Inci Pamuk: ‘Nederlanders denken wel eens dat wij opzettelijk de goede kanten van Turken benadrukken en de Hollanders juist belachelijk maken. Daar zijn wij niet mee bezig.’
Nilgun: ‘Natuurlijk heeft de Turkse cultuur vervelende kanten, zoals die verstikkende gastvrijheid. Dat ze eten blijven opscheppen terwijl je allang niet meer wilt. Of dat op een Turkse bruiloft alle grieten in het toilet staan te roken en de potten verstopt raken van de peuken. En dat geroddel of de bruid nog maagd is, en of ze wel goed kan koken. Turkse vrouwen praten onderling behoorlijk open over hun seksleven, terwijl Turkse mannen daar veel terughoudender in zijn. Als je in gezelschap uitgebreid over je vrouw praat, word je al gauw als een pooier gezien.’
Inci: ‘Vergeet niet dat ook Turken vooroordelen hebben. Zo vinden ze Nederlanders vies. Vaak wassen ze hun handen niet als ze geplast hebben en smeren ze vervolgens gewoon een broodje voor je. En ze wassen zich niet van onderen als ze naar de wc zijn geweest, ze vegen het alleen maar uit. Na seks wassen ze zich ook niet, ze vallen zo in slaap. Nou moet ik wel zeggen dat Nederlanders zich heel vaak douchen.’
Nilgun: ‘Maar ze douchen zich wel net zo snel als een kanarie. Een echte vieze Nederlandse gewoonte is trouwens neuspeuteren en vervolgens ook nog eens die snot oppeuzelen. Ik wil niet generaliseren, maar ik denk dat zeker veertig procent van de Nederlandse bevolking uit de neus eet. En ze laten boeren en scheten in het openbaar. We gingen eens bij Nederlandse buren op bezoek en mijn moeder had me van tevoren gewaarschuwd dat je bij Nederlanders thuis niet mag niezen. We zaten aan de koffie en plotseling stond de buurman op en liet een keiharde scheet. Toen ging hij gewoon weer zitten. Wat is dit in godsnaam, dacht ik: ik mag niet niezen en die buurman laat onge geneerd scheten tijdens het koffiegebeuren. Dat van dat niezen bleek mijn moeder verzonnen te hebben.’
Inci: ‘En plassen op straat! Tijdens koninginnedag in Amsterdam is het helemaal erg. Iedereen is dronken, de een plast in de gracht en de ander zit te poepen in een hoek. Het lijken de middeleeuwen wel.’
Nilgun: ‘In Turkije plassen ze niet op straat, daar rammen ze een man gewoon in elkaar als hij in het openbaar zijn dingetje laat zien.’
Inci: ‘Maar Turkse mannen krabben zich weer ongegeneerd in hun kruis.’
Nilgun: ‘Maar dat komt omdat ze besneden zijn, hun eikel is gevoeliger!’
Inci: ‘Nee, ze hebben jeuk omdat ze hun schaamhaar afscheren - dat is een teken van reinheid in de islam.’
NILGUN: ‘NEDERLANDERS zijn heel gierig, en dat is geen vooroordeel. Al het gezeur dat je krijgt als je met elf mensen uit eten gaat en de rekening betaald moet worden. Nee, jij hebt een voorgerecht gehad.
Ja, maar jij had een toetje. In Turkije betaalt een persoon vaak de rekening, de volgende keer is de ander aan de beurt. Ik leende eens honderd gulden van een vriendin. Vervolgens vroeg ze of ik de koffie wilde betalen. Dat wilde ik sowieso al doen, maar ik wilde toch weten waarom ze dat zo nadrukkelijk vroeg. Nou, antwoordde ze, ik heb namelijk moeten pinnen en dat is toch weer een gulden tachtig aan bankkosten. En ik ben wel eens door een man uit eten gevraagd die vervolgens de rekening wilde splitsen. Nou sorry, hoor.’
Inci: ‘Mijn zus had een buurvrouw uitgenodigd, die wilde zo graag eens lekker Turks eten. Ze kwam met haar vriendje en zei na afloop: goh, wat lekker allemaal, we willen nog wel eens komen eten. Ik zou jullie graag ook eens willen uitnodigen, maar jullie houden toch niet van Nederlandse eten. Mijn zus zei: wij zijn dol op biefstuk en aardappelen met groente. De buurvrouw schrok en zei dat ze eigenlijk zuurkool en hutspot in gedachten had. Gewoon gierigheid.
Een schoolvriendin van mij at vaak bij ons thuis en bleef regelmatig slapen. Toen ik een keer bij haar langs ging omdat haar vader ons zou helpen met huiswerk, zei haar moeder tegen mij dat ik niet kon meeeten omdat ze niet op mij had gerekend. Op mijn vriendin werd ze hartstikke kwaad: hoe kan je Inci zomaar mee naar huis nemen. Gelukkig was mijn honger toen spontaan verdwenen.’
NILGUN: ‘GELUKKIG is de Nederlandse cultuur aan het veranderen, vooral door de multiculturele samenleving. Nederlanders hebben veel geleerd van allochtonen.’
