Amy Ryan als Mari Gilbert in Lost Girls, regie Liz Garbus © Jessica Kourkounis / Netflix

Het uitgangspunt is hetzelfde als in talloze andere films over een seriemoordenaar die het gemunt heeft op jonge vrouwen, maar in Lost Girls is het vertelperspectief radicaal anders. Het meest veelzeggend is een scène waarin politiecommissaris Dormer (Gabriel Byrne) een afscheidsfeestje krijgt van zijn collega’s. De setting is een bar. Harde muziek. Veel drinken. Dansende vrouwen die netkousen dragen en niet veel meer dan dat. We zien: agenten die lange uren werken om ons allemaal veilig te houden, ontspannen even; bovendien, het zijn harde mannen, dus laat ze maar even. Maar kijk goed: deze mannen zijn irrelevant in dit verhaal – het gaat om de vrouwen, in de scène haast subliminaal in beeld, die Lost Girls bepalen.

Het genre is traditioneel mannelijk. Althans, in de film. In de populaire literatuur is het tij allang gekeerd (zie bijvoorbeeld de romans van Karin Slaughter). Ook in cinema zijn er uitzonderingen, maar als vrouwen al centraal staan in filmvertellingen van deze soort, zijn ze óf wraakengelen óf agenten die speuren naar de dader. Lost Girls laat deze conventies los en focust op de slachtoffers en hun families. Dat klinkt slap, maar de impact van de verwisselde blik is behoorlijk vernietigend.

Het verhaal, waargebeurd, gaat over de Long Island-seriemoordenaar die tussen 1996 en rond 2013 minstens tien jonge vrouwen vermoordde en hun lichamen in de omgeving van Oak Beach in Suffolk County dumpte. Een van zijn slachtoffers was Shannan Gilbert (24). Lost Girls focust op de strijd die haar moeder, Mari Gilbert (Amy Ryan), voerde om agenten zo ver te krijgen de zaak echt te gaan onderzoeken. Want die denken: het zijn ‘maar’ vrouwen van lichte zeden, lost girls, dus waarom zouden we een vinger verroeren?

Het mooie van de film zit ook in het sterke acteerwerk van Ryan, die de woede van Mari perfect neerzet, en Byrne, in de rol van de politiecommissaris die inziet dat de houding van zijn collega’s moreel onhoudbaar is, maar die verder machteloos is. Allebei zijn ze niet zonder schuld. In het geval van Mari: ze onderkent dat ze heeft gefaald als moeder. Shannan verliet het ouderlijk huis omdat Mari niet meer voor haar kon zorgen. ‘Het ligt allemaal aan mij’, luidt haar pijnlijke conclusie, en de film laat zien: dat klopt. Juist deze gewaarwording motiveert haar. Misschien is ze op zoek naar persoonlijke verlossing. In ieder geval gunt ze die lethargische agenten geen moment rust.

Regisseur Liz Garbus, die ik vooral ken van haar uitstekende documentaire Bobby Fischer against the World (2011) over de schaakgrootmeester, vindt een mooie balans tussen de conventies van true crime en het seriemoordenaargenre in fictie. Maar door het vertelperspectief te verwisselen krijgen de onzichtbare vrouwen contouren en uiteindelijk inhoud. Ja, je kunt vraagtekens zetten bij de levensstijl van de slachtoffers; ze gebruikten drugs, ze waren prostituees. Maar ze waren vooral mensen. Als het gaat om normbesef staan in Lost Girls de mannen die op dat feestje grinnikend aan de dansende dames zitten uiteindelijk in de beklaagdenbank.

Nu te zien op Netflix