
‘Wij vernietigen u!’ Onder het schreeuwen van deze kreet scheurden twee leden van de Russisch-orthodoxe groepering ‘Gods’ Wil’ op 26 augustus een linoleumsnede van de kunstenaar Vadim Sidoer (1924-1986) kapot. De afbeelding van Jezus maakte deel uit van een tentoonstelling van in de sovjettijd verboden avant-gardekunstenaars. Sidoer, die een eigen museum heeft in Moskou, is in het Westen bekend van onder meer het beeldhouwwerk Treblinka in Berlijn.
Twee weken eerder had leider Dmitri Tsorionov van de orthodoxe extremisten al een einde aan de Moskouse tentoonstelling geëist op grond van de uit 2013 stammende Wet op het beledigen van gelovigen. Bij dat bezoek vertrapten hij en zijn medestanders een andere linoleumsnede en vernietigden ze een deel van een installatie over Johannes de Doper. De aanwezige bewakers stonden erbij en keken ernaar. Twee opgetrommelde politieagenten namen Tsorionov mee en lieten hem een paar uur later weer vrij.
De moderne beeldenstorm is volgens veel onafhankelijke commentatoren een gevolg van het door de Russische machthebbers opgeroepen ‘klimaat van haat’ tegen andersdenkenden. Ook de moord op oppositiepoliticus Nemtsov afgelopen februari komt volgens sommigen hieruit voort. ‘De Russisch-orthodoxe kerk gedoogt dat haatzaaien’, meent Nikolai Epple, commentator bij Vedomosti, een van de laatste Russische onafhankelijke dagbladen. Hij signaleert een reeks verontrustende incidenten op cultureel en wetenschappelijk gebied. De Russische bevolking lijdt onder de economische crisis en het internationale isolement, en als reactie is het Kremlin op zoek naar zondebokken onder politieke tegenstanders en andersdenkenden in de culturele en wetenschappelijke sfeer.
Het begon dit jaar met een poster waarop Jezus was genageld aan het kruis van een naakte vrouw. De afbeelding was te zien in een moderne uitvoering van Wagners opera Tannhäuser, die eind vorig jaar in première ging in de Siberische stad Novosibirsk. De Russisch-orthodoxe kerk ter plaatse spande een rechtszaak aan op grond van de Wet op het beledigen van gelovigen en er ontstond een nationaal schandaal. De voorstelling werd verboden en de theaterdirecteur kreeg ontslag. Hij werd vervangen door een godvrezende fruitimporteur.
De affaire kreeg ook een vervolg in de Russische hoofdstad. Het Openbaar Ministerie stuurde deze zomer een brief naar vooraanstaande Moskouse theaters waarin het opriep bepaalde ‘amorele’ voorstellingen niet meer te vertonen, waaronder Shakespeare’s Antonius en Cleopatra en Het naakte pioniertje van Michail Kononov.
In april kwam de mtv-cultuur onder vuur te liggen; aanleiding was een filmpje op YouTube van een dansschool uit de stad Orenburg. Hierin doen meiden in bijenbadpakken een ‘twerkdansje’ met veel billenwerk rond een Winnie de Poeh-figuur. Het kwaad school volgens het oplettende OM in de zwarte en oranje banen op de badpakken, die daardoor leken op het Sint-Jorislintje dat altijd op de Russische Overwinningsdag wordt gedragen, de dag dat het einde van de Tweede Wereldoorlog wordt herdacht. Sinds vorig jaar is het lintje ook het symbool van wat in de Russische media de strijd tegen de ‘fascistische Oekraïense regering en haar westerse bondgenoten’ wordt genoemd. Het Russische OM spande een zaak aan wegens wangedrag en de dansschool werd gesloten.