Inci: ‘Al baal ik wel eens van Nederlanders die op vakantie naar Turkije gaan en het daar enig vinden, terwijl ze in eigen land niets met Turken te maken willen hebben. Turkije is ideaal: goedkoop, een zonnig klimaat, lekker eten, die toeristen maakt het helemaal niet uit waar ze op vakantie zijn. Ze zijn ook helemaal niet geinteresseerd in de Turkse cultuur.’
Nilgun: ‘Een vriendin van mij ging op vakantie naar Turkije. Omdat iedereen haar gezegd had dat het een hel zou worden voor een meisje alleen, nam ze een vriend mee. Liggen ze daar de eerste dag op het strand en ziet ze alleen maar mooie jongens. He, dacht ze, wat doen die Italianen op vakantie in Turkije. Ze vroeg die jongens waarom ze niet in eigen land op vakantie gingen. Bleken het Turken te zijn.’
Inci: ‘Denk jij nou echt dat ze die verschillen doorkrijgen tijdens zo'n vakantie?’
Nilgun: ‘Nou, er zijn toch veel mensen die beseffen dat veel Turken in Nederland uit dorpen komen en ze zien in ieder geval de enorme verschillen tussen het platteland en de stad.’
Inci: ‘Ik begrijp uberhaupt niet waarom plattelanders als fout en achterlijk worden gezien. Jij doet net alsof stadsturken veel beter zijn dan plattelandsturken. Er zijn zat mensen die naar Turkije zijn geweest en dezelfde vooroordelen houden: een Turk blijft een Turk. Hoe vaak klagen ze niet na de vakantie dat Turken erg plakkerig zijn en dat ze je van alles proberen aan te smeren?’
Nilgun: ‘Als ze maar beseffen dat de ene Turk de andere niet is, dan ben ik al blij. Hier denken ze dat Turkse vrouwen geen enkel recht hebben en dat hun echtgenoten hen verplichten een sluier te dragen. Gelukkig zien ze in Turkije heel veel moderne vrouwen zonder sluier.’
Inci: ‘Mijn oma draagt een sluier maar heeft de koran nog nooit gelezen. Laatst zegt ze tegen mij, als de vrouw met haar man naar bed gaat hoort ze niet helemaal naakt te zijn, dat moet van de islam. Donder op, zei ik. Mijn moeder lag in een deuk en zei tegen oma: heb jij het dan al die tijd zo gedaan? Nee, antwoordde die, maar het hoort wel zo. Daar kunnen we dan met zijn drieen smakelijk om lachen.’
Inci: ‘Het is af en toe wel vermoeiend om een Turk te zijn. Door ons cabaret zien mensen ons als progressief omdat wij vooroordelen bestrijden en opkomen voor de Turkse samenleving. Maar je kan Turkse vrouwen niet oproepen om tegen hun mannen te rebelleren. Daarom moeten we oppassen met gevoelige onderwerpen als emancipatie en de islam. We willen mensen niet onnodig kwetsen, ik probeer alle mogelijke Turkse groeperingen te vriend te houden.’
Nilgun: ‘Het is voor mij vooral belangrijk wat mijn vrienden en mijn familie van me denken.’
Inci: ‘Maar het is nooit leuk als mensen die jij niet kent je afkeuren. En je houdt er toch rekening mee. Als je hier in een discotheek met een gozer zit te zoenen hoef je je nergens druk over te maken. In Turkije zal je dat nooit doen, ook al ben je in een liberale omgeving. Aan de andere kant zijn de meisjes in Turkije vaak moderner dan Turkse meisjes in Nederland. Als je daar met meisjes praat, blijken ze heel ver te zijn.
Juist in Turkije zijn de zeden wat losser geworden. In de grote steden is maagdelijkheid bijvoorbeeld niet zo belangrijk meer. Vooral in de dorpen zijn ze nog geobsedeerd door de maagdelijkheid, daar gebeurt het nog dat de vrouw na de huwelijksnacht het laken met bloed moet tonen.’
Nilgun: ‘Op het platteland gaan veel meisjes nog steeds door een hel. Stel je voor dat je tijdens de huwelijksnacht ontdekt dat je man impotent is, of dat hij alleen van SM houdt. De Turkse kranten staan vol met dat soort verhalen. Doktoren die midden in de nacht worden opgetrommeld omdat er geen bloed kwam terwijl het meisje wel degelijk nog maagd was.’
Inci: ‘In Istanbul en Ankara doen veel jongeren weer overdreven westers. Ze vergeten hun eigen waarden en normen, alleen om erbij te horen. Ze verheerlijken het westen, eigen tradities worden overboord gegooid. Uit verzet daartegen bestaat er sinds kort een groepering in Turkije die zichzelf nadrukkelijk als intellectueel om schrijft. Die klampt zich vast aan traditionele Turkse muziek met de luit en de ney, een rieten fluit, aan oude waarden en normen, de Ottomaanse kunst. Ze gebruiken geen leenwoorden maar zoeken oude Turkse termen. Een nieuw soort nationalisme, een beetje overdreven en conservatief.’
