De val van de Muur, het verdwijnen van de ddr en de Duitse eenwording brachten zo’n omwenteling teweeg in het leven van Oost-Duitsers dat ook zestien jaar na dato de Wende nog altijd een prominente plaats inneemt in het politieke en culturele debat in Duitsland. Daarbij verschuift regelmatig de aandacht van het ene naar het andere onderwerp. Aanvankelijk werd veel gediscussieerd over de hardnekkige verschillen tussen Ossi’s en Wessi’s, over die merkwaardige nostalgie van vooral oudere Oost-Duitsers naar de vergane ddr, en over het verschijnsel IM, wat staat voor informele medewerker van de Stasi, de gevreesde geheime dienst van de ddr. Achter deze afkorting gaapt een diepe, zwarte kloof van verraad, gepleegd door naaste buren, familieleden, partners.

De afgelopen maanden heeft de aandacht zich geconcentreerd op de Stasi-functionarissen zelf. Dit is mede te danken aan Florian Henckel von Donnersmarck, die het draaiboek schreef voor de succesvolle film Das Leben der Anderen. Deze film, die hij ook regisseerde, gaat over het leven van een Stasi-officier. Hij werd onlangs in het kader van de Duitse filmprijs bekroond met zeven Lola’s.

Ook voormalige Stasi-functionarissen zelf hebben onlangs voor opschudding en verontwaardiging gezorgd door er openlijk op te wijzen dat ze destijds slechts het in de ddr geldende recht hebben toegepast. Ze zeiden dit uitgerekend tijdens een discussiebijeenkomst in de voormalige Stasi-gevangenis in Berlijn-Hohenschönhausen, waar in de jaren van de ddr twintigduizend mensen gevangen hebben gezeten louter vanwege het feit dat ze het niet eens waren met de dictatuur van de sed. Dat vooral de reacties van de voormalige gevangenen uiterst bitter en boos waren, is begrijpelijk. Het leidde ook tot een discussie over de positie van de pds, de erfgename van de sed.

Maar heeft de ddr alleen maar bestaan uit daders en slachtoffers? Uit de literatuur over de Wende duikt vaak een ander beeld op. In deze literatuur spelen mensen een rol die wel van alles op de ddr hadden aan te merken, maar op de een of andere manier was deze ddr toch het land waar ze zich thuis voelden. Het was een rotland, maar het was hun land, waarin het bestaan draaglijk was als men niet opviel. Bovendien lag achter de horizon het Westen, een paradijs waarnaar men kon uitzien en verlangen, en dat wellicht ooit bereikbaar was.

Dat was in ieder geval de droom van de jonge Enrico Türmer, de hoofdpersoon in Neue Leben, de grote roman over de Wende waaraan Ingo Schulze zeven jaar heeft gewerkt. Deze Türmer heeft als scholier besloten schrijver te worden, een dissidente schrijver, want «ware literatuur is per se oppositie». Zijn boeken zullen daarom alleen in het Westen kunnen verschijnen, en hij zal het land moeten verlaten.

Die droom vervliegt op het moment dat de ddr wankelt. «Mijn persoonlijke toekomst was door de val van de Muur in het niets opgelost.» Het Oosten hield op te bestaan, en daarmee ook het Westen. Het geleefde leven was een dwaling geweest, en volkomen waardeloos geworden. «Onze ervaringen zijn nu net zo nutteloos als een studie medicijnen van honderd jaar geleden.» Enrico Türmer en met hem alle burgers van de ddr moesten leren anders te denken, anders te leven. Ze moesten op zoek naar een nieuw leven.

Over deze zoektocht en wat daaraan vooraf ging, heeft de in 1962 in Dresden geboren Ingo Schulze een hoogst opmerkelijke roman geschreven. Schulze, die in 1998 bekendheid verwierf met zijn Simpele Story’s, heeft zijn bijna achthonderd pagina’s tellende roman geraffineerd gecomponeerd. Neue Leben bestaat uit brieven, geschreven door Enrico Türmer en uitgegeven en van commentaar voorzien door Ingo Schulze. En om de zaak nog wat ingewikkelder te maken lijkt de biografie van Türmer ook nog op die van Schulze. Ook Türmer werd geboren in Dresden, studeerde klassieke talen in Jena en werd dramaturg bij het theater in Altenburg, een stadje in Thüringen niet ver van de grens met Saksen, om vervolgens journalist te worden.