De affaire was echter nog niet doorgedrongen tot Novorossijsk, een havenstad 1500 kilometer van Orenburg. Een groep meisjes toonde op een grasveld hun danskunsten, helaas wel met op de achtergrond een oorlogsmonument. Voor het maken van dit filmpje kregen deze tieners maximaal vijftien dagen gevangenisstraf en de ouders van de minderjarigen werden vervolgd wegens het ‘verwaarlozen van hun ouderlijke plichten’.
De rode draad in deze gevallen is dat ze de Russen vrees moeten aanjagen, meent commentator Epple. Er wordt duidelijk gemaakt dat ze zich niet alles kunnen permitteren. ‘Bij onderwerpen die raken aan religie, de moraal en zelfbenoemde nationale symboliek, zoals bijvoorbeeld de Russische overwinning in de Tweede Wereldoorlog, is voorzichtigheid geboden.’
‘Het belangrijkste doel is herinvoering van de zelfcensuur’, reageert Nikolaj Podosogorski. ‘Een vertrouwd fenomeen uit de sovjettijd.’ De historicus en literatuurwetenschapper is op dit moment een van de belangrijkste oppositionele bloggers in Rusland. ‘Poetin wil zijn leven lang aan de macht blijven en ieder tegengeluid onderdrukken. Daarom hebben de pogingen tot censuur in de culturele sector als doel om critici de mond te snoeren die op kunstzinnige wijze de vrijheid bezingen en tirannie veroordelen.’
‘We stevenen af op de invoering van het neo-totalitarisme’, stelt Epple. ‘Anders dan het traditionele totalitarisme, dat uitgaat van terreur en geweld om het volk onder controle te houden, gaat het neo-totalitarisme uit van het manipuleren van informatie. Nationalistische, traditionele en religieuze thema’s worden aangewend om mensen te bewegen tot eensgezinde steun aan het regime. De autoriteiten hebben het daarom ook over de “spirituele ankers” van de Russen.’
Niet alleen de kunsten staan onder druk, maar ook de wetenschap. Dat bleek in mei met de aanval op Dynastie, een fonds voor de wetenschap van zakenman en filantroop Dmitri Zimin. Het ministerie van Justitie had besloten om Dynastie op te nemen in het register voor buitenlandse agenten. Ngo’s die geld uit het buitenland ontvangen en zich met politiek bezighouden, dienen zich volgens deze wet te registreren als ‘buitenlands agent’. Feitelijk betekende dit dat Dynastie zijn werk niet meer kon doen, want noch de overheid noch maatschappelijke instellingen mogen zaken doen met een ‘buitenlandse agent’.
De reden voor het justitiële oordeel was dat Zimin zijn kapitaal in het buitenland had geparkeerd en tevens de ngo Liberale Missie van de Russische econoom Jevegeni Jasin financierde. Jasins organisatie houdt zich bezig met het organiseren van studiebijeenkomsten rond de vraag hoe Rusland politiek en economisch beter kan functioneren. Steevast komt daar als antwoord uit dat Rusland democratischer moet worden, waarmee de organisatie indirect kritiek uit op Poetins autoritaire leiderschap.
Door veel wetenschappers werd Dynastie gezien als een broodnodige organisatie die de achterblijvende financiering van het ministerie van Onderwijs enigszins compenseerde. Met de giften lukte het getalenteerde wetenschappers binnen Rusland te houden. Op 5 juli besloot Zimin echter het land te verlaten en het fonds op te heffen. Volgens critici is dit het zoveelste bewijs dat het Kremlin irrationele, uitzichtloze, denkbeelden boven een rationele ontwikkeling van Rusland stelt. ‘Obscurantisme’ noemen ze deze mentaliteit.