Nilgun: ‘Vaak had ik liever een Italiaanse willen zijn. Dat zou me een boel gezeur hebben bespaard. Tijdens een schoolgala was iedereen aan het stijldansen en hing ik tegen de muur omdat ik absoluut niet kan stijldansen. Er kwam een op jongen op me af en die noemde me Madonna, alsof ik een Italiaanse was. Ik ben gewoon Turks hoor, antwoordde ik, ik had geen zin om wat te verzinnen. O, vandaar dat je niet danst, Turkse wijven mogen toch niet dansen. Vervolgens vroeg hij ook nog of ik wel zo'n blote jurk mocht dragen van mijn vader.’
Inci: ‘Als ik in een cafe tegen een jongen zeg dat ik Turks ben gaat hij bij wijze van spreken meteen bang om zich heen kijken of mijn broer niet in de buurt is. Of zo'n jongen zegt: wat interessant, ik heb Turkse vrienden. Als ik een Italiaan tegenkom zeg ik toch ook niet meteen dat ik Italiaanse vrienden heb. Wat een bullshit.’
Nilgun: ‘Of ze zeggen dat ik er best goed uitzie voor een Turkse. Hoe vaak ik dat niet gehoord heb! En natuurlijk altijd vragen of ik word uitgehuwelijkt. Je hele prive-situatie wordt doorgelicht omdat je Turks bent.’
Inci: ‘Eigenlijk heb ik weinig last gehad van discriminatie, maar ik heb dan ook nog nooit een echte werkkring gehad. Maar als ik een kamer zoek en over de telefoon mijn familienaam noem, wordt er altijd vreemd gereageerd. Waar komt die naam vandaan? vragen ze meestal, en als ik dan zeg uit Turkije, ben ik de kamer in wezen al kwijt. Ik heb wel eens een woning in Heemstede gehad en de huurbazin vertelde me later dat ze me eigenlijk helemaal niet gewild had omdat ze bang was dat binnen de kortste keren mijn hele familie met schapen en al voor de deur zou staan.’
Nilgun: ‘Ik was veertien en smoorverliefd op Richard, de populairste jongen van Heerenveen. Ik had helaas nog nooit met een jongen gezoend. Uiteindelijk wist ik hem te versieren, maar hij had natuurlijk meteen door dat ik helemaal geen ervaring had. Daar stond ik met mijn grote bek. De volgende dag zag ik hem weer en ik dacht dat we nu verkering hadden. Sodemieter op, zei hij in het Fries, “Turk veur het wurk”. Ik heb wekenlang zitten huilen, het was mijn eerste zoen. Ik werkte eens als serveerster in een restaurant. Er zat een ouder echtpaar te eten en het mannetje zei tegen mij: goh, wat een prachtig zwart haar heb je, je bent zeker een Portugese. Nee hoor, antwoordde ik beleefd, het is Turks haar. Waarop zijn vrouw zei: ach, kindje, het geeft niet hoor. Ze bedoelde het goed want ik kreeg ook nog een dubbeltje fooi.’
Inci: ‘Ik weet niet of je dat laatste voorbeeld als discriminatie moet zien, al raken vooroordelen en discriminatie elkaar natuurlijk wel. Zo ben ik eraan gewend dat ze automatisch denken dat ik uit Marokko kom, of dat sommige mensen op de universiteit denken dat ik een cursus Nederlands volg, terwijl ik er rechten studeer! Ik heb wel eens overwogen om mijn naam aan te passen. Inge kunnen ze wel zeggen maar Inci lukt ze eenvoudigweg niet. Het is net alsof ze niet langer proberen mijn naam goed uit te spreken zodra ze horen dat het een Turkse naam is.’
Turks fruit
Inci Pamuk en Nilgun Yerli, beiden 26, zijn geboren in Turkije en groeiden op in Nederland. Inci studeert rechten, Nilgun economie aan de heao. Samen vormen ze het cabaretduo Turkish Delight. Met gepeperde meningen over Nederlanders en Turken.
‘LAATST HEBBEN we in de Tweede Kamer opgetreden’, vertelt Nilgun Yerli. ‘Volgens een journalist van het Haarlems Dagblad zaten de partijleden ongemakkelijk heen en weer te schuiven op hun stoel, ze vonden blijkbaar dat we erg ver gingen in onze opmerkingen over Turken en Marokkanen. Maar we zijn helemaal niet anti-buitenlanders. En onlangs deden we mee aan de voorronden van het Leids cabaretfestival. Veel toeschouwers vonden ons te fel, die dachten juist weer dat we ontzettend anti-Nederlands waren. Ze vonden onze thema’s, zoals emancipatie, discriminatie en de multiculturele samenleving, te zwaar. Wij vinden die thema’s helemaal niet zwaar. Het is opvallend dat onze humor juist bij allochtonen veel beter aanslaat. Ze vinden het prachtig dat twee Turkse meisjes dat soort grappen durven maken.’
www.groene.nl/1996/6