Gülen-netwerk moest worden ‘uitgeroeid’.

Vanuit Turkije wordt de druk verder opgevoerd. De vluchtelingendeal is daarbij het enige Turkse machtsmiddel. De minister van Buitenlandse Zaken Mevlüt Cavusoglu heeft gezegd dat Turkije zich niet langer gebonden voelt aan de deal als de EU niet uiterlijk half oktober het visumvrij reizen invoert. Maar dat wordt een probleem, zo liet de Duitse eurocommissaris Günther Oettinger al weten. Met name vanwege de Turkse anti-terreurwet. Ook de toetredingsonderhandelingen zijn lastiger geworden, zeker nu Erdogan pleit voor herinvoering van de doodstraf voor de coupleiders.

Naast het feit dat de deal nu al voor mensonterende toestanden zorgt in zowel Turkije als Griekenland is het nu des te meer duidelijk dat de EU eindelijk voor een constructieve oplossing moet kiezen door een eigen asielsysteem op te zetten. Dan hoeft ze niet haar ziel te verkopen aan welk regime dan ook.