Hem dagelijks gadeslaan is andere koek, zeker als je, zoals ik, het eiland kent van lang geleden en vooral herinneringen hebt aan het landelijk leven, kleine baaien met witte stranden, picknicks op een verlaten rots met uitzicht op zee en vaartochtjes over oneindig blauw. Dit alles bestaat nog altijd, je moet er even naar zoeken maar het is er.

Tegelijkertijd is onmiskenbaar dat Ibiza anno 2014 het feesteiland bij uitstek is. Hier zit de jetset. Justin Bieber, Kate Moss, Zac Efron, Orlando Bloom, Rafael Nadal om van de Nederlandse santenkraam nog niet te spreken. ‘Iedereen’ zit hier en wie er niet zit, hoort niet bij iedereen. Zo simpel is het, een cirkel waaruit geen ontsnappen mogelijk is. Vorig jaar gingen er een kleine 250.000 Nederlanders naar het eiland – twee keer zo veel als er inwoners zijn. Dat was een verdubbeling ten opzichte van 2011 en acht keer zo veel als tien jaar geleden. Dit jaar zijn het er zeker velen meer.

Een van de verklaringen voor deze toename, zegt men, is de populariteit van het eiland bij Nederlandse voetballers. Een aantal van hen, onder wie John Heitinga, trouwde er terwijl anderen er geregeld hun vakantie doorbrengen. Een andere verklaring voor de Nederlandse Ibiza-mode is de film Verliefd op Ibiza en de televisieserie die in het verlengde daarvan gemaakt werd. Hoe dan ook, je moet hier op dit moment bijna je best doen niet voortdurend tegen een landgenoot op te lopen. Ondernemers weten dat ook. Het aantal Nederlandse bedrijfjes dat ter plekke feesten en bruiloften organiseert is explosief toegenomen. Ik telde alleen al zo’n vijftien websites met iets van ‘trouwen op Ibiza’ in de aankondiging.

Iedereen doet het omdat iedereen het doet

Maar al zijn voetballers en films c.q. televisieseries de meest gegeven verklaringen voor de huidige Ibiza-mode, feitelijk speelt er iets anders. Voetballers, films en tv-series zijn daarvan niet meer dan een aspect: imitatie, kuddedierengedrag, wat plechtig mimese heet: we doen wat ‘iedereen’ doet en iedereen doet het omdat iedereen het doet. Dit verschijnsel is een variant op de moderne roem waarin iemand niet zozeer beroemd is vanwege de ene of andere verdienste maar omdat hij of zij beroemd is ofwel door derden, in het bijzonder media, als zodanig wordt omschreven. In de Diario de Ibiza, de eilandkrant, wordt regelmatig bijgehouden welke sterren nu weer geland zijn of aangelegd hebben. Een oneindige stoet namen passeert de revue. Van verreweg de meesten heb ik nog nooit gehoord en ik neem dus aan dat ze sterren zijn omdat de Diario het zegt. Ik vermoed dat het andere ‘gewone’ mensen net zo vergaat. Men heeft geen idee wie de beroemderiken zijn, het is de aandacht die een dergelijke status met zich meebrengt.

Er zijn wat dat betreft een aantal leuke experimenten bekend – zoek maar even op YouTube: ga naar buiten, vraag drie vriendjes je in bodyguard-achtige outfit te omringen, vraag drie anderen zenuwachtig met een camera om je heen te lopen en binnen de kortste keren word je gevolgd door fans. Desgevraagd weten zij zelfs te zeggen waarom ze fan zijn: omdat je zo’n goed acteur, zanger, model bent. Je ziet hetzelfde maar dan omgekeerd in de haven van Ibiza-stad waar rijk geworden schroothandelaren hun patserige schepen verlaten alsof ze een Leonardo DiCaprio zijn. En ziedaar, omdat ze dat doen worden ze door tientallen, zo niet honderden gadegeslagen en zijn ze opeens, even, een DiCaprio.

Mundus vult decipi, ergo decipiatur, de wereld wil bedrogen worden en dus gebeurt dat ook. Op massale schaal zie je het in de discotheken. Zo observeerde ik enkele dagen geleden in San Antonio om een uur of twee ’s middags zo’n duizend mensen die in zo’n club bij elkaar stonden, de meesten in groepjes van twee tot vier. Glas in de hand, wiegend in de brandende zon, telefoontje in de hand. Ik heb lang staan kijken, verbijsterd. Wat gebeurde er? Er werd niet gedanst, nauwelijks gesproken en vermoedelijk via het telefoontje gedaan wat men thuis ook doet. Vijftien minuten, twee dagen, twee weken fame happiness en dat alles volgens het principe: ik maak jou beroemdgelukkig als jij mij dat maakt.

Iedereen heeft wel ’s in het mooiste boek ooit over de imitatie gelezen, de Don Quichot. Hierin doet de ridder van de droevige figuur alle mogelijke moeite beter te zijn dan zijn grote voorbeeld, een papieren held. Pas in het laatste, zelden gelezen hoofdstuk komt de held tot de conclusie dat zijn pogingen absurd zijn geweest. Hij had het levensideaal bij zichzelf moeten zoeken. Maar daarvoor is het nu te laat. Hij is op sterven na dood en niet langer een held maar een sukkel.