Het geraffineerde zit ’m vooral hierin dat Schulze door deze briefvorm twee verhalen vrijwel gelijktijdig kan vertellen. Alle brieven werden geschreven tussen 6 januari 1990 en 11 juli 1990, de tijd dus van de Wende en het eenwordingsproces. En ze gingen naar drie adressen. Türmer schreef in die maanden twintig brieven aan Nicoletta Hansen, een West-Duitse fotografe die hem in Altenburg kort was komen opzoeken en op wie hij op slag verliefd was geraakt. Aan haar schreef hij over het verleden in de ddr; over zijn jeugd, zijn diensttijd, studie en beroep, en vooral over het revolutionaire najaar van 1989. Brieven stuurde hij ook aan zijn oude schoolkameraad Johann Ziehlke, waarin hij schreef over zijn nieuwe leven als redacteur van het nieuwe Altenburger Wochenblatt en over het leven in het stadje Altenburg na de Wende. En ten slotte gingen er brieven naar zijn geliefde zus Vera, waarin vooral het familieleven werd beschreven.

Neue Leben is geschiedschrijving vanuit lokaal en individueel perspectief. Maar de roman is vooral het verhaal van een metamorfose. Er moest in 1990 afscheid worden genomen van een niet geliefd, maar toch oud en vertrouwd leven. Er waren allerlei hooggespannen verwachtingen, maar eigenlijk wist niemand concreet hoe het verder zou gaan. Het Westen moest worden geabsorbeerd. Maar hoe?

De kern van de roman wordt door Enrico Türmer aldus verwoord: «Sedert een paar weken loop ik met een vraag rond. In het begin nam ik haar niet serieus; ze was me te profaan. Maar intussen geloof ik dat ze terecht wordt gesteld. Ze luidt: op welke wijze nam het Westen bezit van mijn hoofd? En wat heeft het daar aangericht?»

In zijn brieven staat het antwoord. Türmer verliest het geloof in de kracht van het woord en wordt zakenman, die vooral geld wil verdienen. Zijn metamorfose geschiedt op een lichamelijke en ook symbolische wijze. De Wende wekt in Türmer een gevoel van «peilloze leegte». Hij heeft alle energie verloren en wil het huis niet meer uit. Hij wikkelt zich in zijn slaapzak als in een cocon. En als hij weken later geheel vervuild opstaat, is hij een ander mens. Een nieuw leven kan beginnen.

Het zich ontpoppen tot een ander wezen was een proces waarmee veel Oost-Duitsers moeite hadden. Veel dissidenten geloofden dat het socialisme hervormd kon worden zonder de ddr op te geven. Zij dachten dat zij na het verdwijnen van de Muur hun oude leven zouden kunnen voortzetten. Dat waren de illusionisten. Anderen verloochenden hun communistische verleden en pasten zich bliksemsnel aan. Dat waren de opportunisten of Wendehälse. En er waren realisten zoals Türmer, die snel begrepen dat met de Muur ook de ddr zou verdwijnen.

Al deze zaken komen in Neue Leben aan de orde. Zelfs het wereldkampioenschap voetbal komt even ter sprake, maar dan natuurlijk wel dat van 1990. De lezer kan tot slot zelfs nog kennismaken met het nooit gepubliceerde literaire werk van Türmer. Want toen hij na de val van Muur zijn manuscripten als niet meer ter zake doend terzijde schoof, ging hij de achterkant van deze papieren gebruiken als briefpapier. Op deze manier bleven ze (deels) behouden, zodat de lezer nu toch nog kan oordelen over de literaire kwaliteiten van Türmer.

De literaire kwaliteiten van Schulze staan buiten kijf. Dit wil niet zeggen dat zijn boek altijd even gemakkelijk leest. Vooral in het begin moet je als lezer wennen aan de sprongen in de tijd in de verschillende brieven en kost het moeite alle personen uit elkaar te houden. Maar naarmate de verhalen vorderen, groeit het verlangen te weten hoe het Türmer en de zijnen in deze bewogen jaren is vergaan.