
Voor Mr. Turner werkte Leigh, bekend als maker van sociaal-realistische films als Naked (1993) en van het fijne relatiedrama Another Year (2010), voor het eerst digitaal, samen met zijn vaste cameraman Dick Pope. Het resultaat is adembenemend: het beeld schittert alsof het een reproductie van een Turner is, bijvoorbeeld The Fighting Temeraire tugged to her last Berth to be broken up (1839) waarin de zonnestralen het landschap op zo’n gewelddadige wijze verlichten dat het geheel ieder moment lijkt te zullen exploderen.
Dat het visuele overheerst in een biopic over een kunstschilder ligt voor de hand. Maar deze benadering kan averechts werken. Met zijn film slaagt Leigh erin niet de stijl van Turner na te bootsen, maar zélf in de psychologie van elementen als licht en perspectief te duiken om het mysterie van deze dingen in zowel het menselijk leven als in de wereld om ons heen te tonen.
Wie naar Mr. Turner kijkt, verdwijnt in vergezichten waarin de kunstenaar, gespeeld door de meesterlijke Timothy Spall, wandelingen ín landschappen maakt, op het strand, tijdens buitenlandse bezoeken, of op de pier van Margate, het Engelse stadje waar hij Sophia Booth (Marion Bailey) ontmoet, een hospita op wie hij later verliefd wordt. Door Turner binnen de landschappen te plaatsen, onthult Leigh iets van de relatie tussen de kunstenaar en zijn werk. Dat laatste komt prachtig – hier valt nauwelijks een ander woord voor te gebruiken – naar voren in een scène waarin Turner zich in het kraaiennest van een schip laat vastbinden terwijl een windhoos om hem heen woedt. Dit is hoe J.M.W. Turner de wereld zag: mens en wereld organisch met elkaar verbonden, zodat een visie op het sublieme ontstaat.

Behalve met deze verwoestend mooie wereld, die slechts Turner kon ‘zien’, had de kunstenaar te kampen met de echte werkelijkheid. Hij had slechts oppervlakkig contact met zijn collega-kunstenaars verbonden aan de Royal Academy. De beroemde ruzie tussen Turner en John Constable had hiermee te maken. In een scène werkt Constable bij de Academy zoals gebruikelijk was nog aan een schilderij terwijl dat al aan de muur hangt. Een marine-beeld. Constable doet iets met rood terwijl Turner uitdrukkingsloos toekijkt. Dan draait Turner zich om en doet iets soortgelijks met een van zijn eigen werken. Maar dan wel zo: hij doopt zijn duim in een pot verf en drukt die vervolgens achteloos op het schilderij, zodat het lijkt of hij het werk doelbewust vernietigt. Maar niets is minder waar. Wanneer Turner de ‘vingerafdruk’ even onverschillig bewerkt met een doek en een duimnagel blijkt het een reddingsboei te zijn, een detail dat perfect in het geheel past.
Zo krijgt Mr. Turner een subtiele politieke ondertoon. Kunst is niet het domein van de hogere klasse, ze behoort toe aan iedereen die openstaat voor de kracht van beelden. Een edelman die aanbiedt alle werken van Turner voor een astronomisch bedrag te kopen, krijgt nul op het rekest. Turner: ‘Ik laat mijn schilderijen na aan de Britse natie, zodat iedereen ze gratis kan bekijken.’ Maar haast is geboden. De revolutie van stoom en ijzer komt eraan. En van de daguerreotypie. Turner laat zich vastleggen. Tegen de man die het koperen plaatje op het moment suprême voor de lens verwijdert, zegt Turner: ‘Ik vrees dat ook mijn tijd voorbij is.’
Te zien vanaf 11 december
Beeld: Mr. Turner (Entertainment One Benelux).