Eind vorige maand overleed Lord Kelvedon, een aristocraat die op zijn achtste reeds een abonnement had op de Handelingen, op zijn 23ste parlementslid werd en onder Thatcher enkele ministersposten zou bekleden. Als bewindsman trok hij vooral de aandacht door zijn ideeën aangaande kantoordesign. Op Werkgelegenheid zette hij een met tijgermotieven uitgeruste sofa neer die mooi afstak tegen de zwarte muur met abstracte klodders. Een bezoekend kamerlid waande zich in een vertrek van koning Ludwig II. Op Transport pakte His Lordship het klassieker aan. Daar kwamen enkele Canaletto’s aan de muur te hangen. Toen hij de beduusde blik in de ogen van een collega ontwaarde, sprak hij geruststellend: ‘Het zijn matige Canaletto’s.’ De goede hingen veilig thuis, in Kelvedon Hall. Engelse aristocraten waren dol op de schilderijen van de Venetiaanse schilder Giovanni Antonio Canal (1697 – 1768). Tijdens hun traditionele bezoeken aan Venetië namen ze als souvenirs een paar Canaletto’s mede. Toen het Engelse bezoek afnam en de markt verzadigd was, besloot Canaletto halverwege de achttiende eeuw naar Londen te verhuizen, toen de grootste stad van de wereld. Het moet geen lichtvaardig besluit zijn geweest. In zijn leven verliet hij zijn geboortestad maar drie keer. Eerder was de schilder in Rome en Padua geweest.

Een kleine tien jaar zou hij in Londen blijven, een tijd waarin hij voor een handvol opdrachtgevers de belangrijkste gebouwen en plaatsen vastlegde. Naast enkele Venetiaanse werken die nog steeds in handen zijn van de 4th Earl of Chesterfield, de 9th Duke of Norfolk en ander oud geld, zijn vrijwel al zijn Londense werken te zien in de Dulwich Picture Gallery.

Dat Canaletto niet alleen de blauwe lucht uit zijn geboorteplaats had meegenomen, maar ook het water, bleek uit zijn eerste schilderijen van het koninklijke ziekenhuis langs de Theems ter hoogte van Greenwich. In zijn latere schilderijen zou de rivier wat grilliger worden, met wat minder gondels bovendien, zoals in zijn afbeeldingen van Westminster Bridge die indertijd werd aangelegd, een project dat onder toezicht stond van enkele van zijn opdrachtgevers. Een ander geliefd object van Canaletto was het middeleeuwse Warwick Castle, waar Daniel Defoe ooit spottend over opmerkte dat het een uitstekende plaats is om ‘within and without’ te zijn.

Op deze Canaletto’s is pas te zien hoe groot Westminster Abbey, de Needle of Cleopatra en vooral St. Paul’s werkelijk zijn, gebouwen die in de loop der eeuwen zijn verdronken te midden van alle hoogbouw. Waar de geschiedenis in Venetië is blijven stilstaan, daar is de Britse hoofdstad onherkenbaar veranderd. Het Georgiaanse Londen is het Londen waar de melancholicus prins Charles van houdt en, getuige de eigendomsrechten van een deel van de werken, thuis mee is opgegroeid. Hoogtepunt van de tentoonstelling is The Old Horse Guards from St James’s Park, waarop niet alleen te zien is hoe de koninklijke Guards worden gedrild, de welgestelde Londenaren flaneren en twee mannen een tapijt uitkloppen, maar ook hoe twee schoffies tegen de muur van Downing Street staan te urineren.

Canaletto in England: A Venetian Artist Abroad 1746 – 1755. Dulwich Picture Gallery, Londen. Tot 15 april. Maandags gesloten