Tot voor kort was journalist Timofej Dzjadko een bekende verschijning op tv. Samen met zijn twee broers had hij de talkshow De Dzjadko-3 bij het onafhankelijke tv-kanaal Dozjd (Regen). Door druk van bovenaf werd hij echter begin 2014 van de tv geweerd en nu zendt hij alleen nog op internet uit. Aan de dringende behoefte van het Kremlin om schuldigen voor de economische neergang aan te wijzen kan volgens hem niet meer worden voldaan met vermeende politieke tegenstanders. ‘Het punt is dat die inmiddels effectief zijn geneutraliseerd. Sommigen zijn geëmigreerd, zoals Gari Kasparov, die vreesde voor zijn veiligheid in Rusland. Anderen, zoals de linkse leider Sergej Oedaltsov, kregen huisarrest, van weer anderen werden familieleden gevangengezet. Vandaar dat cultuur en wetenschap nu meer aandacht vangen van de autoriteiten.’
Dzjadko komt uit een gezin van bekende dissidenten. ‘Mijn opa werd gearresteerd op de dag dat ik werd geboren, 23 januari 1985. Hij ging voor twee jaar de gevangenis in.’ Zijn overgrootvader verging het nog slechter: hij was de eerste decaan van de faculteit geschiedenis van de Moskouse Staatsuniversiteit en werd geëxecuteerd in het jaar van de grote Stalin-terreur, 1937. De journalist vindt de vergelijking van het huidige Rusland met de Sovjet-Unie niet overdreven. ‘Ik heb zelf maar zes jaar in de Sovjet-Unie geleefd, maar bij ons thuis werd daar veel over gesproken. Het is nu beter dan in de sovjettijd, maar er zijn verschillende incidenten die daaraan doen denken.’
Bij zijn huidige werk, de zakenkrant RBK Daily, werd onlangs nog de Nederlandse mediamagnaat Derk Sauer gedwongen op te stappen. Na een kwart eeuw werken in Rusland werd Sauer mikpunt van de huidige haatcampagne tegen ‘westerlingen’ en deed hij een stapje terug.
Nikolai Epple houdt nog wel hoop. De commentator van Vedomosti beschouwt de aanvallen op cultuur en wetenschap vooral als opportunistisch, er zit nog geen systematisch beleid achter. Hij noemt het bijvoorbeeld opvallend dat de voor de Russische machthebbers en de orthodoxe kerk vernietigende film Leviathan, uit najaar 2014, werd medegefinancierd door het Russische ministerie van Cultuur. Het was zelfs de Russische Oscar-inzending. Het is volgens hem echter ook geen toeval dat de jacht op nieuwe vermeende vijanden in de afgelopen lente losbrak toen de euforie over de Krim was weggeëbd en de Russen zich meer zorgen gingen maken over hun inkomen dan over de oorlog in Oost-Oekraïne. ‘De dynamiek van de mobilisatie tegen de vermeende vijanden van Rusland moest worden vastgehouden.’
Hoewel wensdenken wellicht meespeelt, verwachten oppositionele commentatoren dat de steeds buitenissigere aanvallen op volstrekt onschuldige burgers uit naam van denkbeeldige Russische spirituele ankers de neergang van het ‘poetinisme’ zullen inluiden. ‘Vanwege de economische crisis zal het de machthebbers niet meer heel lang lukken hun draagvlak te handhaven door middel van gefingeerde schandalen’, meent Podosogorski. Dzjadko ziet ook licht aan het einde van de tunnel: ‘Het wordt momenteel erger en erger, toneelvoorstellingen worden verboden, mensen verlaten Rusland, politieke tegenstanders worden vermoord, maar ik geloof dat alles zijn grenzen heeft.’ De Russische geschiedenis bewijst volgens hem dat ‘het balletje van de publieke opinie’ ieder moment de andere kant op kan rollen. ‘Wij kennen reeds het voorbeeld van de Sovjet-Unie die uiteenviel. In vergelijking met de sovjettijd maakt Rusland nu zozeer deel uit van de westerse wereld dat we zo niet verder kunnen.’
Beeld: Vera Donskaya-Khilko, Wrestling, 2011. Olie op canvas, 80 x 100 cm. Het schilderij werd na een politie-inval meegenomen uit het eroticamuseum in St. Petersburg. Foto Facebook.