
Eerst dit: de onvergetelijke comandante Che Guevara werd in oktober 1967 in de Boliviaanse jungle door het leger, uiteraard in samenwerking met de cia, opgespoord en meteen vermoord, nog geen veertig jaar oud. Zoals jagers soms triomfantelijk foto’s van elkaar nemen, staande rond hun prooi (ook wel met een van hen trots met de laars op de nek van de dode buffel), zo wilden ook de moordenaars van Che zich hun trotse moment van glorie niet laten ontgaan. Maar de betreffende foto, beroemd geworden en geen kunst, heeft ook iets beschamends. We zijn in een desolaat uitziende barak. Het licht is grijs en vaal, als van een enkel zwak peertje. Ik probeer me die foto nu eerst te herinneren en beschrijf die herinnering. Als ik op internet ga zoeken kan ik hem ook vinden, maar dan wordt hij te feitelijk en ik wil ook, via die foto, aan andere dingen denken – zoals aan een kort bezoek dat ik midden jaren tachtig in Havana met een Cubaanse kennis bracht aan het huis waar Che had gewoond en dat, verzekerde ze, gelaten was zoals ze het na zijn dood aantroffen. Rondom was een tuin. In dat huis te zijn was ontroerend omdat het zijn huis was. De moord was clandestien. Daarom was er toch iets van schaamte te zien op de gezichten van de moordenaars in die armoedige hut. Helemaal op hun gemak voelden ze zich niet. De dode lag op een tafel wat scheef op de voorgrond – ongeveer zoals het bleke lijk ligt in de bekende Anatomische les van Rembrandt. Bij Che hadden ze het bovenlijf ontbloot. Ooit heb ik ook een foto gezien waarop een van de jagers met zijn vinger wijst naar de plek bij het hart waar de kogel was binnengedrongen.
En ook dit: op deze bladzijde staat een nieuwe diptiek afgebeeld van Jan Dibbets waarvan de panelen, hoewel met fotografische middelen gedrukt, eigenlijk toch geen fotografie zijn. Die twee kleuren (een donker grijs, een wat beschaduwd roze) zijn niet, zoals een foto, eerst gezien en daarna opgenomen. We zien eigenlijk wat niet was. Hoewel, ooit wel. In 1975-76 heeft Dibbets close-ups gemaakt van de carrosserie van auto’s. Die opnamen, van glimmende lak, werden zo in vierkanten gedrukt dat hun kleur er strak samengevat uitzag. Dat Jan Dibbets vooral een colorist is, hebben we daarna gezien in grote werken waarin een gefotografeerd motief (een raam, van binnen naar het licht buiten) midden op een vierkant vlak papier werd geplaatst dat vervolgens een egale kleur kreeg. Dat gebeurde door het geduldig te betten met dunne kleur. Dat soort monochromie zien we in het grijs en roze van de diptiek. Er zit in die kleuren ook nog wat schakering van licht. Die komt uit de oude foto’s waarvan Dibbets fragmenten uitvergroot heeft gebruikt als materiaal voor het nieuwe werk. De nieuwe kleuren zijn vervolgens op digitale wijze gemaakt. Eerder waren de met verf op papier gemaakte kleuren mat van effect omdat het papier de natte verf absorbeerde. In de diptiek zijn de kleuren niet als in klassieke fotografie gezien. Ze zijn gegroeid uit een onbeschrijflijk zwevend niets dat abstract en artificieel is – ze zijn zonder massa en diffuus doorzichtig glanzend.
Dibbets heeft ze te voorschijn getoverd omdat dat nu, technisch gesproken, zo kon en omdat hij vanuit de eerdere ervaring van zijn werk en praktijk zulke kleuren zo kon denken. Ik noem dit abstracte kleur – die stap moest, nu Jan Dibbets deze dagen 75 jaar werd, in de abstracte kunst nog echt gezet worden. De foto van de dode Che Guevara ontroert ook omdat die is genomen door iemand die erbij was. Maar na dat zien werd die werkelijkheid voor altijd herinnering. Dat is de oude, romantische fotografie. Een diptiek van Dibbets is, in de context van fotografie, een ongekende verbeelding die nieuwe visuele voorstellingen openvouwt. Maar: ik kijk naar het grijs en roze naast elkaar en moet ook denken aan bepaalde schilderijen van Velázquez. In de schilderkunst zijn dat zijn kleuren. Als ik dat zo zie, kan ik dat nooit meer niet zien. Sentimenten gaan hun gang, als geuren.
PS: Nieuw werk van Dibbets is nu te zien in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Zie ook de door hem in Parijs samengestelde tentoonstelling en catalogus Pandora’s Box: Another Photography, Musée d’Art Moderne de la Ville de Paris, tot 17 juli
Beeld: Jan Dibbets, Duo Y, 1976-2014. Kleurenfotogra e, diptiek, 250x250cm (Installationview Konrad Fischer Galerie Düsseldorf 2016)